Leven om te werken of werken om te leven?

Rutger Bregman schrijft in de Volkskrant van 24 november onder de titel “De prijs van werk” dat het voortdurend moeten 'managen' van 'je eigen merk' zijn tol eist.
Een citaat.
Wat doet het nieuwe werken met onszelf? Met ons leven? Met de manier waarop we samenleven?
De tijd voor hobby's, muziek, vrienden, familie, kunst, cultuur en sport slinkt in rap tempo. Nederlanders besteden steeds minder tijd aan huisgenoten, vrienden en familie. Niet alleen hebben we het drukker, het onderscheid tussen werk en vrije tijd vervaagt. Als 'manager van je eigen leven' ben je in principe altijd aan het werk, daarmee geholpen door je smartphone.
En alsof dat nog niet genoeg is, heeft de flexibele mens - of deze nu in tijdelijke of vaste dienst is - minder het gevoel een zinvol onderdeel van een gemeenschap te zijn. Kerk, vereniging, partij en vakbond zijn al langer op hun retour. Nu brokkelt ook de laatste zuil van zekerheid, ons werk, in rap tempo af. Het gaat slecht met het 'ons' in Nederland.
Aan deze maatschappelijke teloorgang ligt een hardnekkig mensbeeld ten grondslag. In dit mensbeeld worden zowel studenten als werknemers, flex én vast, tot 'menselijke grondstof' gereduceerd: economische eenheden die zo efficiënt mogelijk moeten worden ingezet.
De woordkeuze van politici, economen en human-resourcesmanagers is veelzeggend. Werknemers zouden 'concurrerende' wezens zijn. Om zichzelf als 'menselijk kapitaal' te kunnen verkopen op de 'arbeidsmarkt' moeten ze in zichzelf 'investeren'. In de 'kenniseconomie' zorgt 'life long learning' ervoor dat zij hun 'concurrentiekracht' behouden. Niet toevallig is in het regeerakkoord afgesproken dat ontslagen werknemers geen vergoeding meer krijgen, maar een 'transitiebudget' voor omscholing. Zelfs de vakbond CNV pleit voor een 'APK' ('Arbeidsmarkt Positie Keuring') voor ontslagen werknemers. Net als een auto in de garage wordt het 'menselijk kapitaal' van de werknemer dan gekeurd door een 'deskundige', die vervolgens een 'verbetertraject' aanbeveelt. De immer concurrerende werknemer moet daar wel zijn best voor doen. 'Wie dat niet doet, moet op de blaren zitten', waarschuwde voorzitter van CNV Jongeren IJmert Muilwijk in deze krant. Mislukken is een kwestie van 'eigen verantwoordelijkheid' geworden.

Aan het eind van het artikel schrijft Bregman het volgende.
Nederlanders zijn jaar in jaar uit, al zo'n drie decennia achter elkaar, minder in staat van 'het goede leven' te genieten. Natuurlijk maakt werk daar een belangrijk onderdeel van uit. Maar minder vrije tijd en minder zekerheid betekenen minder verwondering, minder zorg voor elkaar, minder vriendschap, minder saamhorigheid en minder genieten.
Dat is geen kwestie van 'eigen verantwoordelijkheid'. Het is het resultaat van politieke keuzes.
Tot zover de Volkskrant.

Na de dieren in de bio-industrie zijn nu de werknemers grondstoffen (en "assets") geworden.
Politieke keuzes leidden ertoe dat de belasting daar gehaald wordt waar het geld nog binnenkomt: bij de midden en hogere inkomens. De kleine groep (met de schaapjes op het droge) met grote eigen vermogens hebben die belasting al eens betaald en kunnen nu relatief onbelast daarvan leven. Een belasting op vermogen en het gebruik van grondstoffen en niet op arbeid zou een veel duurzamer en vooral mensvriendelijker samenleving opleveren. Alle bovengenoemde stress wordt verminderd wanneer samenwerken niet meer geld kost maar er voor zorgt dat niemand buiten de boot valt.

Het zou mooi zijn wanneer de kiezer zich wat meer zou realiseren dat zijn eigen angst voor verlies van welvaart hem maakt tot het spreekwoordelijke konijn in het licht van de koplamp. Het is in het belang van een kleine groep kapitaalkrachtigen dat grote groepen werknemers zichzelf in toom houden om de productie draaiende te houden totdat zij overbodig zijn geworden omdat hun werk overgenomen is door machines of arbeiders uit arme gebieden. Die verschuiving is niet het probleem, het probleem is de verdeling van het rendement.
Wil dit eerlijker verdeeld kunnen worden dan zullen Europese en globale bestuurders meer macht moeten krijgen dan zij nu hebben om supranationale ondernemingen en hun flitskapitaal te reguleren. Meer globale samenwerking vraagt ook meer globaal vertrouwen.

Is willen winnen een ziekte van deze tijd?

Winners and losers

Lance Armstrong was zo gebrand op het winnen van de Tour de France dat hij niet alleen zelf doping gebruikte, maar ook van zijn teammakkers eiste dat zij doping zouden gebruiken. Hij had sterke renners nodig om zelf te kunnen winnen. Hij werd als een held gezien door zeven tours te winnen, maar er wordt gezegd dat zijn activiteiten in charitatieve sector bedoeld waren om zijn gezicht enigszins te redden als hij betrapt zou worden.
Helden van vroeger waren vaak criminelen. Piet Hein was een zeerover. Pakken wat je pakken kan was zijn devies, want “the winner takes all”.
Het scheldwoord “loser” is naar horen zeggen een vaak gebruikt scheldwoord op het schoolplein. Van oudsher worden kinderen voorbereid op een competitie maatschappij, maar het is pas van recent dat kinderen elkaar proberen te pesten met het label verliezer. Vroeger probeerde je te winnen vanwege de eer en het voldane gevoel natuurlijk.
Kinderen worden gestimuleerd om te sporten om overgewicht tegen te gaan. Maar waarom dit combineren met competitie? Dansen of een avondvierdaagse heeft veel meer bijkomende voordelen. Dansen is een sociale gebeurtenis waar het gaat om samen te werken om samen plezier te beleven en wandelen kan goed gecombineerd worden met een gesprek. Er zijn geen verliezers.
Als je wilt winnen moet je bereid zijn veel te investeren en grenzen te verleggen. Dit zijn beide zaken die bij ontwikkeling horen, maar grote financiële risico’s lopen en over je grenzen aan is een brug te ver. Het is niet voor niets dat kanker een vorm van ongebreidelde groei een wordt genoemd die het gevolg is van onbalans.


Competitie

Maria Montessori was kritisch over de rol van competitie in het onderwijs en haar bredere implicaties voor de samenleving. Haar zorg over competitie was geworteld in het idee dat competitie vaak leidt tot vergelijkingen tussen individuen, waarbij sommigen als winnaars worden aangemerkt en anderen als verliezers. Ze geloofde dat dit winnen of verliezen de basis legt voor gevoelens van superioriteit of inferioriteit, wat op zijn beurt kan leiden tot conflicten en ongelijkheid in de maatschappij.

Seks op de school van het leven

Van een boekbespreking uit de Volkskrant door Peter Giesen op 6 oktober:
De Botton is een filosoof die zegt dat hij mensen gelukkiger wil maken. Meer denken over seks verschijnt in een reeks korte boeken van zijn School of Life, een instituut dat filosofie en therapie combineert. Misschien zouden we beter af zijn zonder een onruststoker als seks. Maar we kunnen niet zonder, omdat hij een overwinning op onze eenzaamheid markeert, aldus De Botton. Seks bevrijdt ons uit de koude, anonieme wereld waarin we na onze kindertijd terechtkomen. Als kleuters worden we gekoesterd door onze ouders en door leraren die onze sufste tekeningen de hemel in prijzen. Maar op een kwade dag komen we erachter dat de wereld wreed oordeelt en prestaties eist. Door seks kunnen we even aan deze eenzaamheid ontsnappen. Als een ander ons toelaat, worden we eindelijk weer geaccepteerd zoals we zijn, met al onze tekortkomingen en gebreken.
Tot zover de Volkskrant.

En zo is het maar net. Zou seks niet bestaan dan is het maar de vraag of we ons ooit letterlijk met elkaar zouden verbinden en zouden we uitsterven. De fysieke verbinding maakt dus een einde aan de isolatie en de eenzaamheid die daarvan het gevolg is.
Seks is een beetje ongemakkelijk en raar, want we willen wel graag opgaan in de ervaring maar onszelf niet voortijdig presenteren aan de ander als buiten zinnen. We zijn immers meer dan de som van onze geslachtsdelen. De ander mag wel "buiten zinnig" naar ons verlangen, maar ook niet te vroeg, want dat is niet aantrekkelijk en ook niet alsmaar.
Binnen een vaste relatie wordt het enerzijds gemakkelijker, anderzijds moeilijker. Als je gelukkig wilt worden en blijven, zoals het motto van Alain de Botton is, moet je niet zulke onrealistische verwachtingen koesteren. Je kunt niet voortdurend fantastische seks hebben. Het is onrealistisch om eeuwige trouw van je partner te verlangen.
We willen wel tijdelijk versmelten maar ook op den duur vrij blijven. Dat is een balans, waarbij je vrijheid inlevert en hopelijk meer verkrijgt. Als de kwaliteit van de verbinding goed blijft, blijf je waarschijnlijk ook gelukkig.

Schrijver en psychoanalyticus Paul Verhaeghe sprak naar aanleiding van de gevolgen van de coronacrisis over de behoefte aan intimiteit:
“Over het algemeen geldt dat er twee fundamentele gerichtheden in ons zitten: zo dicht mogelijk bij de ander willen zijn, versmelten met hem of haar, één willen worden (en ja, vrijen is daarvoor perfect), versus alleen en autonoom willen zijn, je eigen ding willen doen, los van de ander. De twee tendensen wisselen elkaar af, doorheen ons leven, maar ook zelfs doorheen de dag (je wil ’s morgens niet met mij aan tafel zitten). Opvallend: wanneer we door externe omstandigheden in één van beide richtingen gedwongen worden, dan verlangen we naar het andere. En dat is nu uitdrukkelijk het geval".


Denk niet alleen maar positief

Het lezen van de timeline in Facebook kan een gevoel van eenzaamheid of falen oproepen. De "positieve" stukjes van anderen maken mensen onzeker en ongelukkig over hun eigen leven.

Het overoptimisme van zelfhulpboeken en positief denken is het onderwerp van de Guardian-journalist Oliver Burkeman, The Antidote; Happiness for people who can't stand positive thinking. De Nederlandse vertaling heet Tegengif.

Oliver Burkeman betoogt in Tegengif dat we in een valkuil zitten. Doordat we krampachtig proberen gelukkig te worden, bereiken we juist het tegenovergestelde. Burkeman laat zien dat er een alternatief pad naar geluk en succes is. Daarbij is het belangrijk mislukkingen, pessimisme, onzekerheid en twijfel niet angstvallig uit ons leven te bannen maar juist toe te laten – alles wat we in ons leven krampachtig proberen te vermijden.


Op Youtube vertelt hij hoe hij toch door het lezen van zelfhulpboeken en door het negatieve denken meer in balans te brengen met positief denken een ietsje pietsje meer gelukkig is geworden.

De gouden regel voor liefde en vrijheid

Praktische ethiek

In Wikipedia staat geschreven over de gouden regel.
Met de Gulden Regel (lat. regula aurea; eng. golden rule) wordt een oude en wijdverbreide stelregel van de praktische ethiek aangeduid.
“Behandel anderen zoals je door hen behandeld wilt worden”.
In de 17e eeuw introduceerden de Europeanen het denkbeeld van de in de Bijbel overgeleverde voorbeelden van de regel, die het Thoragebod der naastenliefde (Lev 19:18) als een algemeen geldende en begrijpelijke gedragsregel uitleggen. Uit de vertaling van de positieve versie van Tobit 4:15 in de Lutherbijbel van 1545 ontstond het bekende berijmde gezegde.
“Wat gij niet wilt dat u geschiedt, doet dat ook de ander niet”.
Tot zover Wikipedia.

Universele regel

Confucianisme

Wat je zelf niet wilt, doe dat ook de ander niet.

Hindoeïsme

De kern van rechtschapenheid is nooit een ander aandoen, wat men voor zichzelf als kwetsend ziet.

Jaïnisme

Behandel alle levende wezens zo, als men zelf behandeld wil worden.

Boeddhisme

Wat voor mij onwelgevallig en onaangenaam is, is dat voor anderen ook.

Jodendom

Wat jij verafschuwt, doe dat ook je naaste niet.

Islam

Niemand is gelovig, zolang hij niet voor zijn broeder wenst, wat hij voor zichzelf wenst.

De gouden regel in het Taoïsme is bekend als het principe van wu wei, wat zich vertaalt als "niet-doen" of "niet-handelen". Het betekent dat men moet handelen in harmonie met de natuurlijke stroom van de dingen, zonder te proberen de dingen te forceren of te controleren. Dit betekent ook dat men anderen moet behandelen zoals men zelf behandeld zou willen worden en dat men zich bewust moet zijn van de impact die zijn/haar acties hebben op de natuurlijke omgeving en de samenleving als geheel.

Het uitgangspunt over "anderen niet aandoen wat je ook niet wilt dat zij jou aandoen", leidt tot vrijheid. Althans wanneer je het er mee eens bent dat de betekenis niet wezenlijk verandert wanneer je de gouden regel parafraseert tot “mijn grenzen houden op waar die van een ander beginnen”. Deze formulering ligt weer aan de basis van de meeste grondrechten en van de ethiek, zoals we die nu kennen.
Hoe meer je jezelf accepteert, des te meer kun je anderen accepteren zoals ze zijn. Op deze wijze heb je liefde en vrijheid geïntegreerd toegepast.
Conclusie: de steekwoorden die geassocieerd worden door bovengenoemde schrijvers met de gouden regel zijn evenwaardigheid, wederkerigheid, liefde en vrijheid.

De werkelijkheid zien door te mediteren

Matthieu Ricard.
'Er bestaan veel clichés over meditatie. Laat ik meteen duidelijk maken dat het bij mediteren niet gaat om het leegmaken van de geest door je gedachten te blokkeren, voor zover dat al mogelijk is. Het gaat niet om eindeloze interpretaties van je verleden of het voorzien van de toekomst'.
'Het doel van meditatie is om de werkelijkheid te zien zoals die is -zo dicht mogelijk bij onze eigen belevingswereld- om de oorzaken van pijn en verdriet bloot te leggen en de mentale verwarring op te heffen die maakt dat we het geluk zoeken waar het niet te vinden is'.
Mediteren is een vaardigheid die ons bestaan meer waarde en meer glans kan geven. Voor de klassieke meesters is meditatie nauw verweven met een ontwikkelingsweg die hun hele leven beslaat. Maar ook een bescheidener inzet, door dagelijks enkele meditatieoefeningen te doen, blijkt vrij direct te resulteren in een andere visie op onszelf en op de wereld.


Meditatie kan krachtig zijn om verschillende redenen. 

  1. Het vermindert stress. Meditatie kan helpen om de stressrespons van ons lichaam te verminderen, waardoor we ons rustiger en meer ontspannen voelen. Dit kan een positief effect hebben op ons lichaam en ons helpen om beter om te gaan met stressvolle situaties. 
  2. Het verbetert de concentratie. Regelmatige meditatie kan onze concentratie verbeteren en ons helpen ons beter te concentreren op de taak die we voorhanden hebben. Dit kan ons helpen om productiever te zijn en ons werk efficiënter uit te voeren. 
  3. Het verhoogt ons bewustzijn. Meditatie kan ons helpen om ons bewustzijn te verruimen en ons te openen voor nieuwe inzichten en ervaringen. Dit kan ons helpen om ons leven meer betekenis te geven en ons te leiden naar onze diepere verlangens en doelen. 
  4. Het verbetert onze emotionele gezondheid. Meditatie kan helpen om onze emotionele gezondheid te verbeteren door ons te helpen omgaan met negatieve emoties en ons te openen voor meer positieve emoties zoals vreugde, dankbaarheid en mededogen. 
  5. Het kan onze fysieke gezondheid verbeteren. Regelmatige meditatie kan helpen bij het verminderen van de bloeddruk, het verbeteren van de slaap, het verminderen van pijn en het versterken van het immuunsysteem. 
  6. Het kan ons helpen om meer in het moment te leven. Meditatie kan ons helpen om ons meer bewust te worden van het heden en ons te bevrijden van zorgen over het verleden of de toekomst. Dit kan ons helpen om meer in het moment te leven en ons te concentreren op de ervaringen die we op dit moment hebben.

Hebben bankiers een waardeloze ethiek?

George Möller werkte 40 jaar aan de top van de internationale financiële wereld. In de Volkskrant van 29 augustus wordt hij geïnterviewd. Hij schreef een boek 'Banking on Ethics'. Waardenloos! over het gebrek aan ethiek in het bankwezen.

Peter de Waard (Volkskrant):
De titel van het boek is Waardenloos. Waar komt dat vandaan?
'Economie heeft geen waarden meer. Het is een loodgietersvak geworden. Noem het mechanica. Je gooit allemaal gegevens in een model en daar rolt een resultaat uit. Dat is waardenvrij. En daardoor waardeloos'.

Volgens de boekbeschrijving:
Een crisis in de financiële markten houdt pas op als het 'beest' in de mens is bedwongen. Door een sterkere beschermingslaag van ethiek en zelfbeheersing. Maar nu is de mens niet alleen als individu irrationeel, we zijn het collectief. En dat veroorzaakt systeemrisico's.

Möller gelooft ook niet in de betrouwbaarheid van modellen in de economie. Een model kan gebruikt worden om golfbewegingen in de economie te begrijpen, maar is (tot nu toe nog) nooit een betrouwbare voorspeller geweest. In economisch barre tijden reageert een mens niet rationeel maar paniekerig. En modellen houden geen rekening met ethiek en ook niet met coalities bij het vormen van een regering. Tenslotte reageren mensen op extrapolaties van modellen door te zoeken naar financiële voordelen van het anticiperen op andermans gedrag en halen zo de voorspellingskracht van een model onderuit.

Volkskrant:
In de tweede helft van de 20ste eeuw is economie een natuurwetenschap geworden. Mensen als Milton Friedman en Paul Samuelson bouwden modellen die voor geldelijk gewin moesten zorgen. Transacties worden afgesloten omdat men er zelf geld aan verdient. Dat iemand anders wordt benadeeld - of zelfs wordt geflest - wordt niet als immoreel gezien zolang het niet is verboden.


Spiegel je verliefdheid en leer jezelf kennen

Er is psychologie en Spiegelogie

De gedachte achter Spiegelogie luidt als volgt.
Alles wat we zien en voelen is een weerspiegeling van de staat van ons eigen bewustzijn. Iedere persoon die we in ons leven tegenkomen (aantrekken) laat ons een bepaald aspect zien van wie we eigenlijk zijn. Ieder gevoel dat iemand anders ons laat zien, weerspiegelt een gevoel dat diep in ons huist. Deze weerspiegeling is een echt geschenk, want het stelt ons in staat om bewust te zijn van onze overtuigingen. We hebben dan de keuze om de macht te grijpen die we aan die overtuigingen gegeven hebben.
Tot zover de boodschap van de Spiegelogie die vooral gebracht is door Willem de Ridder (1939-2022), die zichzelf spiegeloog noemde.

Op wie worden we verliefd?

Narcissus
Wanneer we verliefd worden op een ander dan worden we volgens de Spiegelogie verliefd op een deel van onszelf dat we weerspiegeld zien in de ander. Dit doet denken aan het verhaal van Narcissus.
Narcissus was een mythologische figuur onder andere beschreven door Ovidius.
Wikipedia.
“Narcissus was een mooie jongeman die leefde voor de jacht. Hij had al heel wat harten sneller doen kloppen. Zijn moeder had van de ziener Tiresias de voorspelling gekregen dat hij zou blijven leven als hij zichzelf maar niet kende. Narcissus wilde echter niets van liefde weten en wees iedereen af. Enkel de jacht interesseerde hem. Toen hij zich eens voorover boog om te drinken zag hij zijn weerspiegeling in het wateroppervlak van de Styx, maar hij dacht dat het een mooie geest was die in de vijver leefde. Zo bleef hij daar zitten, in bewondering starend naar de heldere ogen, het krullend haar, de ronde kaken, de ivoren hals, licht gescheiden lippen, en de blakende gezondheid en conditie in het algemeen van deze verschijning. Hij werd verliefd op zichzelf.
Hij bracht zijn lippen naar het water in een poging om de verschijning te kussen, hij stak zijn armen uit om het beeld te omhelzen. Zijn geliefde vluchtte weg maar kwam terug toen het water weer kalm was en trok opnieuw zijn aandacht. Hij kon zichzelf er niet meer toe brengen om van het water weg te kijken, hij dacht niet meer aan eten en drinken, of aan rust, enkel aan de verschijning in het water”.
Uiteindelijk kwijnde hij weg.
Tot zover Wikipedia.

Bevestiging zoeken

De figuur van Narcissus is geen voorbeeld voor anderen. Narcisten, die geen oog hebben voor anderen, worden verguisd, ook hun netwerk kwijnt. Maar eigenlijk wordt Narcissus daarmee tekort gedaan. Narcissus mocht zichzelf niet leren kennen, maar wij mogen dat wel.
Narcissus was misschien ook niet daadwerkelijk verliefd op zichzelf, maar eerder verliefd op het verlangen om één te worden met zijn eigen reflectie, alsof het een ander persoon was. Dit zou erop wijzen dat hij op zoek was naar verbinding en heelheid, maar dit verlangen op een ongezonde en onmogelijke manier uitte.
Stel dat de stelling klopt dat we bij verliefdheid eigenlijk ook verliefd worden op een weerspiegeling of echo van onszelf. Dat kan heel leerzaam zijn, want we kunnen ons verliefde gevoel naar anderen vrij uiten en ons bewust worden van welk deel van onszelf we meer zouden willen koesteren. Of de ander ook verliefd op ons wordt, doet er eigenlijk weinig toe. Dat zou hoogstens iets over die ander zeggen. Waarom zouden we bang zijn dat de ander niet van ons houdt? We hoeven de bevestiging dat we er onvoorwaardelijk mogen zijn niet bij de ander te zoeken. We overschatten de romantische liefde als we verlangen naar de samensmelting met iemand die op onszelf lijkt. Om ons met onszelf te verenigen, hebben we de ander niet nodig. En wanneer we onszelf zijn, kunnen we de ander veel beter zien als een individu met eigen kwaliteiten en eigenaardigheden. Dat creëert ruimte. En in onszelf kunnen we de eenheid met de ander ervaren.

Dus waarom verklaren we niet wat vaker elkaar de liefde?

Wanneer twee mensen elkaar gunnen om -weliswaar anders, maar- zichzelf te zijn, dan maakt een verbinding tussen hen een veel grotere kans op een duurzame relatie. In die relatie kunnen we de waarheid van onze overtuigingen onderzoeken en eventueel loslaten. En bevrijd van onnodige overtuigingen hebben we veel meer macht over ons leven en het ontstaan (terugkeer en beklijven) van geluk.

Niet wederkerige weerkaatsing

Verbonden aan de mythologie van Narcissus is het verhaal van de nimf Echo.
Wikipedia. “Echo had de gewoonte om onophoudelijk te praten. Zij leidde daarbij de godin Hera zodanig af, dat Hera's echtgenoot, Zeus, niet meer betrapt kon worden bij zijn talloze affaires met andere godinnen of stervelingen. Volgens enkele bronnen vervloekte Hera Echo daarom, zodat ze alleen nog maar in staat was om anderen na te praten. Echo werd verliefd op Narcissus maar deze had enkel interesse in de jacht. Bij hun eerste treffen, verstopte Echo zich en herhaalde de woorden van Narcissus. Toen Narcissus tegen de stem zei dat hij haar wilde vergezellen, sprong Echo met haar hart vol liefde tevoorschijn en herhaalde ook weer Narcissus' woorden. Toen hij Echo echter zag, verafschuwde hij haar meteen. Echo's hart brak meteen en ze verstopte zich in een grot, daar kwijnde ze weg van verdriet totdat alles verdwenen was. Alleen haar stem bleef over en die herhaalde alle laatste woorden. Haar stem is het liefst tussen de bergen, vandaar dat je daar een echo hebt”.
Tot zover Wikipedia.

Echo stond niet in contact met zichzelf, maar was voortdurend contact aan het maken met een ander. Narcissus was alleen geïnteresseerd in zichzelf. Hun verhaal is een waarschuwing voor extreme gerichtheid (naar binnen en naar buiten) die leidt tot het verlies van verbinding met anderen.

Hoewel het belangrijk is om gezonde relaties na te streven en compatibiliteit te zoeken, kan het idee van voortdurend op zoek zijn naar een "betere match" en alleen maar het spiegelen van overeenstemming ook tot problemen leiden. Het is begrijpelijk dat je wilt streven naar een bevredigende relatie, maar het constant afhouden van verbinding met anderen in de hoop op een perfecte match kan leiden tot een gevoel van eenzaamheid en het missen van waardevolle connecties.

En verliefdheid, hoe zit het daarmee?

Uit een interview met Vera Helleman.
“Verliefdheid is een positieve projectie, maar nog steeds buiten jezelf en daardoor saboteert het je uiteindelijk. Maar het heeft een interessante functie. Je ervaart een eenheidsgevoel, een soort vervulling. Maar de grap is dat dat niet door die ander komt. Je ervaart jezelf, zonder sluiers. Verliefdheid komt voort uit het gevoel van complete acceptatie, bij ‘die ander ‘hoef je nu eindelijk helemaal niets te beschermen. Hij of zij ziet jou voor wie je werkelijk bent, hij vindt je helemaal leuk. Dan voel je je ook helemaal leuk, je hart gaat open, je wordt ontvankelijk en verbind je met jezelf en daardoor tegelijk met de ander. Je durft in de intieme verbinding te gaan. En voelt eenheid. Maar die partner is niet het ingrediënt waardoor je eenheid voelt, die ontstaat in je open hart. Uiteraard kun je heel fijne momenten van verbinding hebben, maar het komt dus niet door die ander. Het zit in jezelf. Door onze emotionele behoeftigheid denken we de ander – iemand om verliefd op te worden – nodig te hebben voor dat gevoel. Maar de ander herinnert ons slechts aan de schoonheid en liefde die we zelf zijn”.

Vera Helleman zegt in onderstaand boek. "Via de ander ontmoet je jeZelf. Je ziet door de bril van het ego je eigen denkbeelden en je emoties weerspiegeld in de ander".

Vera Helleman. Moeiteloos jezelf zijn, ontwaken in een nieuw bewustzijn (bol.com).

ADHD voorkom je door de diagnose niet te stellen

Het aantal volwassenen met de diagnose ADHD neemt de komende jaren fors toe. Dit verwachten psychologen en farmaceuten, die zich op de groeimarkt storten met bijscholingssessies, gespecialiseerde behandelingen en nieuwe pillen. Tot dusver werd adhd vooral gediagnosticeerd bij kinderen. Het aantal kinderen dat medicijnen zoals Ritalin of Concerta slikt, is sinds 2005 bijna verdrievoudigd. De Tweede Kamer heeft een onderzoek gevraagd naar de hoge aantallen. Volgens critici worden onder invloed van de farmaceutische industrie te gemakkelijk medicijnen voorgeschreven.

Is ADHD een ziekte? Word je met ADHD geboren? Verbetert medicatie in alle gevallen het functioneren van een kind met ADHD? Het antwoord is drie keer nee, aldus Laura Batstra (1973). Laura Batstra werkte als behandelend psycholoog in een psychiatrische instelling. Ouders en leerkrachten worden op basis van discutabele aannames massaal verkeerd voorgelicht over ADHD. Het is gedrag in een context,
géén ziekte in het individu. Een test om ADHD aan te tonen is er niet.
De laatste jaren is het aantal ADHD-diagnoses enorm toegenomen, terwijl het voor veel kinderen mogelijk en beter is om buiten het psychiatrisch circuit te blijven. Wanneer het gedrag van een kind in het 'hokje' ADHD past, is het eerste advies aan ouders meestal: medicatie. Maar medicatie heeft grote nadelen en in veel gevallen kan worden volstaan met ouder- en leerkrachttraining. De complexe werkelijkheid is dat er duizend interacterende oorzaken voor druk gedrag kunnen zijn, van temperament tot te laat naar bed gaan tot over- of ondervraging op school, tot weinig draagkracht van de omgeving’.
Laura Batstra belicht de valkuilen van de psychiatrische diagnostiek. Zij bepleit een kindvriendelijker behandeling van drukke en dromerige kinderen, waardoor overdiagnose wordt voorkomen zonder onderbehandeling te riskeren. Uit onvrede over het feit dat lastig maar normaal kindgedrag het stempel 'psychiatrisch ziek' kreeg, zegde zij in 2010 haar baan op. Sindsdien is ze onderzoeker en docent aan de Rijksuniversiteit Groningen, waar zij werd verkozen tot docent van het jaar 2011.

Laura Batstra bepleit hulp in stappen voor ouders van kinderen met gedragsproblemen.
Stap 1 is het normaliseren van zowel kindgedrag als opvoedstress. Soms is het voor ouders al voldoende te horen dat de wanhoop nabij zijn bij opvoeden hoort.
Stap 2 is ‘watchful waiting’; wekelijkse telefoongesprekken om in de gaten te houden hoe het gaat.
Als problemen blijven of verslechteren is stap 3 zelfhulp, waarbij ouders via boeken of internet hun krachten en vaardigheden versterken.
Indien nodig kan daarna nog korte (stap 4) of meer intensieve (stap 5) ouder- en/of leerkrachtbegeleiding ingezet worden. Hierin helpen gedragswetenschappers de ouders en leerkrachten om zo consequent, voorspelbaar en positief mogelijk te reageren op het gedrag van het kind. Pas wanneer dit onvoldoende werkt, volgt doorverwijzing naar de ‘tweedelijnszorg’, de psychiatrie, voor diagnostiek en eventueel medicamenteuze behandeling (stap 6).


106 tips voor een gezonde relatie

Zit je relatie in het slop? Maak je elkaar verwijten als 'Jij praat nooit' en 'Jij wil geen seks'? Psychologe Harriet Lerner geeft in Huwelijkse voorwaarden 106 tips voor een gezonde, langdurige relatie.

Bijvoorbeeld tip 53: “Kijk uit voor de vier ruiters!”. Wanneer de ruiters “kritiek”, “minachting”, “defensief reageren” en “een muur om je heen bouwen” samen rijden dan zaaien ze dood en verderf in je relatie.

Lerner biedt nieuwe oplossingen voor eeuwenoude problemen
– 'Ze luistert niet als ik zeg dat ik met rust gelaten wil worden' -,
maar behandelt ook de dilemma's van deze tijd
- 'Hij houdt meer van zijn BlackBerry dan van mij'.

Lerner leert ons dat we kritiek niet stiekem als advies mogen verpakken, ze helpt ons om te gaan met kinderen, stiefkinderen en ingewikkelde familiebanden en ze legt het werkelijke probleem achter de dop op de tandpastatube bloot.


Komen tot een altruïstisch individualisme

Frédéric Lenoir (1962) is filosoof, socioloog, godsdiensthistoricus en hoofdredacteur van Le monde des Religions. In het Nederlands verschenen van hem De filosofie van Christus (2008), Een geschiedenis van onze goden (2010), Socrates, Jezus, Boeddha (2010), Hoe Jezus God werd (2011) en onlangs Handleiding voor een evenwichtige geest en een kalm gemoed.

In een interview met de Volkskrant, 19 mei 2012 stelt hij het volgende.
De westerse mens is zijn illusies kwijt. Maar des te beter! Hij maakt nu kennis met het echte leven. Met de echte wereld. En met zichzelf.

Onderaan.
Alle ideologieën zijn ingestort: de dogmatische religie die ons één waarheid zou brengen, het sciëntisme dat geloofde dat de wetenschap de wereld kon redden, het nationalisme waarvoor men zijn leven gaf, het communisme dat iedereen gelijk zou maken. Nu beleven we de grenzen van de laatste ideologie, het economisch liberalisme. We merken nu dat ook het geld de mens niet gelukkig maakt. Daarom komen we terug bij de filosofie, een filosofie die wezenlijke vragen stelt en die zich bezig houdt met het individu. We hebben begrepen dat we de wereld niet kunnen veranderen, tenzij we zelf veranderen.

Het individu moet een nieuwe weg inslaan? En zijn verantwoordelijkheid nemen?
Nog nooit in de geschiedenis van de mensheid is het individu zo vrij geweest om zijn eigen leven in te richten, zijn beroep te kiezen, zijn seksualiteit te beleven. Vandaag lopen we tegen de grenzen van het individualisme aan. Maar we kunnen en moeten niet terug naar de geformatteerde vorm van het individu in de groep. De enige oplossing is dat het individu het hart van het systeem blijft en dat hij zich verantwoordelijk gaat voelen voor zichzelf en voor de ander. Het individu moet persoonlijke keuzes maken, maar met een verlichte geest, met een goed kompas, met gevoel voor collectieve verantwoordelijkheid. Komen tot een altruïstisch individualisme – dat is de uitdaging voor deze eeuw.

Hier zijn enkele manieren waarop deze benadering kan worden bereikt. 

  • Ontwikkel een dieper begrip van de samenhang tussen individuen en de samenleving. Het begrijpen van de onderlinge afhankelijkheid van individuen in de samenleving kan helpen om een gevoel van mededogen en verantwoordelijkheid voor anderen te ontwikkelen. Het besef dat de acties van één persoon invloed hebben op anderen en op de maatschappij als geheel kan leiden tot een meer altruïstische houding.
  • Focus op persoonlijke ontwikkeling. Door te werken aan persoonlijke ontwikkeling kunnen individuen meer inzicht krijgen in hun eigen waarden en overtuigingen, en kunnen ze beter begrijpen hoe deze in overeenstemming kunnen worden gebracht met het welzijn van anderen. Dit kan bijvoorbeeld worden bereikt door middel van meditatie, zelfreflectie of counseling. 
  • Maak bewuste keuzes. Door bewuste keuzes te maken die gericht zijn op het welzijn van anderen, kunnen individuen hun altruïstische houding versterken. Dit kan bijvoorbeeld betekenen dat ze minder consumeren, zich vrijwillig inzetten voor gemeenschapsprojecten of doneren aan goede doelen.
  • Stimuleer een cultuur van altruïsme. Door de waarde van altruïsme te benadrukken en te stimuleren in de samenleving, kan een cultuur van altruïsme worden bevorderd. Dit kan bijvoorbeeld worden bereikt door het organiseren van evenementen die gericht zijn op vrijwilligerswerk, het delen van verhalen van mensen die anderen hebben geholpen, of het aanmoedigen van scholen en bedrijven om vrijwilligerswerk en maatschappelijke betrokkenheid te stimuleren.

Denk zelf, durf te wantrouwen

Jean-Pierre Geelen schrijft 20 juni in zijn TV-column in de Volkskrant over fraudeur Diederik Stapel.
Het profiel over Stapel was het laatste van een tweeluik onder de titel 'De verzoeking'. Vorige week ging het over Keith Bakker, die andere zieleknijper die bezweek onder de druk van de roem. Ook toen ontbrak een factor die ook bij Stapel onbesproken bleef: de media. Want vette nieuwtjes als 'Van vlees eten word je hufterig' of 'Smerige straten leiden tot meer discriminatie' konden ook opbloeien door media die dergelijke nonsens bij bosjes publiceren. Kritiekloos.
Natuurlijk: redacties kunnen onmogelijk elk proefschrift overdoen. Maar de gretigheid waarmee media (tv voorop) mediamieke (pseudo-)wetenschappers opvoeren, heeft de prestatiedruk alleen maar verhoogd. Hoe opzienbarender de quote, hoe welkomer de gast - Stapel weet er alles van.

Rolf Dobelli schreef een boek over 52 denkfouten die je beter aan anderen kunt overlaten: De kunst van het heldere denken (bol.com).

Doe eens normaal, gedraag je evenwaardig

Zijn mensen met een psychische afwijking gelijk aan “normale” mensen?

Evenwaardig…

Als je mij wil helpen, probeer me dan niet te veranderen
zodat ik in jouw wereld pas.
Schenk me de waardigheid om mij te ontmoeten zoals ik ben.
Erken dat we beiden even vreemd zijn voor elkaar,
dat mijn bestaanswijze niet zomaar een beschadigde versie is van die van jou.
Stel je veronderstellingen in een vraag.
Vertel mij hoe ik kan omgaan met jou.
Werk met mij om meer bruggen te slaan tussen ons.

Jim Sinclair, man met autisme, 1992

Malou van Hintum is zelfstandig journalist en publicist. Ze werkt onder meer voor de Volkskrant en het Maandblad Geestelijke volksgezondheid. Ze schreef het boek Doe eens normaal – over zin en onzin van psychiatrische stoornissen.
Malou van Hintum vindt dat we minder etiketten moeten plakken op mensen met psychische afwijkingen en zij is dan ook tegenstander van DSM-5. DSM is de manual met diagnoses van psychische afwijkingen die met elke uitgave meer gedetailleerd wordt. Op die ontwikkeling is veel kritiek omdat de diagnoses niet onafhankelijk van de belangen van de farmaceutische industrie lijken te worden gemaakt. Hoe meer categorieën hoe meer therapieën en hoe meer pillen er kunnen worden verkocht.
Volgens haar bestaat er geen waterscheiding tussen mensen met en zonder een stoornis. Dat is maar de vraag en is de reden dat het gedicht boven dit artikel staat. Zou het vermogen om evenwaardigheid te (kunnen of te willen) zien deze waterscheiding kunnen zijn? Zich onevenwaardig opstellen kan de psychiatrische patiënt maar ook de psychiater doen. Mensen met een psychische stoornis kunnen het ver schoppen in het management.



Misschien wordt een deel van het antwoord en een voorbeeld van evenwaardigheid gegeven in het boek dat Reimar Schefold schreef naar aanleiding van een tweejarig verblijf bij de Sakuddei, een geïsoleerd levende gemeenschap op een eiland in de buurt van Sumatra. Zij zijn een volk zonder hiërarchie, geldeconomie en arbeidsdeling, waar je wordt geacht naar vermogen bij te dragen aan de groep. Tussen man en vrouw wordt wel een taakverdeling aangehouden.
De Sakuddei geloven dat de ziel nieuwsgierig is en op reis gaat. Je moet je ziel lokken met mooie dingen en bescherming. Je wordt uitgedaagd creatief te zijn en iets van je leven te maken. Slaag je daar niet in dan gaat de ziel terug naar de voorvaderen en ga je dood.


Wat laat Taoïsme ons inzien?

Wie de Tao zoekt om alles uit het leven te halen en meer te verdienen vindt weinig op zijn pad. En toch is daarmee niets te veel gezegd, want het Taoïsme vult de leegte aan in de balans van doen en laten. Die balans raken wij kwijt wanneer wij geluk alleen zoeken in het doen. Onze drukke levensstijl lijkt anders te suggereren, maar er is niets mis met doen, vooropgesteld dat je jouw heil zoekt in het (juiste) doen zelf en niet (doelgericht) als middel om steeds verder te reiken. Er is niets mis mee met jezelf te willen ontwikkelen of te willen groeien (beter nog: te rijpen) in bewustzijn als je maar (weer) in evenwicht komt.
Taoïstisch leven is (met enige moeite) juist handelen, en dat doe je door jezelf en andermans grenzen niet te forceren. Het inzicht in de Tao loopt niet via verstand, taal of andere intellectuele mechanismen en is alleen via intuïtie te verwerven.

Weten dat je niets nodig hebt om nu gelukkig te zijn is een bevrijdend en tegelijk frustrerend gegeven. Want waarom ben je dan nu niet gelukkig?

De oosterse filosofen accepteren dat sommige zaken ongrijpbaar zijn en ze hebben geen methode om gelukkig te worden, maar bevelen aan om te mediteren en zelfkennis te verwerven door jezelf te observeren. Dat betekent een zekere afstand nemen van het denken en voelen. Ook dit is een vorm van laten. Anders gezegd: ze bevelen aan om ruimte te maken voor iets wat niet binnen kan komen wanneer we van overtuigingen en emoties vervuld zijn. Die overtuiging kan zijn dat we ons zouden moeten identificeren met de waarheid van onze gedachten en emoties. Zijn gedachten en gevoelens dan niet waar? Misschien wel, maar ze zijn niet de hele waarheid.
We kunnen in balans komen wanneer we inzien dat we genoeg hebben aan onszelf en ons ego kunnen loslaten en oordeelvrij open staan voor (nieuwe inzichten via) anderen.
We doen er goed aan ons niet afhankelijk te maken van de erkenning van de ander, maar ons best te doen voor ons zelf en ook een ander van die kwaliteit te laten genieten. Ook dat kan door de “flow” geluk opleveren.

In onze westerse zegswijzen drukten we deze kennis al uit: het meesterschap toont zich in het weglaten; spreken is zilver, zwijgen is goud; muziek zit tussen de noten; een danser brengt rust in de beweging.

Hiermee drukken we uit dat je tegelijk weet waar je goed in bent en dat je ruimte (stilte) moet laten voor ........

Tao in het dagelijkse leven, zie deze video.
Zie ook: "Je kunt niets doen om gelukkig te worden".

Observeren en loslaten

Jezelf ontdoen van

In de Volkskrant van 23 mei schrijft Olaf Tempelman over het oplevende Taoïsme onder de titel Wie zich meester waant, is vaak een slaaf.

Tempelman citeert sinoloog Mark Leenhouts:
Als de Tao leeg is en het taoïsme in het ontkerkelijkte Nederland een 'spirituele leegte' vult - is dat dan geen leegte vullen met leegte? Niet per se, betoogt Leenhouts: 'Wat de taoïsten 'het legen van het hart' noemen, betekent eigenlijk het 'vasten van het hart'. Oftewel: het uitbannen van menselijke gedachten en verlangens. In die geestelijke stilte kun je één worden met de Tao - het alleen met intuïtie benaderbare oerprincipe dat de natuur regeert en de mens daarvan is afgedwaald'.
Tot zover de Volkskrant.

Het vasten van het hart zou betekenen het uitbannen van menselijke gedachten en verlangens. Boeddhist Eckhart Tolle legt dit anders uit: hij houdt mensen voor om te mediteren en zich daarbij niet te identificeren met gedachten, gevoelens en verlangens. Dit betekent dat deze niet hoeven te worden onderdrukt, ze mogen er zijn en kunnen het beste weer worden losgelaten. Juist wie zijn gedachten en emoties uitbant zal slaaf zijn en mogelijk nooit meester. Het gevaar van onderdrukking is dat zij juist dan op onverwachte en ongewenste manier toch weer de kop opsteken. Observeer jouw gedachten, gevoelens en verlangens zodat je ervan kunt leren oftewel bewust kunt worden. Het gaat om de balans: alle gevoelens mogen er zijn, maar hoeven niet allemaal ongeremd naar buiten te komen of te worden onderdrukt.

Overgangen in een mensenleven

Transformatie

De mens kan in zijn leven verschillende overgangen meemaken die je kunt benoemen als transitie of zelfs transformatie.
Transities zijn verandering aan de “buitenkant”, zoals geboren worden, naar school gaan, zelfstandig wonen en bijvoorbeeld trouwen, kinderen krijgen. Transities kun je labelen: baby, peuter, kleuter, puber, volwassene; echtgenoot, vader, moeder, ouder, weduwe. In de reeks transities zit de ontwikkeling van de menselijke vrijheid, waarbij steeds grotere verantwoordelijkheid kan worden gedragen en er zit in het verbreken en aangaan van verbinding(en).

Transformaties zijn veranderingen aan de “binnenkant”. De ontwikkeling van je ego is een transformatie in jouw kindertijd waarop je je bewust wordt van de voor- en nadelen van het afgescheiden zijn van anderen. Transformatie kent gevoelens en behoeftes. Transformatie gaat van binnenuit naar buiten. Als mens maken we niet vaak een transformatie mee.
De zekere transformatie is de lichamelijke transformatie, namelijk de overgang van kind naar volwassene.
De geestelijke transformatie die je mogelijk als volwassene kunt doormaken is de ontwikkeling van egogericht naar hartgericht leven. Dit laatste vraagt toelichting want ego en “vanuit het hart leven” staan niet letterlijk voor waarneembare fenomenen. Iemand die egogericht is, gaat zoveel mogelijk voor het eigen belang en probeert zich van anderen te onderscheiden. Nadeel kan zijn dat je vervreemdt of afhankelijk blijft van de erkenning van anderen.
Het ego geeft eigenheid en continuïteit, maar weerhoudt ons van transformatie, omdat het bang is zichzelf te verliezen.

Heel worden

Iemand die vanuit het hart leeft, heeft zijn verstand en gevoel geïntegreerd in een evenwichtig leven, open en zonder oordeel en probeert juist optimaal in verbinding met anderen te leven.
Transformeren doe je eigenlijk maar één of twee keer in je leven. Dat is niet letterlijk een moment maar figuurlijk het moment waarop je je realiseert dat of-of denken je nergens brengt en en-en denken je veel verder. Het is niet letterlijk een moment omdat de transformatie niet altijd soepel en snel gaat, je kunt tijdelijk terugvallen. En-en denken betekent dat er meerdere waarheden naast elkaar bestaan en dat je soms mag kiezen en vaak niet hoeft te kiezen. Dat je om gelukkig te worden niet alsmaar hoeft te denken en dat je je het lekkerst voelt als je jouw verstand en gevoel laat samengaan en tegelijk open staat voor nog meer indrukken.

Loslaten

Geestelijk transformeren is ruimte scheppen voor liefdevolle relaties door de noodzaak tot oordelen te overstijgen en te realiseren dat je niets hoeft te doen om er te mogen zijn en je voor jouw zelfwaardering niet van anderen afhankelijk bent. Het is geen apathie, het is gewoon doorleven en de mogelijkheden benutten om verbinding met anderen te maken en om creatief te zijn.
Iedere geest die aangeraakt wordt door de ervaring van non-duaal bewustzijn beweegt zich (transformeert) naar de ervaring van ultieme heling en werkelijke vrijheid.

Wat is dan het verschil met niet-transformeren? Het verschil zit ‘m in de afhankelijkheid, eerst heb je anderen nodig vanuit een behoefte, daarna verbind je je in vrijheid, omdat je iets voor een ander of de samenleving wilt betekenen. Je ontleert en je ont-labelt.
Het gaat om het loslaten van beperkende overtuigingen. En daar kun je niet vroeg genoeg mee beginnen, het liefst op school. Maar door de nieuwe media kun je je tegenwoordig permanent (24x7 uur per week) nieuwe inzichten opdoen, waarmee je je van beperkende overtuigingen kunt bevrijden en nieuwe, bevrijdende verbindingen kunt scheppen.

Wat spiegelt Facebook?

Vriendelijk smoelenboek?

De titel van dit blog is een variant op de titel van het boek van de Amerikaanse schrijver Ben Mezrich over Mark Zuckerberg en de oprichting van Facebook, getiteld The Accidental Billionaires: The Founding of Facebook, A Tale of Sex, Money, Genius, and Betrayal. Facebook is zo succesvol omdat het mensen over de hele wereld samenbrengt, maar de ironie wil dat juist dit succes twee beste vrienden (oprichters van Facebook) uit elkaar dreef.
Het bedrog weerspiegelt niet alleen in de groeistuipen van het bedrijf, maar ook in de foto’s van haar gebruikers. Bijna alle foto’s gaan over hoe goed het met hun gaat op een letterlijk niet oprechte manier: iedereen gaat voor de fotograaf met de hoofden tegen elkaar aanstaan. Het resultaat is een scheef beeld van hoe we ons met elkaar verhouden. Zodra er geknipt is, gaan we weer op afstand van elkaar staan.

Status, fake it until you make it

In De virtuele spiegel schetst Koen Damhuis (1987) het portret van zijn eigen generatie, de Facebookgeneratie, die digitaal meer en meer met elkaar deelt, maar achter de perfecte zelfbeelden vooral vecht tegen zichzelf. Stap voor stap ontleedt hij de oprukkende kijk-en-vergelijkcultuur, die ook aan de basis van Facebook lag. Zijn analyse roept de vraag op of we niet vaker de ogen moeten sluiten om te zien wat er werkelijk toe doet. In hoeverre houdt Facebook ons een spiegel voor? Wat is de relatie tussen statusangst en statusupdates? En hoe kunnen we ons verhouden tot al die geweldige Facebookvrienden?



Paradoxaal exhibitionisme

We luisteren mensen af, bespieden ze en hongeren naar intieme details. Intussen beschermen we onszelf door muren te bouwen en firewalls aan te leggen. Het is paradoxaal: hoe meer we ons afschermen voor gluurders en afluisteraars, hoe exhibitionistischer we tegelijkertijd worden. Sociale media als Twitter en Facebook lopen over van de zelfontboezemingen. Zie mij! De begrippen privé en publiek, intimiteit en intimidatie zijn dringend aan vernieuwing toe, zo betoogt Jensen in Echte Vrienden. Daarna had ze er genoeg van en schreef Dag Vriend! Intimiteit In Tijden Van Facebook, Geenstijl En Wikileaks.

Waarom Facebook pijn kan doen

Uit onderzoek door de Humboldt universiteit uit Berlijn dat de top drie redenen waarom Facebook pijn doet is:
1. anderen lijken een leuker leven te leiden;
2. er wordt niet of nauwelijks gereageerd op berichten;
3. het knagende gevoel dat je je tijd beter kunt besteden.

Jongeren onder de 35 jaar raken met name ontgoocheld en vertonen burn-outverschijnselen, omdat ze niet kunnen voldoen aan de verwachting. Ze zien op sociale media zoals Facebook en Twitter dat hun vrienden en vriendinnen het allemaal wél goed voor elkaar lijken te hebben, met talloze vrolijke vakantiefoto's, hippe evenementen, en etentjes in restaurants.


Je kunt niets doen om gelukkig te worden

Wie bekend is met het begrip “Tao” weet dat de titel een optimistische paradox is. Het betekent dat je gelukkig kunt worden en er niets voor hoeft te doen. En omgekeerd: dat iedereen die moeite doet om het geluk te pakken vaak juist misgrijpt.
Geluk heb je soms en je kunt langdurig gelukkig zijn.

Gelukkig zijn is onze natuurlijke staat. Zijn we het niet, dan is het effectief om het weer te worden door de oorzaak daarvan weg te nemen.

"Geluk zit in het streven" zeggen wij in het westen, terwijl de filosofen uit het oosten zeggen dat je niet naar geluk moet streven. Hoe zit dat?
Het “niet doen” –wu wei- en “het doen door niet te doen” -wei wu wei- is een in het Westen slecht begrepen onderdeel van het Taoïsme. Dat komt omdat we van jongs af aan geleerd zijn dat “voor wat hoort wat en “je moet het verdienen” en “voor niets gaat de zon op”.
Wu wei is geen onverschilligheid of passiviteit. Het is weten wat te laten en dat in balans te brengen met het handelen (doen).
Het is ons ego dat wil handelen om een uitkomst af te dwingen, zelfs opofferen valt daar onder. Het ego is een op resultaat gericht mechanisme, maar dat is niet de Tao, niet de manier om gelukkig te worden. Waarbij Tao weer zonder methode, zonder manieren is.
Een musicus die virtuoos muziek wil maken zal lang moeten oefenen, maar moet zichzelf niet forceren om de discipline op te brengen om te gaan spelen. Het moet wel leuk blijven. Het beter leren spelen moet de bevrediging zelf zijn.
Eigenlijk moeten zaken vanzelf, van nature gaan. We zouden moeten gaan voor (de kwaliteit van) het proces (“doen oftewel handelen”) zonder ons druk te maken of we het einddoel halen (“niet doen oftewel laten”). Gaan voor het proces is het verschil met streven. Streef niet om het einddoel (geluk) te halen, maar ga op weg naar het doel en wees gelukkig met het op weg zijn.
Op deze weg moeten we weten waar de valkuilen zijn, hoe we kunnen voorkomen daarin te vallen (het zinloze streven). Dat is negatieve kennis: “weten wat je niet moet doen”. Positieve kennis, van Tao, van God, is een onmiddellijke, kortstondige ervaring, die niet in woorden kan worden uitgedrukt.

Wie dit proces toch goed kan beschrijven is Alan Watts. Alan W. Watts (1915 – 1973) was een Engels filosoof, schrijver, spreker, anglicaans priester, hoogleraar en beoefenaar van de vergelijkende godsdienstwetenschappen. Hij verdiepte zich met name in de filosofie van zen, het boeddhisme en het taoïsme, en heeft met zijn werk een belangrijke bijdrage geleverd aan de introductie en popularisering van Aziatische religie en filosofie in het Westen.
Hij publiceerde meer dan 25 boeken en vele artikelen over onderwerpen als identiteit, de uiteindelijke aard van de realiteit, hogere bewustzijnstoestanden, de zin en betekenis van het leven, godsbeelden en menselijk geluk. (Wikipedia, zie ook Youtube).

Wilskracht en onderdrukte emoties

Arnon Grunberg schrijft 16 mei in zijn column op de voorkant van de Volkskrant naar aanleiding van een interview met Roy Baumeister, auteur van het boek Wilskracht het volgende.
De cultus van de authenticiteit, waarbij alle emoties in de openbaarheid moeten, is ook een vijand. Emoties zijn net als toiletbezoek een privéaangelegenheid. Ze moeten onderdrukt worden en dat vereist enige wilskracht.
Tot zover Grunberg.

Grunberg schiet een beetje door. Het gaat er niet om dat je authentiek bent door alle gedachten en emoties zonder beperking te delen met de buitenwereld. Dat zou de wereld door deze ego-gerichtheid onleefbaarder maken. Waar het wel omgaat is dat je eerst observeert en een keuze maakt of je emoties of gedachten wel of niet wilt delen met anderen. Om emoties goed te kunnen observeren moet je deze eerst toelaten en binnen jezelf laten opkomen.
Wanneer je vervolgens besluit dat het belangrijk is dat anderen ervan weten dan doe je dat in een ik-boodschap.

Een ik-boodschap bestaat uit een aantal elementen.

  • Wanneer je nog niet in gesprek bent met degene die je iets wilt zeggen, begin dan met het noemen van zijn of haar naam. Zo vraag je iemands aandacht.
  • Begin je boodschap met 'ik'….
  • Benoem je gevoel of je belemmering ("Ik word nogal afgeleid…").
  • Benoem het gedrag van de ander dat je niet zint ("…door je telefoongesprekken".).
  • Geef de reden waarom dat zo is, ook geformuleerd met 'ik' of 'we'. Eventueel kun je daar ook mee beginnen. ("Ik wil graag dit rapport afmaken voor de vergadering vanmiddag".)
  • Geef een suggestie van het gedrag dat je graag van de ander zou zien. Begin ook die suggestie met 'ik' ("ik wil dat jij…" of "ik zou willen dat je…"). Formuleer deze suggestie bij voorkeur niet als vraag, omdat daarop het antwoord weer direct 'nee' zou kunnen zijn. Door de suggestie als gewone zin te formuleren zet je die ander aan tot handelen, en minder tot een verbale tegenwerping.

Voorbeelden

Jij-boodschap. Jij doet ook altijd zo geheimzinnig.
Ik-boodschap. Ik zou graag beter willen weten wat er speelt.

Jij-boodschap. Jij doet nooit wat ik vraag.
Ik-boodschap. Ik zit nog steeds met die onopgeloste kwestie van vorige week.

Jij-boodschap. Jij moet nú je mond houden.
Ik-boodschap. Ik kan zo geen gesprek met je voeren. Ik wil graag dat je kalmeert en ook mij even laat uitpraten.

Meer lezen en leren, klik hier.

Wilskracht moet je oefenen en voeden

In de Volkskrant een interview met de schrijver van een boek over wilskracht en wat tips en trucs.
U schrijft dat de gemiddelde mens in onze tijd en onze maatschappij over minder wilskracht beschikt dan vroeger.
'Dat komt voor een groot deel doordat scholen en ouders discipline niet meer zo belangrijk vinden. En dat heeft weer te maken met die zelfwaarderingsbeweging uit de jaren zeventig, die benadrukte hoe belangrijk het is je kind te prijzen en aan te moedigen. Zaken als straffen, discipline bijbrengen en kritiek geven, zijn sindsdien in de knel gekomen.

'Dat is geen goede ontwikkeling, overigens ook niet voor het zelfvertrouwen. Geen kind schiet er iets mee op als het altijd maar geweldig wordt gevonden, wat het ook doet. Het heeft dan geen enkel idee op grond waarván het zo geweldig is. Als je je kind echt zelfvertrouwen wilt bijbrengen, moet je duidelijk maken wat de regels zijn. En vervolgens zeggen: als je je aan de regels houdt, ben je goed bezig; als je je er niet aan houdt, ben je níet goed bezig. Op die manier leert het kind onderscheid te maken en ontdekt het dat zijn daden ertoe doen.
Tot zover de Volkskrant.

Wat is er nodig om verleidingen te weerstaan? Hoe kun je productiever worden, succesvoller op school en in het werk – en gemakkelijker en gelukkiger leven? Voor een succesvol leven zijn twee eigenschappen belangrijk: intelligentie en zelfbeheersing. Aan het eerste valt niet veel te doen, aan het laatste des te meer. Om je zelfbeheersing te bewaren is wilskracht nodig. Baumeister en zijn medewerkers toonden in vaak aangehaalde experimenten aan dat die wilskracht als spierkracht is: beide hebben suiker (glucose) in het bloed nodig, beide kunnen door oefening worden versterkt, en beiden nemen af bij te zware belasting.

Wat Tips en Trucs.
  • Houd een dagboek bij. Als je gewoon maar wat plannen maakt zonder te registreren wat je er mee doet, komt er niets van terecht.
  • Zorg voor genoeg voedsel en slaap. Voor wilskracht heb je lichamelijke energie nodig.
  • Timing is belangrijk.
  • Stel duidelijke en haalbare doelen voor jezelf en maak een plan om deze doelen te bereiken. Door jezelf te richten op concrete doelen en actieplannen, kun je jezelf gemotiveerd houden en je wilskracht opbouwen.
  • Begin met kleine veranderingen in je dagelijkse routine en bouw geleidelijk aan op. Dit kan bijvoorbeeld betekenen dat je begint met een korte wandeling of 5 minuten meditatie per dag en dit langzaam opbouwt.
  • Probeer afleidingen te vermijden en focus je op je doelen. Dit kan betekenen dat je tijdelijk sociale media uitschakelt of jezelf beperkingen oplegt in het gebruik van bepaalde apparaten of apps.
  • Beloon jezelf wanneer je een doel hebt bereikt. Dit kan een kleine traktatie zijn, zoals een stukje chocolade, of een activiteit waar je van geniet, zoals een film kijken.
  • Wilskracht is geen eigenschap die je van de ene op de andere dag ontwikkelt. Het kost tijd en inspanning om te ontwikkelen. Wees geduldig en zet door, ook als je het gevoel hebt dat het niet snel genoeg gaat.
  • Positief denken kan je helpen om gemotiveerd te blijven en je wilskracht te versterken. Focus je op je vooruitgang en houd een optimistische houding aan.
  • Wanneer je voelt dat je ziek wordt, ga naar bed en geef het lichaam alle rust om de ziekte aan te pakken.
  • Oefen! Welke gedragsverandering je ook doorvoert, het feit dát je die verandering invoert, heeft effect.
  • Realiseer je dat ook het nemen van beslissingen en het maken van keuzes wilskracht opsoupeert. Als je weet dat je aan het einde van de dag belangrijke beslissingen moet nemen, spaar je energie dan voor dat moment.


Ik ben goed genoeg om van te houden

 Wees niet bang

Brené Brown is zowel onderzoeker van zichzelf als van menselijke verbindingen, ons vermogen tot inleving, ergens thuis willen horen, liefde geven en ontvangen. Zij durfde zich na lange aarzeling kwetsbaar op te stellen en ook als onderzoekster te kijken waar je nu bang voor bent wanneer je je schaamt. Haar ervaring is dat je bang bent dat anderen zich niet met jou willen verbinden wanneer je je kwetsbaar en niet perfect voelt.
Je bent het altijd waard om lief te hebben, ook al denk je van niet.

In deze lezing op Ted.com vertelt ze over haar strijd met kwetsbaarheid en roept op om kinderen te leren om niet perfect te hoeven zijn.
Brené Brown beschrijft in De moed van imperfectie hoe moed, compassie en verbondenheid een belangrijke plek in je leven kunnen krijgen. Ze moedigt de lezer aan om perfectionisme te laten varen, stress als leefstijl los te laten, te vertrouwen op intuïtie en creativiteit de ruimte te geven. Dit boek gaat over de levenslange reis van ‘wat zullen anderen wel niet denken?’ naar ‘ik ben goed genoeg’.

Het is niet aan onze cultuur om te bepalen of wat zinvol is: een baan buitenshuis, kinderen grootbrengen, een baan als advocaat of leerkracht, of kunstwerken maken. Niet alleen onze talenten zijn uniek, maar ook wat ons leven zin geeft.

Houd vast aan loslaten

Op basis van haar jarenlange studie kwam ze tot tien stellingen over een ‘bezield leven’: leven vanuit het gevoel dat je de moeite waard bent.
  1. Kies voor authenticiteit: laat je angst voor wat anderen vinden los.
  2. Heb meer compassie met jezelf: laat je perfectionisme los.
  3. Ontwikkel meer veerkracht: laat zelfverdoving en machteloosheid los.
  4. Cultiveer dankbaarheid en geluk: laat je gevoel van schaarste en je angst voor het duister los.
  5. Vertrouw op je intuïtie en durf te geloven: laat je behoefte aan zekerheid los.
  6. Geef je creativiteit de ruimte: laat de neiging jezelf met anderen te vergelijken los.
  7. Neem de tijd om te spelen en te rusten: laat uitputting als statussymbool en productiviteit als maatstaf voor eigenwaarde los.
  8. Breng kalmte en stilte in je leven: laat stress als leefstijl los.
  9. Streef naar zinvol werk: laat je onzekerheid en je opvattingen over wat je ‘zou moeten’ los.
  10. Lach, zing en dans: laat het idee dat je altijd beheerst moet zijn en ‘normaal’ moet doen los.
Loslaten geeft ruimte. Via acceptatie en toelaten kun je de vrijgekomen ruimte vullen vanuit jouw kracht.

Inzicht in mythen rond verlichting

Taal en verlichting

Woorden leiden niet rechtstreeks tot verlichting, ze wel kunnen helpen bij het ontwarren van ingesleten denkpatronen. Verlichting is het besef van de alomvattende heelheid van het leven, waarin geen afzonderlijk individu bestaat los van de naadloze levendigheid van alles wat zich voordoet.
Nondualiteit is niet exclusief is voor een selecte groep, maar voor iedereen die ervoor openstaat. Het is geen verbetering van het bestaan, maar een bevrijding van mentale filters en beoordelingen, waardoor een diepgaand mededogen en een vrijheid van oordeel ontstaan.
Voorkeuren en reacties blijven optreden, zelfs nadat het besef van afgescheidenheid is doorbroken. Oude conditioneringen kunnen blijven hangen, maar dat het besef van het ontbreken van een 'machinist' van de handeling ruimte kan creëren voor meer empathie.
Expressie van liefde hoeft niet persoonlijk of sentimenteel te zijn. Het gaat om een alomvattende liefde die het leven omhelst zonder oordeel. De liefde laat zich niet vangen in conventionele categorieën en omdat ze de oneindige dans van het leven vertegenwoordigt die niet te definiëren is.
Liefde laat geen sporen na (Miranda Warren bol. com).

InZicht over mythes

In het tijdschrift InZicht nr 1 februari 2012 behandelt James Swartz een aantal mythen rond verlichting.

De grootste mythe is dat verlichting een ervaring is. Verlichting verkrijg je door zelfkennis en verwijdering van onwetendheid van het zelf. Dit is opzettelijk dubbel negatief geformuleerd: “verwijdering van onwetendheid”.
Het zoeken naar eenzijdige opheffing van het negatieve volstaat niet, het gaat om het accepteren van het werkzame daarvan.

De eerste mythe die Swartz behandelt is dat verlichting ‘de afwezigheid van denken’ is. Hij stelt dat gedachten van jou afhankelijk zijn en dat jij niet afhankelijk bent van gedachten. De weg naar verlichting verloopt niet via denken, terwijl het denken alleen maar in de weg staat wanneer je het niet los kunt laten.
De tweede mythe gaat over de reeks identiteiten die wij bedenken vanuit onze onwetendheid omtrent onze ware identiteit. De poging van het ego of ‘ik’ om verlichting te bereiken door de eigen identiteit te beperken is vruchteloos. Het gaat er niet om het eigen ego te doden, maar om in te zien dat het zelf zichzelf moeiteloos ervaart.
De derde mythe is dat Nirvana een verlangenloze staat van zijn is. Flauw gezegd, zoals filosoof Coen Simon doet in zijn nieuwste boek Filosoferen is makkelijker als je denkt, leren denken (bol.com): “verlangen geeft het leven zin, maar is zelf niet de zin van het leven”.
Verlichting is weten dat ik gewaarzijn ben en dat ik als zodanig vrij ben van verlangens.

Swartz behandelt vervolgens de mythen van leven in het nu, de ervaring van Eenheid, de transcendente staat, verlichting als eeuwige gelukzaligheid en een speciale status. Hij benadert deze met: verlichting is geen gevoel, maar een weten dat wel gepaard gaat met positieve gevoelens (en dus zichtbaar is op een hersenscan). Je kunt het niet opwekken en met behulp van een leraar gaat het 't snelst.

Swartz schrijft niet gemakkelijk, vandaar hier geen boekverwijzing.

Een andere schrijver over verlichting die het zijn lezers niet gemakkelijk maakt is Hans Laurentius.
In "Rozengeur & Prikkeldraad" schrijft hij:
Zijn IS al. Er kan niks voor of tegen gedaan worden, en het is van niemand, er is niemand, er is Zijn. Dat ben jij. En wat er ook lijkt te gebeuren, inclusief dit satsang gedoe, is wat HET is. Dit is het. Precies Dit. 'Je' bent al gearriveerd. DIT is HET, en DIT (jij) gaat nergens heen en komt nergens vandaan.

Heel praktische aanwijzingen rondom verlichting en mystiek geeft C.B. Zuijderhoudt: Meester Eckharts mystiek in de praktijk (bol.com).

Transformatie

Over het boek De zeven eigenschappen van effectief leiderschap zegt Stephen Covey:
“Ik heb die zeven eigenschappen niet zelf bedacht. Het zijn algemeen bekende principes die in alle wereldgodsdiensten terug te vinden zijn. In feite is het common knowledge, al is het dan geen common practice – en daarin zit het probleem. Naar onze aard zijn we reactief ingesteld en geneigd om uit eigenbelang te handelen. Maar als mensen zijn we tegelijk tot hogere zaken in staat en kunnen we een proactieve houding ontwikkelen, waardoor we ons eigen lot in handen nemen en iets kunnen toevoegen aan het geluk van de mensen om ons heen”.

De zeven eigenschappen zijn:
1. Wees proactief
2. Begin met het einde voor ogen
3. Begin bij het begin
4. Denk in termen van winnen/winnen
5. Probeer eerst te begrijpen, dan begrepen te worden
6. Werk synergistisch
7. Hou de zaag scherp

Van reactief via pro-actief leven naar transformeren wie je zou kunnen zijn. We leren en ontwikkelen via een blik in de spiegel die een ander ons biedt en door zelfinzicht. We transformeren door te weten wat te accepteren en wat los te laten.

Covey gaat ervan uit dat je pas echt blijvend kunt veranderen als je dat van binnenuit doet – als je niet je gedrag maar je karakter onderzoekt en aanpast. Die verandering kan ook alleen maar in overeenstemming zijn met wie je nu bent: een geheel ander mens willen worden is gewoon niet realistisch. Het is het vermogen te weten wie je bent en wat je wilt bereiken in het leven, met alle beperkingen van dien, waardoor je tevredener en succesvoller kunt worden. Succes meet je dan niet af in termen van geld of status, maar door te kijken in hoeverre je het door jezelf gevisualiseerde doel hebt bereikt of gaat bereiken.
Je weet dan in elke situatie die zich voordoet in je leven wat de beste reactie of de volgende stap is.



Sean Covey is de zoon van Stephen R. Covey.

De theorie van Covey sluit aan bij de theorie U van Otto Scharmer.
Theorie U gaat over persoonlijk leiderschap, met als kernvraag: Hoe kan ik als mens een volstrekt eigen bijdrage leveren aan de maatschappij, die tegelijkertijd aansluit bij wat de omgeving echt nodig heeft? Otto Scharmer nodigt ons uit om de wereld op een nieuwe manier te zien. Waar en hoe we onze aandacht inzetten is de sleutel tot wat we creëren. Hetgeen ons vaak weerhoudt om 'in het nu te zijn', is wat Scharmer onze blinde vlek noemt, een plek in ons innerlijk waaruit we handelen. Het is van het grootste belang om ons van deze blinde vlek bewust te worden. Door het U-proces te doorlopen leren we in contact te komen met ons ware zelf. De stappen in het proces zijn een open geest (niet oordelen), een open hart (onbevooroordeeld waarnemen) en een open wil (contact maken met spirituele intelligentie en open laten wiens wil je gaat volgen). Deze laatste fase is vergelijkbaar met de wijsheid van Socrates: weten dat je eigenlijk niets zeker weet, wat je bescheiden maakt en je voorbereidt op waardevol inzicht dat intuïtief tot je kan komen.
In deze video noemt Scharmer gaan door dit proces 'presencing', 'to sense and bring in the present one's highest future potential', ofwel het hoogst haalbare toekomstige potentieel waar te nemen en in het nu te realiseren.

Spreken over functioneren

In het ideale geval heeft uw manager minstens drie keer per jaar een gesprek over uw functioneren in verleden, heden en toekomst.
Eén keer per jaar wordt in een targetgesprek vastgesteld welke doelen een werknemer gaat proberen te halen in het komende jaar en welke beloning daar bij hoort. Of deze doelen gehaald worden wordt vastgesteld in het beoordelingsgesprek een jaar later. Halverwege het jaar wordt besproken of alles nog gaat zoals de bedoeld en of er nog wederzijds iets kan worden verbeterd.
Maar niet alle bedrijven houden zich keurig aan deze driedeling. De reden is tijdgebrek of een niet goed begrijpen van de reden waarom deze zaken zo strikt gescheiden zouden moeten worden gehouden. Een werknemer zou tijdens een functioneringsgesprek er op moeten kunnen vertrouwen dat wanneer hij zich kwetsbaar opstelt, dat hij dat niet een half jaar later op zijn brood krijgt in de vorm van een lagere beoordeling.
Veel bedrijven stellen van te voren vast wat de verdeling is in hoeveel mensen boven verwachting worden beoordeeld en hoeveel mensen een slechte(re) score krijgen. Ze doen dat onafhankelijk van het functioneren van hun personeel. De reden is dat zij geen geld over hebben voor een beloning van goed functioneren. Ze delen hoogstens hun personeel in van hoog naar laag in functioneren en trekken ergens een lijn waaronder geen beloning meer wordt gegeven en waaronder een onvoldoende wordt uitgedeeld (ook al heeft de werknemer zijn doelen (targets) gehaald).
Deze manier van werken is bedoeld om de werknemer te prikkelen om beter te presteren, maar heeft grote risico van demotivatie in zich.
Beter is om de beoordeling van iemands functioneren te doen los van consequenties voor beloning. Hoogstens kan met rapportcijfers met 1 decimaal achter de komma een verdeling gemaakt worden waarbij de hoogste x promotie of salarisverhoging krijgt.
Om meer te kunnen halen uit de het halfjaarlijkse functioneringsgesprek kan de 360 graden feedback procedure worden toegepast waarbij de rapportage alleen wordt gedaan aan de werknemer. Dit vergroot het vertrouwen van de werknemer om zich kwetsbaar op te stellen en het inzicht waarop zijn functioneren wordt beoordeeld. Eventuele (inspanning voor extra) ontwikkeling kan dan op het functioneringsgesprek met de manager worden besproken.

Op Wikipedia wordt het onderscheid tussen functionerings- en beoordelingsgesprek klip en klaar uiteengezet:
Een functioneringsgesprek is een dialoog waarin het wederzijds functioneren van de werknemer en diens leidinggevende besproken wordt. Doelen voor deze bespreking kunnen prestatieverbetering, bijsturing, stimulering en ontwikkeling zijn. Eventueel aansluitende bespreekpunten kunnen zaken zijn zoals het herkennen en eventueel aanpakken van problemen op de werkvloer.
Een functioneringsgesprek heeft de volgende kenmerken:
  • Het gesprek is tweezijdig; de leidinggevende vraagt over het functioneren van de medewerker en eventuele problemen die er ontstaan. Deze krijgt de kans om te reageren en gelijke vragen aan zijn leidinggevende te stellen.
  • Tijdens het functioneringsgesprek wordt onder meer de status van de van tevoren vastgelegde doelstellingen besproken alsmede prestatie ten opzicht van de competenties welke voor de werknemer van toepassing zijn.
  • De verhoudingen tussen leidinggevende en medewerker zijn gelijkwaardig.
  • Een functioneringsgesprek is (bij de meeste bedrijven) een keer per jaar verplicht.
  • Na een functioneringsgesprek kan er op een later termijn een ontwikkelings- of beoordelingsgesprek plaatsvinden.
  • Van het gesprek dient een verslag gemaakt worden. Beide partijen mogen dit verslag corrigeren: is het verslag naar tevredenheid, dan ondertekenen beiden deze.

Een beoordelingsgesprek is een gesprek tussen een werknemer en zijn leidinggevende waarin het functioneren van de werknemer door de leidinggevende wordt beoordeeld en waaraan rechtspositionele gevolgen kunnen worden verbonden. De leidinggevende heeft in dit gesprek een waardeoordeel over het totaal aan functioneren (zowel kwalitatief, alsook kwantitatief en sociaal) en verbindt hieraan eventueel salariërings- en juridische gevolgen.
Een beoordelingsgesprek heeft de volgende kenmerken:
  • Het gesprek is eenzijdig, de leidinggevende geeft een oordeel over het functioneren van de medewerker. Deze krijgt uiteraard wel de kans om te reageren, maar dit heeft geen gevolgen voor het oordeel.
  • Gedurende het gesprek worden de prestaties van de medewerker ten opzichte van de eerder vastgelegde doelstellingen en competentie (vaardigheid) beoordeeld.
  • De verhoudingen tussen leidinggevende en medewerker zijn ongelijkwaardig.
  • Een beoordelingsgesprek kan door de werkgever worden aangevraagd.
  • Aan een beoordelingsgesprek gaat bijna altijd een functioneringsgesprek vooraf.
  • Na het gesprek wordt er een verslag gemaakt en eventueel een actieplan opgesteld. Dit plan kan in een volgend gesprek geëvalueerd worden.


Kwantumtheorie en tautologie

De kwantumtheorie bevat veel onzekerheid. Die onzekerheid wordt door "zieners" gebruikt om verstrekkende conclusies te trekken op basis van overeenkomsten die men ziet bij menselijke ambities om zich te ontwikkelen tot hogere niveaus. In dit artikel een kritische kijk op dit gebruik van "gedachtesprongen".

Op Wikipedia wordt de theorie van de kwantummechanica uitgelegd. Van deze tekst wat bewerkte citaten (met cursief een kleine toevoeging, een filmpje en weglatingen) om de hoofdlijn te kunnen volgen.

In de kwantumtheorie wordt de werkelijkheid op een fundamenteel andere manier benaderd dan in de klassieke natuurkunde, waarin ervan wordt uitgegaan dat er een waarnemer-onafhankelijke werkelijkheid is en natuurkundige grootheden continue variabelen zijn, die in elke gewenste combinatie gemeten kunnen worden.
In de kwantumtheorie variëren natuurkundige grootheden stapsgewijs (discontinu met 1 kwantum tegelijk) en is er geen waarnemer-onafhankelijke werkelijkheid. Door dit tweede fundamentele verschil met de klassieke natuurkunde is het principieel uitgesloten om het effect van de waarneming uit te schakelen: de keuze die de waarnemer maakt bij het opzetten van zijn experiment bepaalt in belangrijke mate de uitkomst daarvan.
De beschrijving van systemen door middel van een golffunctie betekent dat deeltjes zich, afhankelijk van de manier waarop ze worden waargenomen, soms als een deeltje in klassieke zin, maar soms als een golfverschijnsel gedragen. Zo kunnen bijvoorbeeld elektronenbundels, net als lichtbundels, brekingsverschijnselen en interferentie (versterking of uitdoving) en diffractie vertonen.
In deze video wordt dit uitgelegd.
Een ander opmerkelijk feit in de kwantummechanica is dat fysische grootheden van een systeem in sommige combinaties niet tegelijkertijd met willekeurige nauwkeurigheid bekend kunnen zijn. De belangrijkste voorbeelden hiervan zijn plaats en snelheid, en tijd en energie. Dit feit staat bekend als de onzekerheidsrelatie van Heisenberg.
Volgens een bepaalde zienswijze binnen de kwantummechanica bestaan ten gevolge van het onzekerheidsprincipe deeltjes niet eens totdat er een waarneming plaatsvindt. Schrödinger was door deze zienswijze dermate ontstemd dat hij het beroemde voorbeeld van de kat beschreef, die door dit effect tegelijkertijd zowel dood als levend was. Schrödinger hoopte met dit onmogelijke voorbeeld te laten zien dat deze filosofie belachelijk was en dat men dit denkbeeld maar snel moest laten vallen. Tot zijn verdriet is bijna het tegenovergestelde gebeurd en is Schrödingers kat een geheel eigen leven gaan leiden.
Tot zover Wikipedia.

Belangrijk onderdeel in deze tekst is dat er voor de waarnemer bij licht tijdens metingen verschil is in gedrag. Dat wil niet zeggen dat dit ook betekent dat in werkelijkheid licht van aard verandert en soms een deeltje is en soms een golf is. Deze “wilde” conclusie doet denken aan het psychologische verschijnsel dat mensen wanneer zij het gedrag van anderen zien er conclusies aan verbinden over hoe de “kwaliteit” van die mensen is. Een arts die euthanasie “pleegt”, pleegt in de ogen van de een een moord en van de ander een medemenselijke daad. De waarnemer ziet wat hij wil zien.

Het is de waarnemer die indirect invloed uitoefent via de waarneming die hij kiest. Kiest hij een andere manier van waarnemen dan bestaat de kans dat hij een andere conclusie trekt.
De menselijke waarneming is op het gebied van de allerkleinste bekende deeltjes niet in staat om te kijken zoals we in ons dagelijkse leven om ons heen kijken. We zien bijvoorbeeld maar een deel van de uitgezonden frequenties van lichtgolven. Zelfs het gebruik van instrumenten helpt ons daarbij niet om te kunnen stellen dat we een transformatie kunnen doen die recht doet aan de (zichtbare) werkelijkheid van het elektron.

De beste manier om valkuilen in de waarneming te voorkomen is zelfkennis en het zo lang mogelijk uitstellen van oordelen.

De filosofische vraag of een gebeurtenis wel plaatsvindt wanneer er geen waarnemer is, is een onzinnige vraag. Het zijn slechts taalspelletjes.

Voor sommigen is materie het resultaat van interferentie van golven en energie. Daarmee zouden alle waarneembare verschijnselen verklaard kunnen worden als gedragingen van (elektromagnetische) golven van licht. So far so good, maar vervolgens worden met reuzenstappen gigantische conclusies getrokken.
Een voorbeeld.
“Omdat het brandpunt van deze golven zelfreferentieel is, schept het zelfbewustzijn. Ieder atoom in het universum is bij gevolg zelfbewust en het universum als geheel is derhalve één bewust wezen: het universele bewustzijn, God is alles wat er bestaat, het is alom aanwezig, en almachtig. Hij is zich bewust van alle dingen die gaande zijn in het universum omdat hij het universele bewustzijn zelf is”.

Ook dit zijn tautologische taalspelletjes. Een tautologie is een uitdrukking die hetzelfde zegt met verschillende woorden, zonder dat er nieuwe informatie wordt toegevoegd.

Wat wel zinnig is te doen met onzekerheidsrelaties is het te gebruiken bij het en-en denken. Twee of meer interpretaties van een gebeurtenis kunnen tegelijkertijd waar zijn. Daarbij is het gegeven dat de ene interpretatie meer waarschijnlijkheid heeft dan de andere niet een rechtvaardiging om de meest waarschijnlijke interpretatie tot absolute waarheid te verheffen.

De ziel is waar zij liefheeft

De taal weerspiegelt de ziel

April 2012 was de maand van de filosofie met als thema ‘de ziel’.
Het bestaan van een (on)sterfelijke ziel is ongewis, het boeddhisme bijvoorbeeld gelooft er niet in.

De ziel heeft zich zeker in onze taal genesteld. Seneca zei al "De taal weerspiegelt de ziel".

  • de ogen zijn de spiegels der ziel
  • door de ziel gaan
  • op zijn ziel trappen
  • jouw ziel blootleggen
  • een goed geloof en een kurken ziel dan drijft men de zee over
  • hoe hoger het hart, hoe lager de ziel
  • hoe meer zielen, hoe meer vreugd
  • met hart en ziel
  • met zijn ziel onder de arm lopen
  • zielenroerselen
  • moederziel alleen
  • ter ziele zijn
  • God hebbe zijn ziel
  • zielsverwanten: twee zielen, één gedachte
  • zijn ziel en zaligheid verkopen
  • zijn ziel in lijdzaamheid bezitten

In geen van deze uitdrukkingen wordt de aard van de ziel duidelijker, terwijl het woord ziel juist dan gebruikt wordt om de kern van de zaak aan te duiden. Maar het wordt ook gebruikt als een verlegenheidsaanduiding, bijvoorbeeld "zielig" of juist "zielsgelukkig".

Leven vanuit het hart

Zo is het begrip "ziel" met "het zelf", "leven uit het hart" en "ware liefde" iets wat ongrijpbaar is. Sommige mensen interpreteren "leven vanuit je hart" als het volgen van je intuïtie, het vinden van wat je passie is en het nemen van beslissingen die in lijn zijn met je waarden en verlangens. Dit kan betekenen dat je je niet laat beïnvloeden door de mening van anderen en dat je trouw blijft aan jezelf en je innerlijke stem.

Andere mensen kunnen "leven vanuit je hart" zien als het hebben van een hart dat openstaat voor compassie, vriendelijkheid en mededogen voor jezelf en anderen. Dit kan betekenen dat je empathisch bent en begripvol naar anderen toe, zonder oordeel of veroordeling.

Waar ontspringt de bron van wijsheid?

Het is echter belangrijk om te onthouden dat het hart niet de enige bron van wijsheid is. Het kan nuttig zijn om ook je verstand te gebruiken bij het nemen van beslissingen en het nemen van acties die in lijn zijn met je doelen en verantwoordelijkheden.
We moeten niet de vergissing maken dat we de weerspiegeling van deze begrippen in onze taal verwisselen met de oorsprong (zie ook de allegorie van de grot bij Plato). We kunnen net als met een spiegel wel wat over onszelf te weten komen door iets te doen (communiceren) en mee te kijken in de spiegel (luisteren).
Wie kijkt naar iets in de spiegel om te grijpen, grijpt mis. Wie open (leeg, zonder oordeel) kijkt om te ervaren, komt verder.
Dat wat er werkelijk toe doet, laat zich niet afdwingen.

De kwaliteit van de ziel

De ziel worden de volgende 12 kwaliteiten toegedacht.

  1. Liefde - deze kwaliteit staat voor onvoorwaardelijke acceptatie en genegenheid voor jezelf en anderen. 
  2. Vreugde - deze kwaliteit staat voor een innerlijke staat van geluk en tevredenheid. 
  3. Vrede - deze kwaliteit staat voor een innerlijke staat van rust en kalmte, zelfs te midden van chaos. 
  4. Geduld - deze kwaliteit staat voor het vermogen om te wachten en te volharden zonder gefrustreerd of boos te worden. 
  5. Vriendelijkheid - deze kwaliteit staat voor vriendelijk en attent zijn naar jezelf en anderen. 
  6. Goedheid - deze kwaliteit staat voor het doen van het goede, zelfs als het niet direct in je eigen belang is. 
  7. Geloof - deze kwaliteit staat voor vertrouwen hebben in jezelf, anderen en het universum. 
  8. Zachtaardigheid - deze kwaliteit staat voor het vermogen om zorgzaam en medelevend te zijn naar jezelf en anderen. 
  9. Zelfbeheersing - deze kwaliteit staat voor het vermogen om je emoties en impulsen te beheersen. 
  10. Bescheidenheid - deze kwaliteit staat voor een bescheiden houding en het vermogen om te waarderen wat je hebt zonder arrogant te zijn. 
  11. Wijsheid - deze kwaliteit staat voor een diepgaand begrip van jezelf en het universum. 
  12. Moed - deze kwaliteit staat voor het vermogen om angst te overwinnen en risico's te nemen voor het goede. 

Deze kwaliteiten worden "zielskwaliteiten" genoemd omdat ze verband houden met het innerlijke wezen van een persoon, ofwel de ziel. Deze kwaliteiten worden vaak geassocieerd met spirituele ontwikkeling, omdat ze kunnen bijdragen aan een diepere verbinding met jezelf en anderen, en aan een gevoel van vervulling en betekenis in het leven. Ze worden beschouwd als belangrijke deugden die kunnen helpen bij het ontwikkelen van persoonlijke integriteit en morele verantwoordelijkheid

Waar is de ziel niet?

In Volzin nr 7 een interview met cultuurfilosoof Gerard Visser.
Het betoog van Visser’s boek over de ziel (Niets cadeau) gaat uit van de hypothese dat de ziel in de Europese filosofie is gestorven aan de illusie van haar kenbaarheid. De auteur gaat vervolgens na hoe in de moderne levensfilosofische en fenomenologische bezinning op het vraagstuk van de individualiteit een spirituele voeling met de ziel terugkeert, die is gebaseerd op de ervaring van haar ondoorgrondelijkheid.
Er valt over de ziel door Visser niet zo veel te zeggen, maar des te meer over de fenomenen die er mee samenhangen als de dood, het zelf, het geweten en Dasein.
Met behulp van Meister Eckhart en dichteres Szymborska (schrijfster van het gedicht Niets cadeau komt Visser tot de conclusie, dat we niet zonder het zielbegrip kunnen. Want de ziel “heeft ons nodig, om haar liefde ('amor in caritas') mede te delen”.
Hij citeert filosoof Schelling. “De ziel is niet waar zij is, maar waar zij liefheeft”.
Terzijde.
De Soefi's zien de ziel als de plek waar God zich toont en mede in het licht dat God liefde is, wordt door het geloof in het hogere het vermogen bevrijd om lief te hebben. Het is het beeld van vorm krijgen terwijl de vormgever onzichtbaar blijft.

Open staan voor de ziel

Visser’s laatste boek over Nietzsche begint met de volgende zin.
Een filosofische weg werkt meestal toe naar het onuitsprekelijke, in zekere zin naar dat waar geen woorden meer voor zijn.
Gerard Visser ziet de ziel als ‘resonantieruimte’ of ’open midden’ als iets ontvankelijks dat de opdracht heeft dit midden te behoeden voor bezetting door bijvoorbeeld de wetenschapper. Een bekend voorbeeld is Dick Swaab, die het bestaan van een vrije wil ontkent en alle verschijnselen, die daarmee (en met de ziel) samenhangen, verklaart als illusionaire bijproducten van hersenactiviteit.

God en de ziel zijn uiteindelijk ondoorgrondelijke, maar gelukkig wel ervaarbare fenomenen. Het vraagt om opheffing van blokkades, onbevooroordeeld voorbereid zijn en open staan, kortom om er voor te zorgen dat er niets in de weg staat.




Populair in de laatste week

Alle labels van het blogspot

#metoo (2) aanbevolen (15) aandacht (9) aanraken (2) aanwezigheid (4) achterdocht (2) ADHD (2) afhankelijkheid (3) afstand nemen (6) agnost (4) agressie (2) alcoholisme (4) altruïsme (6) ambitie (2) ander (1) angst (22) apofatisch (9) authenticiteit (9) autisme (1) autonomie (5) balans en evenwicht (51) begeerte (1) behoefte (5) belangen (10) belemmerende overtuigingen (10) beoordelen (5) beslissen (2) betrokkenheid (5) betrouwbaarheid (2) bewustwording (12) bewustzijn (26) bezinning (1) bindingsangst (3) bioscoopfilm (7) biseksualiteit (1) blijdschap (3) bodhisattva (2) boeddhisme (9) boek (162) boosheid (2) brein (2) burn-out (2) communicatie (16) compassie (10) competentie (4) competitie (14) complottheorie (3) constructief gesprek (4) consumeren (2) coping (2) creativiteit (3) crisis (7) dans (6) daten (5) deflexie (1) demagogie (4) denken (12) denkfouten (5) deugd (9) deugdzaamheid (1) diagnose (4) dialoog (10) dieren (4) discipline (1) dooddoener (6) drama (3) drie-eenheid (6) drogredenen (7) drugsgebruik (5) DSM (4) dualisme (5) duurzaamheid (5) echt (4) eenheid (33) eenzaamheid (8) ego (45) eigenschappen (2) eigenwaarde (5) emancipatie (5) emergentie (2) emotie (13) empathie (5) en-en (23) endogene depressie (1) energie (13) erkenning (8) ethiek (9) etiquette (6) evenwaardigheid (51) evolutie (23) faalangst (1) fabel (1) feedback (2) filmpje (79) filosofie (18) fraude (9) Freud (2) functioneren (4) gebreken (1) gedragsverandering (5) geduld (2) geest (3) geheugen (3) gekwetstheid (6) geld (5) gelijk hebben of gelijk krijgen (7) gelijkmoedigheid (4) geloven (18) geluk (34) genade (5) genot (1) Gestalt (1) Getuige (5) gevoelens (35) gezag (1) gezichtsverlies (3) gezondheid (5) gezondheidszorg (1) GGz (2) go with the flow (2) God (41) goedgelovigheid (3) gokken (1) grenzen (9) hechting (1) heelheid (8) hersenen (4) hier en nu (8) holisme (2) hoofdzonde (3) humor (12) ideaalbeeld (2) identificatie (10) identiteit (13) ik-boodschap (1) illusie (12) imago (1) individualisme (5) innerlijke vrijheid (17) integriteit (3) Intelligent Design (1) Internet (3) intrinsieke waarde (1) intuïtie (8) InZicht (12) islam (2) jaloezie (4) jeugd (1) jezelf worden en zijn (12) jongeren (3) karakter (2) katafatisch (1) kenmerken (2) kiezen (10) kind (13) kosten (1) kracht (6) Krishnamurti (2) kuddegedrag (1) kunstmatige intelligentie (2) kwakzalverij (1) kwaliteit (16) kwetsbaarheid (5) l (1) leegte (15) leiderschap (4) leugens (9) levensfase (3) levenskunst (8) levensvragen (3) levensweg (3) licht (3) liefde (97) liefdesverdriet (3) lijden (1) loslaten (20) macht (23) machtsstrijd (9) magisch denken (7) man-vrouw verschillen (11) mannelijkheid (2) mannen (1) media (2) meditatie (14) metacommunicatie (8) metafoor (2) metafysica (5) milieu (1) mindfulness (4) misbruik (4) model (1) moraliseren (1) motto (1) mystiek (5) nabijheid (2) narcisme (4) natuur (5) negatie (16) neti neti (3) niet doen (22) NLP (1) non-duaal bewustzijn (6) non-dualiteit (41) omdenken (7) omgangsregels (3) onderwijs (3) onderzoek (8) ongelukkig zijn (4) onmacht (2) onrust (2) ontrouw (1) ontwikkeling (10) onverwerkt kindertrauma (3) oordeel (18) opvoeding (8) orgasme (2) Osho (6) ouderen (5) overgave (4) overheid (1) overvloed (6) panpsychisme (1) pantheïsme (1) paradox (27) Pareto principe (1) partnerkeuze (6) passie (2) pedagogie (2) perfectie (2) personeelsbeleid (2) persoonlijkheid (6) persoonlijkheidsstoornis (3) pesten (1) Peter principle (1) pijnlichaam (8) politiek (10) populair (11) positieve (11) privacy (1) processie (1) projectie (9) psychiatrie (4) psychofarmaca (1) psychotherapie (1) puberen (1) reïncarnatie (2) relatie (17) relatievaardigheid (5) respect (32) rijkdom (2) rol (4) romantiek (5) rust (5) ruzie (5) samensmelten (10) schaamte (2) scheiden (2) schizofrenie (1) schouwen (6) schrijfdrang (1) schuld (3) schuldgevoel (2) seks (14) selectie (3) sociale druk (4) somberheid (1) spel (3) spiegelogie (4) spijt (1) spiritualiteit (51) spreekwoorden (1) sprong (1) statistiek (1) status (1) sterven (5) stilte (15) straling (1) strategie (1) stress (5) synchroniciteit (14) taal (16) Taoïsme (18) tederheid (1) Tegenwoordigheid (2) The Secret (2) The Work (1) therapie (1) tijdgeest (5) toeval (5) Tolle (18) transcenderen (6) transformatie (5) transparantie (2) trend (2) tunnelvisie (1) twijfel (5) verandering (2) verantwoordelijkheid (12) verbinding (33) verdriet (2) vergeten (2) verlangen (5) verlatingsangst (1) verleiding (3) verlichting (14) verliefdheid (4) verlies (1) vermijding (1) vermoeidheid (1) verslaving (7) vertrouwen (18) verveling (2) verwondering (2) vicieuze cirkel (1) video (1) voeding (1) voelen (3) volgzaamheid (1) vragenlijst (2) vreugde (2) vrije wil (6) vrijen (3) vrijheid (90) waarheid (26) waarneming (7) ware (8) wederkerigheid (6) welzijn (7) wezen (2) wijsheden (10) wilskracht (2) woede (2) wu wei (23) yin en yang (4) zelfbeheersing (3) zelfbevestiging (3) zelfbewustzijn (8) zelfdoding (4) zelfkennis (12) zelfkritiek (1) zelfoverschatting (2) zelfrealisatie (12) zelfvertrouwen (5) zelfverwerkelijking (2) zelfwaardering (5) Zen (2) ziel (14) Zijn (11) zin van het leven (10)