Brug tussen biologie, bewustzijn en betrokkenheid
Waarom we verliefd worden
Verliefdheid lijkt
op het eerste gezicht een vluchtige toestand:
verwarring, euforie, obsessie.
Toch zijn wetenschappers het erover eens dat deze toestand een diepere functie
heeft.
Volgens de
evolutionaire psychologie (o.a. Helen Fisher)
bevordert verliefdheid hechting, voortplanting en partnerschap.
Zij onderscheidt drie systemen:
lust, romantische aantrekkingskracht en emotionele binding.
Verliefdheid is dus niet slechts hormonale chaos,
maar een biologische brug tussen verlangen en toewijding.
Neurowetenschappers
laten zien dat verliefdheid
gebieden in de hersenen activeert die te maken hebben met motivatie, beloning
en vertrouwen.
De aanmaak van dopamine, oxytocine en serotonine maakt dat we ons
diep verbonden voelen met de ander,
maar ook kwetsbaar en op scherp.
Wat verliefdheid onthult over bewustzijn
Filosofen kijken minder naar hormonen en meer naar betekenis.
Martin Buber liet zien dat verliefdheid ons optilt
uit het denken in middelen en doelen (Ich-Es),
en ons even in een toestand van pure ontmoeting brengt (Ich-Du).
Gabriel Marcel zag
verliefdheid als een uitnodiging tot trouw:
niet als plicht, maar als het innerlijke ja
op de aanwezigheid van de ander.
Søren Kierkegaard,
op zijn beurt,
beschreef liefde als een sprong:
een beweging die niet rationeel te verantwoorden is,
maar wel existentiële waarheid onthult.
Verliefdheid is dan het voorportaal van keuze en verantwoordelijkheid.
Simone de Beauvoir
voegde toe dat ware liefde pas mogelijk is
wanneer twee mensen zichzelf als vrije wezens erkennen.
Verliefdheid is dan geen versmelting,
maar een ontmoeting tussen twee vrijheden die elkaar willen laten bestaan.
Van binnenwereld naar levenshouding
Wat kunnen we leren
van verliefdheid,
als ze meer is dan een tijdelijke roes?
Verliefdheid leert
ons openstaan zonder zekerheden,
ervaren zonder beheersen,
en laten ontstaan zonder afdwingen.
Dat zijn geen
kleine vaardigheden.
In een samenleving die vaak draait om controle, efficiëntie en bewijs,
vormt verliefdheid een tegenkracht:
ze nodigt uit tot aandacht, zachtheid, vertraging.
Wie verliefd is,
ziet ineens schoonheid waar hij die eerder niet zag.
En wie dat bewustzijn cultiveert,
zal merken dat dit ook kan
zonder de romantische ander.
Verliefdheid op de
wereld -op natuur, kunst, mensen-
kan zo uitgroeien tot een ethiek van betrokkenheid.
Niet gebaseerd op regels of moraal,
maar op het vermogen om geraakt te worden
en daar zorgvuldig op te antwoorden.
Laat je raken
Verliefdheid is dan geen zeldzame gunst van de biologie,
maar een herinnering aan onze mogelijkheid tot verbinding.
Ze leert ons dat we meer zijn dan overlevers of consumenten:
we zijn wezens die kunnen kiezen voor tederheid,
zelfs als het ons kwetsbaar maakt.
Misschien is dat
wel het begin van elke ethiek:
het besef dat wie zich laat raken,
zorgt voor wat hij bemint.
Zie ook De filosofie van verliefdheid.