Aanwezig zijn bij wat er komt, zonder jezelf te verliezen
Soms lijkt het alsof gedachten ons leven overnemen. Ze razen langs als een onophoudelijke stroom, nemen gevoelens mee, trekken conclusies, herhalen oude verhalen of fantaseren over wat komt. Veel mensen proberen die stroom te dempen, tot stilstand te brengen of te controleren. Maar wat als je er juist van zou kunnen genieten?
Niet door op te gaan in elke gedachte, maar door erbij te zijn met aandacht. Door te ontdekken dat je tegelijk kunt handelen én waarnemen. Je bent deel van de stroom en zit tegelijk aan de oever.
Oefening baart kunst
Dat vraagt in het begin oefening. Want die dubbele aandacht -handelen én registreren- is niet vanzelfsprekend. Eerst lijkt het alsof je iets extra’s moet doen. Maar na verloop van tijd merk je dat het lichter wordt, vrijer. Alsof je op een gegeven moment vanzelf leert in en uit de stroom te stappen, wanneer jij dat wilt. Dan ben je niet meer overgeleverd aan de stroom: je danst ermee.
In deze blog beschrijf ik hoe die dubbele aanwezigheid eruit kan zien en waarom het niet zwaarder maar juist bevrijdend wordt wanneer je leert er met beide benen bij te zijn.
Twee benen aan de oever
Ervaring stroomt altijd. Van het ene moment naar het volgende komen er gedachten, gevoelens, indrukken langs. Soms zacht en helder, soms onrustig of troebel. Het is als een rivier die langs je stroomt: levendig, beweeglijk, nooit helemaal stil.
Veel mensen identificeren zich met wat er in die rivier langskomt. Ze zijn blij of boos, geraakt of verveeld. Ze raken meegevoerd door wat het leven hen op dat moment laat voelen of denken. En zolang je daarin meegaat, lijkt het alsof je geen keuze hebt. Je bent onderdeel van de stroom, onderdeel van de ervaring en je verliest soms jezelf daarin.
![]() |
Nav Tolle en Almaas |
En in die aanwezigheid wordt iets zichtbaar wat je niet ziet als je meegesleept wordt: een vorm van waarheid. Geen feitelijke waarheid, maar een innerlijke helderheid. Een besef: “Dit is wat zich nu aandient in mij”. Niet als verhaal, maar als zuiver contact.
Voor veel mensen klinkt dat alsof je dan twee dingen tegelijk moet doen. Handelen én waarnemen. Leven én reflecteren. En dat lijkt ingewikkeld of vermoeiend. “Ik heb al moeite genoeg met één ding tegelijk”, zeggen sommigen.
Maar dat is een misverstand. Het is niet alsof je twee losstaande taken moet combineren. Het is eerder als lopen: je gebruikt twee benen, die afzonderlijk bewegen, maar samen één vloeiende beweging vormen. Als kind moest je eerst bewust leren: dit been vooruit, dan dat. Het vergde aandacht, oefening, vallen en opstaan. Maar nu gaat het vanzelf. Je denkt er niet meer over na. Je loopt en het klopt.
Zo is het ook met aandacht: je leert eerst handelen. Spreken. Luisteren. Doen. En je leert daarnaast om tegelijk ook waar te nemen. Wat gebeurt er in mij? Wat voelt de ander? Wat is hier nu werkelijk aan de hand?
Dat lijkt in het begin tweeledig, alsof je je moet opsplitsen. Maar na verloop van tijd wordt het een vanzelfsprekende beweging. Twee benen van aandacht, waarmee je jezelf en het leven tegemoet loopt.
Het mooie is: hoe meer je deze dubbele aanwezigheid toelaat, hoe minder je hoeft te ‘doen’. Je raakt niet meer zo makkelijk verstrikt. Er is iets in jou dat blijft zitten aan de oever, zelfs als de rivier wild is.
Je spreekt en hoort tegelijk de ondertoon.
Je loopt en voelt tegelijk de grond onder je voeten.
Je leeft en bent tegelijk bij wat het leven in jou aanraakt.
Niet als een techniek. Niet als een truc. Maar als een manier van zijn waarin handelen en bewustzijn samengaan. Dat is geen belasting, maar juist een bevrijding. Want niets in jou hoeft meer achter te blijven of overschreeuwd te worden. Je bent er helemaal.
En daar, aan de oever van je ervaring, terwijl je met beide benen beweegt, opent zich soms iets dat stiller is dan stilte: een besef van waarheid dat geen woorden nodig heeft. Alleen aanwezigheid.