De logica van niet springen
Iedereen verlangt ergens naar verandering, maar bijna niemand wil werkelijk veranderen. Een kwantumsprong in bewustzijn -die plotselinge verschuiving waarin de werkelijkheid zich anders toont- klinkt bevrijdend, maar is voor de meesten eerder iets om te vermijden dan om te omarmen. Niet omdat ze onwil tonen, maar omdat het niet openstaan er zijn eigen logica op nahoudt.
De bescherming van het bekende
Het ego leeft van herkenning. Wat ik ken, kan ik verklaren. En zolang ik verklaar, besta ik. Een sprong in bewustzijn zet dat stil. Plotseling zijn de vertrouwde categorieën ontoereikend, de zekerheden lossen op. Dat voelt als sterven en het ego heeft een ingebouwd overlevingsinstinct. Zo bezien is weerstand geen fout, maar een vorm van zelfbehoud.
De troost van de pijn
Zelfs het lijden dat we kennen heeft een zekere troost. Wie zijn overtuigingen loslaat, verliest zijn oriëntatie. De angst voor de leegte tussen oud en nieuw maakt dat men liever blijft waar men is. Liever de pijn die ik ken dan de leegte die ik niet begrijp. De sprong vraagt immers niet om inspanning, maar om overgave en dat is voor velen de moeilijkste handeling die er is.
De vrees voor betekenisloosheid
Elke wezenlijke verschuiving in bewustzijn begint met een ontbinding van betekenis. Wat eerder zin gaf, valt uiteen, terwijl het nieuwe nog niet zichtbaar is. In dat vacuüm voelt men zich verloren. Het is een existentiële angst: als mijn oude betekenissen verdwijnen, wie ben ik dan nog? De mens klampt zich vast aan zijn verhaal om niet te verdwijnen.De subtiele afweer
Zelfs het nadenken over bewustzijnsgroei wordt vaak ervaren als kritiek. Alsof iemand zegt: “Je hebt iets over het hoofd gezien”. Dat raakt aan trots en identiteit. Daar komt bij dat het weinig oplevert in de gebruikelijke zin van het woord: geen status, geen winst, geen garantie. Waarom moeite doen voor iets dat niets lijkt te veranderen?
Zo ontstaat een subtiele afweer, verpakt in redelijkheid: men wil eerst bewijs, duidelijkheid, zekerheid. Maar juist dat verlangen naar controle sluit de deur.
De wijsheid van weerstand
Toch is die afweer niet dom of slecht. Ze beschermt het bewustzijn tegen te snelle desintegratie. Niemand kan springen voordat de grond onder hem te benauwend wordt om te blijven. De weerstand is dus een natuurlijk onderdeel van rijping. Pas wanneer het oude werkelijk niet meer werkt, wordt openstaan vanzelf.
Evenwaardigheid als grondtoon
De kwantumsprong verandert niets aan wie we in wezen zijn. Voor en na de sprong ben je evenwaardig, niet beter, niet verder, alleen bewuster van de ruimte die er altijd al was. De sprong onthult wat nooit ontbrak. En wie dat beseft, herkent diezelfde evenwaardigheid in anderen. Niet als leer of overtuiging, maar als vanzelfsprekend gevolg van zien.
Het wonder van rijpheid
Een kwantumsprong laat zich niet afdwingen, alleen mogelijk maken. Door leegte toe te laten, door gevoel, verstand en intuïtie in evenwicht te brengen, door te durven niets te weten. Dan rijpt er iets van binnen dat op een dag vanzelf valt, zoals fruit dat loslaat van de tak.
Wie niet springt, doet niets verkeerd. Wie rijpt, bereidt zich onbewust voor. En wie eenmaal valt, weet dat het geen val was maar een thuiskomst, in evenwaardigheid.
