Ongrijpbare krachten en dwaalwegen rondom spiritualiteit

Macht en onmacht

Opgegroeid in een katholiek gezin en terugkijkend op de lange geschiedenis van het westerse geloof en dat geloof vergelijkend met het Taoïsme vallen mij onderstaande overeenkomsten en verschillen op in het omgaan met macht en onmacht. Ik beschrijf wat mij tegenstaat aan het christendom en wat mij fascineert aan het Taoïsme, namelijk dat in de natuur het evenwicht steeds wisselt en niets kan bestaan zonder zijn tegendeel (yin en yang).

Vasthoudendheid

Wie een bepaald geloof aanhangt, wil er ook graag voordeel van hebben. Je hoort bijvoorbeeld bij een groep, die je sociale contacten en bescherming oplevert of je hebt een God waaraan je een verzoek kunt richten. Maar die wens tot voordeel blokkeert het zicht op waar spiritualiteit over gaat.
In een ongezond samengestelde samenleving of een geestesziek individu kan een egoïstische en/of superieure geloofsovertuiging zelfs tot fascisme leiden en daarmee tot liefdeloos geweld.
Een duivenexperiment van Skinner maakte duidelijk dat wanneer je er van overtuigd bent dat je met bepaald gedrag een beloning lijkt af te dwingen het heel lang kan duren voordat je dat gedrag verandert, terwijl je maar af en toe en ook nog toevallig beloond wordt (zie ook gokverslaving).
Duiven en mensen willen dus graag geloven dat zij sturing hebben over hun lot en kunnen dit geloof heel lang vasthouden. Mensen kunnen zelfs wachten op een beloning na hun dood. Heel wat kapitalistische regimes hebben van deze goedgelovigheid misbruik gemaakt en hebben gewetenloos zelf materie verzameld die ze van goedgelovigen hebben afgetroggeld. Velen hebben bij leven onrecht laten bestaan in de verwachting dat na hun dood door God recht zou worden gedaan of hun geduld beloond.
Vriend en vijand van religie zijn het erover eens dat je God niet voor je karretje kan spannen. Atheïsten verklaren God gewoon voor niet bestaand en dragen toeval als reden aan voor de evolutie en al het moois op aarde en gelovigen vinden dat je steun van God moet verdienen door goed gedrag te vertonen. En er is altijd wel een voorbeeld te verzinnen dat iemand bij zichzelf kan aandragen dat hij niet perfect is geweest en God daarom niet zijn gebed verhoort. En zo blijft iedereen lang bij zijn standpunt of in zijn geloof.

Verdelen en verbinden?

De Romeinen die hun rijk rond het begin van de jaartelling graag in stand wilden houden kregen ergens in de eerste eeuwen na Christus door dat het geloven in één god veel gemakkelijker verschillende volkeren bindt dan het geloven in vele goden die ook nog eens veel menselijke gelijkenis hadden. Die ene god (overigens genderneutraal avant la lettre) was de schepper van de mens naar zijn gelijkenis en was zelf zonder menselijke fouten. God kon overigens wel kwaad ("vertoornd") worden en de mensheid straffen met vele plagen.
Was eerder de werkzame politiek van de wereldse overheerser “verdeel en heers”, door het christendom als officiële staatsgodsdienst aan te nemen en het Vaticaan aan het hoofd te zetten van een mondiale kerk kon het wereldrijk van Rome daarmee zowel verdeeld als verbonden als geheerst worden. En met deze “drie-eenheid” kon nog millennia door machthebbers geprofiteerd worden van de rust en materiële welvaart die dit systeem opleverde. Om over het misbruik van schaapjes door de herders nog maar te zwijgen.

Oosterse en westerse spiritualiteit

De ethische uitgangspunten van atheïsten, agnosten en gelovigen mochten dan soms verschillen, in de praktijk kunnen ze zich vinden in het principe “wat gij niet wilt dat u geschiedt, doe dat ook een ander niet”. Het leidde zowel tot een liberale als tot een sociale wetgeving. Gelovigen konden leven met het idee dat het Kwaad met wereldse wetten kon worden beteugeld en dat tegelijk vrijheid bewaakt wordt. God zou dit rechtvaardigen. Volgens de theodicee van de vrije wil accepteert God het bestaan van het kwaad in de wereld omdat de mens pas iets heeft aan zijn vrije wil als hij er ook iets mee te kiezen heeft. Het Kwaad bestaat dus zo- en omdat de mens een keuze kan maken ertegen.
Eigenlijk en uiteindelijk was god niet meer nodig om alles autonoom te laten draaien. Nietzsche verklaarde god dan ook dood en anderen legden zich er bij neer dat religie een privézaak is. En omdat het bewijs dat God (wel of niet) bestaat niet kan worden geleverd konden we in het westen gemakkelijk aansluiten bij Oosterse tradities als het Taoïsme. Gods wegen en de Tao zijn ondoorgrondelijk. 'De tao doet niets en toch blijft niets ongedaan'.

Wikipedia over de Tao (letterlijk “de weg, maar ook de stroom”).
Men kan tao alleen bij benadering leren begrijpen of volgen. "De weg (tao) heeft begin noch eind". In de tekst van de Daodejing (Boek van de Weg en de Kracht) wordt het volgende geschreven. "De essentie van tao is dat het niet uitgedrukt kan worden. Als men denkt het wel te kunnen uitdrukken, dan is het niet tao". Tao is immers vormloos en niet gebonden aan een vorm.
Tao voedt alles. Het creëert de gewenste ordelijke patronen in de chaos. Maar de wens naar ordelijke patronen zal nooit vervuld worden. Men kan alleen maar op het pad blijven van de zoektocht. In de taoïstische leer is tao de kwaliteit van die zoektocht.
Tot zover.

Uit vers 51 van Laozi.


Tao brengt de dingen voort.
Het brengt ze groot door Teh.
Teh brengt ze tot wasdom en vormt ze,
voltooit ze en doet ze rijpen.
Voedt ze en beschermt ze.
Voortbrengen, maar zich niet toe-eigenen
Doen maar zich er niet op voor laten staan,
tot wasdom brengen maar zonder heerser te zijn,
dat is wat ‘diepe deugd’ genoemd wordt.

Tot zover.
Teh is de liefdevolle kracht die werkt via het paradoxale wu wei principe: doen door niet te doen. Wie volgens de tao leeft, weet dat hij de uitdagingen in het leven, zijn ellende en problemen niet meer met strijd, macht of inspanning te lijf moet gaan. Hij gaat spontaan en bewust mee in de loop der dingen.

Hoe leeft iemand in de geest van de tao? Chuang Tze zegt het volgende.

Jullie zijn oprecht en rechtvaardig, zonder te weten dat je door zo te zijn rechtschapen bent.

Jullie houden van elkaar, zonder te weten dat dat goed is.

Jullie zijn eerlijk, maar weten niet dat dat trouw zijn is.

Jullie houden je aan je woord, zonder te weten dat je daarmee in geloof en vertrouwen leeft.

Jullie helpen elkaar, zonder eraan te denken geschenken te geven of te krijgen.

Zo laat je handelen geen sporen achter.

De oosterse en westerse uitwerking van religie zijn twee convergerende wegen om God te benaderen. Let wel: dit gaat over wat het voor jou betekent dat er een hogere macht kan bestaan en ervaren.  Soms bewandel je dan een positief pad en soms negatief, maar niet letterlijk, altijd ongrijpbaar en daarmee vrij. Net als bij intermenselijk contact gaat het bij geloofszaken om respect, dat wil zeggen het aanhouden van de juiste afstand en juiste betrokkenheid. Wie een ander in de greep (macht) wil hebben, verliest de echte verbinding. Wat juist is wordt ingegeven door het wederzijdse belang van het individu en het geheel (god of tao of natuur enz.) en dat is dat liefde stroomt. Machtswellust blokkeert die stroom.

Tekst 67 is een centrale tekst uit de Tao Te Tjing en gaat over De drie schatten.
Wie met / naar de Tao leeft, kent allereerst diepe liefde (mededogen, medeleven, compassie, onbaatzuchtige moederliefde, zachtmoedigheid). Dit is de eerste grote schat.
De tweede schat is matigheid en de derde is bescheidenheid.

Uit De kunst van het Niets doen van Theo Fischer over een Taoïst.
In een liefdesrelatie of een huwelijk behoudt hij zijn zelfstandigheid en innerlijke vrijheid. Dat wil niet zeggen dat die vrijheid als trouweloosheid kan worden gezien – de mens in de geest van de tao is standvastig – maar het betekent dat hij de integriteit en de behoeften van zijn partner in dezelfde mate respecteert als die van hemzelf. Hij is in staat lief te hebben zonder te willen bezitten. Hij ziet zijn partner niet als privé bezit, maar laat zichzelf evenmin op die manier inpalmen. Hij behoudt zijn zelfstandigheid en is toch tot een hoge mate van liefde in staat. Ja, liefde kan eigenlijk alleen onder deze omstandigheden gedijen.

Tenslotte een persoonlijke opmerking: ik ben geen katholiek of taoïst, ik ben het ook niet niet. Ik wil en hoef me niet meer te identificeren met de identiteiten die mij zijn aangereikt. Neti, neti.
Ik geloof in het verschil tussen niets doen en niet doen. Mij bewust (willen) zijn van het ethische verschil tussen doen en laten in het vergroten van vrijheid voor iedereen (mens en dier), dat is wat mij fascineert.

Wie meer wil lezen over de tao en alternatieve manieren om te kijken naar religie, klik op de links in dit artikel of op de labels onderaan.

Niet wie je bent maar wat je kocht of bezocht maakt je identiteit

Een woord vooraf: dit artikel gaat niet over uw spirituele identiteit maar uw commerciële identiteit.

In tijden dat veel Internetters angstig worden over wat er zoal over hun surf- en koopgedrag wordt vastgelegd is het handig om te weten wat en hoeveel een bedrijf dat wil investeren in reclame van u wil weten.
Net als elk mens nooit 100% een zeker en compleet antwoord kan geven op de vraag “wie ben ik” is ook een verkoper niet geïnteresseerd in een 100% kloppend profiel van een potentiële koper. Alle beetjes wetenswaardigheden leveren meer geld op dan niets weten van een klant.
Wie vroeger zijn omzet wilde vergroten moest of kwaliteit leveren en wachten op het effect van mond tot mond reclame of moest reclame maken om zijn naamsbekendheid te vergroten. Om het rendement van de investering te vergroten dacht hij (zij) na over de doelgroep. Vroeger zette je dan een advertentie in een krant of op een bord op de gevel of langs de weg of je koos een bepaald postcodegebied, maar dat kan met de tegenwoordige technologie veel slimmer en effectiever. Hopelijk ook aangenamer voor een potentiële klant, maar kan ook het ongewenste bijeffect hebben dat hij zich betrapt voelt, juist omdat reclame zo goed getimed is of zo snel komt nadat een aankoopbeslissing al is genomen.
Wie een profiel wil opbouwen van een klant moet onopvallend gegevens verzamelen over zijn (aankoop)geschiedenis en andere handel en wandel. Opslag en analyse van data is in ruime mate en snel geregeld met de huidige stand van computertechnologie.
De verzamelde data hoeven helemaal niet compleet of dekkend te zijn zolang gebruik maken van het profiel maar meer omzet genereert of budget bespaart.

We leven in een economie die vooral verstandig wil omgaan met kansen om geld te besparen en te laten renderen. Wat is de kans dat iemand een product van mij gaat afnemen en wat kan ik doen om die kans te vergroten? Bij Facebook worden zelfs 28.000 variabelen of kenmerken van een profiel onderscheiden. Arjen Lubach noemde al in zijn show “wat is de kans dat u binnen een half jaar een Mazda gaat kopen” als voorbeeld van zo’n klanteigenschap.
Het verklaart ook waarom Facebook en Google zo graag zekerheid willen hebben dat u uw identiteit prijs geeft. Het verhoogt de kwaliteit van het profiel, omdat er met meer zekerheid data kan worden verzameld over uw (surf)gedrag. Dat de overheid of politiek of recherche ook met profielen werkt maakt het urgenter om goed na te denken of je wel wilt meewerken aan het verzamelen van die op het oog onschuldige data.
Ook de bonuskaart en airmiles kaart bij Albert Hein hebben die functie. Koopt u iets waar bonus opzit dan kunt u geld besparen door uw identiteit via de bonuskaart te delen of te vragen of u gebruik mag maken van de bonuskaart bij de kassa. Of alle mensen altijd dezelfde bonuskaart gebruiken is voor het benaderen van een doelgroep niet echt van belang. De meeste klanten doen het namelijk wel en daar komt de relevante informatie voor de marketing vandaan.

We kennen allemaal de verhalen van mensen die ten onrechte een label of stigma kregen opgedrukt en niet meer kwijtraakten wat ze ook aan bewijs aanleverden over een tegendeel. Kafka schreef er een boek over en de uitdrukking Kafkaiaans is niet voor niets onderdeel van onze taal om uit te drukken dat wat je ook doet tegen je gebruikt wordt.
Data verzamelen doe je niet alleen om iemand iets te verkopen, het kan ook ingezet worden om iemand juist buiten de deur te houden of om onopvallende wijze te dumpen door hem of haar door te verwijzen naar een conculega. 

Een verzekeringsmaatschappij is best bereid om iemand te vertrouwen die voor de eerste keer aangifte doet van een schade, maar wanneer de klant nog een volgende keer beroep doet op uitkering wordt de kans groter dat er sprake is van fraude of onverantwoord gedrag of levenswijze.

Je ontkomt er niet aan dat mensen graag oordelen over elkaar. Iemand in een hokje stoppen of onder een bepaald profiel scharen is ook een vorm van oordelen. Het is zaak om de kans te minimaliseren dat je gedrag of wat je zegt aanleiding is om je vrijheid van handelen kwijt te raken. Dat vraagt een permanent alert blijven op technologische ontwikkelingen en de gevolgen voor de privacy.

Op 25 mei 2018 ging de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) in werking. Die verplicht bedrijven en organisaties, die privacy gevoelige gegevens van mensen verzamelen, om daarover transparant te zijn en eventueel voor verzameling afspraken met de betrokkenen te maken.

Kun je onze eenheid (be)grijpen?

Kun je ook door te onderscheiden eenheid ervaren?

Mensen kunnen ervaren door onderscheid te maken. Ze ervaren de scheiding (dualiteit) tussen zaken. Dat maakt het leven leefbaar. Je kunt ook de eenheid (non-dualiteit) ervaren. Zo komt verbinding tot stand. En die verbinding raakt weer los of wordt losgemaakt. Telkens opnieuw. Is de realiteit één of juist niet?
In dit artikel de betekenis van non-dualiteit voor het begrijpen van de realiteit en de samenhang tussen duale verschijnselen.

Non-dualiteit overstijgt niet alleen het niveau van de dualiteit. Je kunt ook "twee niveaus" onderscheiden in non-dualisme.

Niveau 1. Op dit niveau wordt non-dualisme begrepen als het overstijgen van de dualiteit van subject-object relaties. Dit houdt in dat je de illusie van scheiding tussen jezelf en de wereld om je heen doorziet. Dit is het soort non-dualisme dat vaak wordt geassocieerd met spirituele leringen en bewustzijnspraktijken.

Niveau 2. Hier wordt non-dualisme breder geïnterpreteerd als de erkenning dat dualiteit en non-dualiteit beide aspecten zijn van de totale realiteit. Dit betekent dat dualiteit (zoals onze individuele ervaringen en verschillende vormen) en non-dualiteit (de eenheid en verbondenheid van alles) beide geldig zijn op verschillende niveaus van begrip.

Met andere woorden, op dit "niveau 2" van non-dualisme wordt dualiteit niet verworpen, maar wordt het opgenomen als een aspect van de gehele ervaring. Dit idee wordt soms aangeduid als "non-dualiteit in dualiteit", waarbij de dualiteit wordt gezien als een manifestatie van een dieper non-duaal bewustzijn.

Betekenis geven aan onze ervaringen

Wat we met onze zintuigen waarnemen in de realiteit wordt voor een belangrijk deel betekenis gegeven door wat we daarvoor in het verleden menen te hebben geleerd over de te verwachten waarneming in de toekomst. We zien wat we willen zien en dat volstaat ons te kunnen handhaven als individuen die nooit helemaal zeker zijn of zij echt in verbinding staan.
Er zijn zelfs mensen die de stelling poneren dat de buitenwereld niet eens als afzonderlijke realiteit bestaat en dat we één zijn met alles wat we buiten onszelf onderscheiden. “Jij en de buitenwereld bestaan niet; dingen gebeuren en dat is alles”. Zie ook de Advaita shuffle.

Wat schieten we op met deze manier van in de wereld staan?
Het kan ons een gevoel van evenwaardigheid geven omdat we ons realiseren dat niemand als afzonderlijke eenheid of individu boven een ander staat of meer waard is. Bovendien hoeven we niet meer te bewijzen dat we er mogen zijn. Het bewijs kan niet worden geleverd en tegelijk hoeft niemand dit bewijs te leveren. Het maakt duidelijk dat we in alle diversiteit en verschillen ook minstens één ding gemeenschappelijk hebben. We staan niet meer geïsoleerd in het leven.

Maar er zijn ook mensen die anderen tot positief gedrag willen dwingen omdat “alles wat we een ander aandoen, we onszelf aandoen”. Dat kan wel zo lijken, maar dit heeft ook een manipulatief element in zich dat voorbijgaat aan het recht op autonomie. Het ondermijnt het wederzijds vertrouwen, alsof we macht over de ander willen uitoefenen. En daar waar macht opduikt verdwijnt de liefde. Liefde gedijt, dat wil zeggen: liefde kan alleen worden ervaren wanneer we met een ander vrij en open (willen) omgaan. “Liefde is” en wie pretendeert liefde te kunnen scheppen of ontvangen draagt bij aan een illusie of mythe. Een aantrekkelijke en breed gedragen mythe, dat wel, maar ook met de valkuil van frustratie omdat het tijdelijk geluk oplevert.

Verbinden en loslaten

Niemand heeft de waarheid in pacht en niemand heeft de macht om liefde te laten ontstaan of volledige eenheid te ervaren. In onze cultuur proberen we overigens wel de suggestie te wekken. Liefde stroomt en ons bewust te zijn dat we zelf weleens die stroom blokkeren of verleggen naar elders volstaat om kunnen leven in liefde. We zullen de ander de vrijheid moeten laten om de illusie te koesteren dat hij of zij als individu volledig in verbinding of helemaal los staat van de ander. In de poging om goed getimed keer op keer jezelf te verbinden met de ander en weer los te laten zit de garantie van eenheid.

Advaita shuffle lijkt op onverschillig stoïcisme

In plaats van je te identificeren met jouw emoties in de vorm van bijvoorbeeld “ik ben boos” kun je zeggen “ik voel een kwaadheid in mij” of “er is boosheid”. Vooral dat laatste klinkt onthecht.
Je schept als het ware een afstand tussen jezelf en wat er in jou gebeurt. Dat zogeheten "containen van gevoelens" kan het gemakkelijker maken om iets niet (te) persoonlijk op te vatten. Het kan ook een valkuil zijn wanneer je geen enkele verantwoordelijkheid meer neemt voor wat er in en met jou gebeurt of hoe jij zaken in de buitenwereld opneemt en opvat.
Een milde of lichte scheiding aanhouden tussen wat er gebeurt en wie je bent is mogelijk door jezelf te waar te nemen (te schouwen). Die innerlijke waarnemer wordt geacht niet te oordelen, amoreel te zijn, geen emoties en geen gedachten te hebben. Het kan je helpen om je niet alles wat je overkomt en wat anderen over en tegen je zeggen persoonlijk te nemen. Het is een gezonde levenshouding, vooropgesteld dat je jezelf als eenheid blijft zien en niet denkt dat je echte zelf in de waarnemer zit.
Het staat cool en/of is wijs om een zekere stoïcijnse distantie aan te houden tegenover wat je overkomt en jouw handelen, maar een voortdurende scheiding zoeken tussen jou en de realiteit is een zelfopgelegde vorm van schizofrenie.

Mensen die zich met spiritualiteit bezighouden zijn soms in de verleiding om net te doen of ze nergens door geraakt worden. Er zijn eeuwenoude (levens)filosofieën die lijken te propageren om je nergens druk over te maken, bijvoorbeeld het Stoïcisme, maar ook oosterse filosofieën en levensovertuigingen als boeddhisme en hindoeïsme.

Van Wikipedia.
De stoïsche filosofie presenteert zichzelf als de aangewezen weg om de mens gelukkig te maken. Alles wat gebeurt in de wereld is volgens de Stoa van tevoren onverbiddelijk bepaald, maar de vrijheid en autonomie van de mens zit hem erin dat hij vrij is in zijn reactie hierop. Deze reactie is bepalend voor het menselijk geluk. Inzicht in de noodzakelijkheid van alles, inzicht dat dit zo goed is, enerzijds; anderzijds het inzicht dat hetgeen men gewoonlijk als persoonlijke rampen ziet, ons niet echt raakt, als we maar goed onderscheiden wat er echt aan de hand is.
Er zit evenwel ook een moreel aspect aan vast. Een stoïcijn wordt geacht ook zijn sociale plichten te vervullen. Dit wordt gezien als een natuurlijk bestanddeel van het leven in de menselijke gemeenschap. Want ook het leven in overeenstemming met de natuur wordt als doel geformuleerd door de Stoa. 
Tot zover de stoïcijnse levenshouding.

Gevoelens ervaren en te doorvoelen is natuurlijk. Hoe en of je een gevoel omzet in een emotie is jouw verantwoordelijkheid. Je kunt dat niet ontlopen of ontkennen door te stellen dat er geen vrije wil is. Gevoelens gebeuren en gedachten komen op. Verantwoordelijkheid voor wat er met emoties gebeurt wegredeneren maakt niet gelukkig of doet onprettige gevoelens niet verdwijnen.
Oosterse filosofieën wijzen er op dat permanent geluk niet buiten jezelf is te vinden, daar is slechts tijdelijk geluk te vinden. Maar dat betekent niet dat je je moet afscheiden van de buitenwereld en geen contact meer moet maken met wat er buiten jou gebeurt of met anderen.
Een al te onverschillige en schijnwijze levenshouding, geïnspireerd door de stoïcijnse of hindoeïstische of boeddhistische levenswijze of non-dualiteit wordt een Advaita shuffle genoemd. Het is een pose waarin men de indruk wil wekken alle illusies te doorzien en in eenheid te leven met het universum. A-dvaita betekent niet-twee en staat zo voor voldoende eenheid.

Filosoof en schrijver over non-dualiteit Paul Smit zegt over de Advaita shuffle.
“Er zijn allerlei manieren waarop Advaita door het ego gekaapt kan worden. Zoiets noemen we de Advaita shuffle. Mensen die daaraan lijden, hebben de neiging om psychische problematiek eenvoudigweg te ontkennen. Onder het mom dat alles ‘toch maar’ een illusie is, wordt het eigen gedrag vergoelijkt. Maar andersom werkt het óók. Stel dat iemand bij de bakker voordringt. Je zou, terecht, kunnen denken dat deze persoon daar niets aan kan doen. Om vervolgens stilzwijgend je beurt voorbij te laten gaan. Maar tegelijkertijd gebeur jij ook gewoon. En dus is er niks mis mee om de voordringer op zijn of haar gedrag te wijzen. Advaita vraagt ons niet om onszelf uit het leven weg te redeneren”.
Tot zover. Paul Smit.

Wat kun je nog begrijpen?
Mensen die zich verdiepen in spiritualiteit worden voorgehouden om het denken niet al te serieus nemen als mogelijkheid om de realiteit te kennen. Wanneer ze dan ook nog worden verteld dat ook via de zintuigen geen zekerheid is te krijgen is over de realiteit, is de stap klein om alles te gaan relativeren en zich te verliezen in taalspelletjes.
Ze gaan dan dingen zeggen als “ik besta niet” en “alles gebeurt”. Natuurlijk is er in de hersenen geen fysiek “ik” of “ego” aan te wijzen en er gebeurt voortdurend van alles en tegelijkertijd.
Het is doorschieten in alles willen relativeren of in de relatie willen zien tussen alles wat er is. We zijn allemaal één is weliswaar niet onwaar, maar ook kort door de bocht. We doen er verstandig aan om niet alles voortdurend te willen begrijpen. Het verspilt de energie die we goed kunnen gebruiken om het leven met al haar mysteries te leven en zo te ervaren hoe het zit. Het meeste wordt vanzelf of later duidelijk. De rest is poëzie.

Wat je wel en niet moet zeggen tegen een depressief iemand

Psycholoog Huub Buijssen heeft een boek geschreven over hoe je begripvol communiceert met een depressieve naaste. Tegenover iemand die zelf niet op gang kan komen sta je vaak onmachtig en reageer je snel op een manier die het voor die depressieve persoon nog moeilijker maakt.
Relativeren is een eigenschap die voor jezelf soms werkt, voor anderen werkt het averechts.

Voorbeelden van wat niet te zeggen zijn
  • Zo erg is het toch niet.
  • Er is licht aan het eind van de tunnel.
  • Je weet dat dit ook weer overgaat.
  • Zo is het nu eenmaal.
  • Dit overkomt zoveel andere mensen.
  • Andere mensen hebben het erger.
  • Je moet gewoon blij zijn.
  • Je hebt alles om gelukkig te zijn.
  • Wees niet zo negatief.

Er effectief voor iemand zijn tot steun kost tijd en moeite. Dit aanbieden en aankondigen helpt.
Voorbeelden van wat wel te zeggen zijn:
  • Wat erg voor je.
  • Ik ga proberen je erdoorheen te slepen.
  • Reken op me. Vertel me wat ik moet doen.
  • Ik hou van je.
  • Dit kost tijd, veel tijd.
  • Zou je het fijn vinden om iets samen te doen?
  • Je doet het goed.
  • Heb je overwogen om professionele hulp te zoeken?

Lees ook: "Boeken van Huub Buijssen".

Via evenwaardigheid naar leefbare eenheid

Wie van mening is dat alles met alles samenhangt en dat we allemaal één zijn, heeft vaak het gelijk aan zijn kant, maar zal er nooit in slagen te bewijzen dat het zo is.
In een millennia oude Hindoeïstische filosofie wordt daarom uitgegaan van een veel werkbaarder standpunt namelijk dat alles niet twee is (A-dvaita). Dat lijkt flauw, zwak en zweverig  maar brengt beweging in starre dogma’s.
Ook in het christendom is een soortgelijke benadering: de via negativa. Die manier van redeneren wordt toegepast op het wel of niet bestaan van God of de ultieme waarheid. Niemand weet precies hoe het zit, maar door uitgebreid te doordenken hoe het niet zit wordt stapje voor stapje duidelijk hoe het zou kunnen zijn.

In de eveneens duizenden jaren oude Chinese filosofie wordt mensen voorgehouden om te handelen vanuit het wei wu wei principe: "handelen zonder ergens naar te streven" of "doen door niet te doen". Niet te verwarren met doen door niets te doen, wat een luie en inconsistente levensstijl oplevert. Niet doen, oftewel laten is even belangrijk als (evenwaardig aan) doen. Wijsheid is weten wanneer te kiezen voor doen en wanneer voor niet doen.
We kunnen zien, spreken en afwegen doordat we zaken afzetten tegen elkaar (dualisme). Het maakt dat we beslissingen kunnen nemen. Via een dialoog kunnen we tot eenheid komen, telkens weer.
Om te kunnen onderscheiden (discrimineren in positieve zin) hebben we onze zintuigen ontwikkeld. Het was in vroeger tijden van levensbelang om snel in te kunnen schatten of iets van buiten een kans of een bedreiging opleverde. Eten of gegeten worden, dat was de vraag lang voordat Shakespeare bestaansvragen formuleerde als “to be or not to be, that is the question”.

Het leven wordt gekenmerkt door (herhaalde) beweging. Panta rhei (alles stroomt). Bij ademhaling horen de bewegingen in- en uitademen bij elkaar. Inspannen en ontspannen op regelmatige basis voorkomt stress en houdt ons gezond. Geen van beide is belangrijker dan de ander. Wel is er verschil in status, maar verlies de balans niet uit het oog.
Ook in de liefde houden we het langst vol wanneer we niet letterlijk streven naar eeuwigdurende eenheid. De afwisselende beweging van verbinden en loslaten levert een stabiele relatie op, die lang kan duren wanneer we die onderhouden vanuit een streven naar evenwaardigheid.
Mensen worden geboren met verschillende eigenschappen. Dat maakt diversiteit en dat er iets valt te kiezen. Wanneer iedereen gelijk zou zijn, is er geen vrijheid en als iedereen vrij is is er geen gelijkheid. Er hoeft dus niet gestreefd te worden naar letterlijke gelijkheid of herstel daarvan, er kan beter direct en altijd geleefd worden vanuit evenwaardigheid.

Drang tot perfectie maakt meer kapot dan je liefhebt

Wie niet kan leven met de eigen imperfectie leidt een voortdurende pijn tijdens de zoektocht naar meer perfectie en minder fouten. Dit gegeven is verweven in veel mythologieën. In het paradijsverhaal kan Eva de verlokking niet weerstaan om de appel die leidt tot kennis van goed en kwaad. In de Griekse sagen van het ontstaan van goden en de mens is de verleiding de doos van Pandora, een vrouw begiftigd met alle ideale menselijke gaven. Door haar nieuwsgierigheid ontsnapten de geesten van alle onheil en bleef slechts hoop achter.
In zijn nieuwe boek beschrijft Stephen Fry dit proces van creatie van en door nieuwe goden dat we op dit punt in de tijd lijken te herhalen. We zijn bezig kunstmatige intelligentie te construeren en gieten het in een vorm die ons het mogelijk maakt om ernaar te kijken: software of een robot of mengvormen van mens en technologische hoogstandjes. De vraag, uitdaging en gevaar is dat we dreigen te herhalen wat ooit eerder is gebeurd, namelijk dat we iets maken wat ons gaat uitroeien.
Hij vertelt hierover in een interview met Adriaan van Dis. Treffend is de analogie van gebeurtenissen in zijn eigen leven en wat hij interpreteert in de mythologieën van het verleden en in de toekomst. Als kind al speelde hij met alles –dingen en relaties- totdat ze kapot gingen, opzettelijk of door slijtage.
Freud benoemde al de scheppingsdriften en dood(s)driften. Ook goden uit de Advaita Vedanta hebben deze tweeledige functie van maken en kapot maken.
In het interview op video met van Dis komen heel andere aspecten naar voren dat de uitgever op de flap van het boek plaatst:
Losbandigheid, lust en liefde, moord en doodslag, triomfen en tragedies; de Griekse mythen en sagen zijn wilder en woester dan het leven zelf. Deze verhalen bieden alles wat een lezer zich kan wensen. De oude Grieken inspireerden onder anderen Shakespeare, Michelangelo, James Joyce en Walt Disney. In de handen van Stephen Fry komen de verhalen opnieuw tot leven. We worden verliefd op Zeus, we aanschouwen de geboorte van Athena, we zien hoe Kronos en Gaia wraak nemen op Ouranos, we huilen met koning Midas en we jagen met de even beeldschone als meedogenloze Artemis. Stephen Fry haalt deze verhalen op uit de oudheid en geeft ze hun welverdiende plek in onze moderne tijd.

De kwaliteit van nabijheid

Ieder mens wil gezien en geaccepteerd worden zoals hij is. En hoe meer een ander van je ziet en van je voelt en je toch accepteert, hoe comfortabeler dat voelt. Je mag er zijn.
Wanneer twee mensen een optimale verbinding willen dan is het eerste wat duidelijk moet worden of beiden respect hebben voor elkaars grenzen. Respect is het spanningsveld tussen betrokkenheid tonen en afstand houden. Je wilt jouw betrokkenheid tonen door de ander dicht op de huid te zitten zonder dat het leidt tot een beklemd gevoel. Er is in de kennismakingsfase idealiter een voortdurend naderbij komen en laten zien dat je elkaars grens niet ongevraagd overschrijdt.
Je bent in contact met elkaar wanneer beiden geen energie meer hoeven te steken in het bepalen van de juiste afstand en je open kunt uitwisselen wat er in je omgaat zonder het gevoel te hebben dat de ander jou beoordeelt.
Je ont-moet elkaar in de letterlijke zin: niets moet. Alles mag gezegd worden, niets hoeft te worden gedaan. De aard van het contact behoeft geen label. Het stroomt.
De ideale nabijheid ontstaat dan wanneer je je evenwaardig opstelt, want dan zijn er geen tekenen van domineren, manipuleren of misbruiken in enige vorm dan ook.
In evenwaardigheid mogen alle individuele verschillen bestaan en is er geen wedijver in het hebben van gelijk. Er wordt geen macht uitgeoefend en er wordt geen machtsverhouding gezocht.
Je kunt ook te lang nabij blijven of te dichtbij komen, dan zie je het geheel niet meer en is geen ruimte om te bewegen.
Nabijheid blijft langer aantrekkelijk wanneer je de verwachting daarover kunt relativeren, mogelijk zelfs geen verwachting hebt. In de nabijheid blijf je uiteindelijk altijd een individu die baat heeft om ook weer afgescheiden te zijn en die afscheiding te voelen. En na een periode van rust, geen contact, weer opnieuw moeiteloos nabij te kunnen komen.  En zo de eenheid herbeleven met dezelfde persoon of met een ander. Als een frisse start met dito blik. Open.
Zonder vrijheid geen liefde en zonder liefde geen vrijheid. En wanneer ze in verbinding leiden tot nabijheid heeft het leven kwaliteit.

De dans om contact te maken in liefde

Liefde is een vaardigheid, ontdekte choreograaf Giulio D'Anna. Hij maakte een stuk voor dansduo Kristin de Groot en Piet Rogie, al 25 jaar samen. In de Volkskrant van 31-01-2018 doet Mirjam van der Linden verslag van het stuk Panorama.

Dat gevoel van hard werken, onophoudelijk, daar gaat het ook D'Anna om. Ter voorbereiding op Panorama sprak hij gedragswetenschapper Johan Karremans (Radboud Universiteit Nijmegen), die onderzoek doet naar factoren die het slagen van de romantische relatie bepalen.

'Samen vormen ze een CBS-proof panorama van Nederlandse relaties', zegt D'Anna. 'En het is zoals Karremans ontdekte: betrokkenheid is afhankelijk van zelfbeheersing, van het kunnen omgaan met drama. Niks roze wolk, overgave of harmonie. Geen van mijn geïnterviewden noemt het woord 'liefde' als de sleutel tot succes. Iedereen somt strategieën op, met 'vertrouwen hebben' en 'vrijheid geven' als de belangrijkste. Ontroerend vond ik dat. Liefde is een vaardigheid'.

Het begint allemaal simpel met contact maken. En dat wordt weer verbeeld in een heel andere stuk in deze video.
Simpel Verlangen is een dansproject dat verschillende generaties en leefwerelden met elkaar verbindt. Een groep van professionele dansers, dansstudenten en muzikanten maakt samen met vitale ouderen uit de regio een dansvoorstelling over verlangen, durf en vertrouwen. Over ontmoeten, luisteren en loslaten.

SIMPEL VERLANGEN / SIMPLE DESIRE from Saskia Habermann on Vimeo.

Ana Ikens. "Via de dans krijgen individuele gevoelens - waar soms geen woorden meer voor zijn - gestalte. Dat samen te ervaren is geweldig om mee te maken".

Helder spreken over seksuele wensen

Het bedrijf LegalThings maakte een app om seksafspraken van te voren vast te leggen.

Citaat van Margriet Oostveen uit de Volkskrant.
“Hun app heet LegalFling. Het idee komt voort uit de #MeToo-discussie en het voornemen van de Zweedse regering om een zogeheten 'toestemmingsclausule' op te nemen in de wet: wie seks met iemand wil, heeft daar in Zweden vanaf komende zomer een expliciet 'ja' voor nodig. Zonder sta je er voortaan zwak wanneer iemand je van aanranding of erger beschuldigt”.

Toen ik voor het eerst daarvan hoorde krabde ik achter mijn oren, moet dat nou zo expliciet?
Maar in het licht van hoe pubers en ouderen (elk op hun eigen ongemakkelijke manier) met elkaar (niet) durven te spreken over wat ze wel en niet willen bij wel gewenste intimiteit vind ik de app bij nader inzien toch zo gek nog niet.
Een voorbeeld dat mij te binnen schoot was een artikel waarin het seksuele gedrag tussen pubers werd besproken in het  uitgaansleven. Een beetje zoenen bij het verlaten van een feesttent leidt al gauw tot meer. Soms hebben ze een jongen zo opgenaaid en opgewonden en uitgelokt en van verwachtingen vervuld dat ze het effect bijna niet meer kunnen ontlopen. En sommige meisjes geven uit preventie (om niet te hoeven neuken) een jongen een blow job (orale bevrediging) om de stoom van de ketel te krijgen.

Ze geven als het ware een vinger om te voorkomen dat de hele hand wordt genomen.

De kans is groot dat dit afdoende is, maar de kans bestaat ook dat de jongen daarna meer wil, eventueel op een tweede date.
Of je nu wel of niet naar aanleiding van de app jouw behoefte aan grenzen stellen en toch intimiteit beleven bespreekt, de kunst is om helder te durven benoemen wat je wel of niet wilt.
En de app kan je eraan herinneren welke aspecten dan benoemd moeten worden.

Bijkomend nadeel van de huidige afstandelijke manier van seksueel omgaan tussen jongeren is dat het meer op porno imiterend gedrag lijkt dan ze vermoedelijk zelf willen. Er is weinig uitwisseling van tederheid, eerder instrumenteel behandelen van elkaar, wat niet bijdraagt bij een liefdevol beeld van elkaar.

In  tegenstelling tot het overkokende libido van jongeren hebben ouderen soms te veel schroom om hun seksuele gevoelens om te zetten in een daad. Ze doen het dan liever met de herinnering en in fantasie in plaats van het risico om een blauwtje te lopen.

Tenslotte een sprong naar een mogelijk achterliggende reden dat mannen en vrouwen verschillend communiceren en de grens anders trekken.
Vrouwen zijn er vaak onzeker over of ze er wel mogen zijn, zelfs vertaald in de vraag of ze wel aantrekkelijk genoeg bevonden worden (ben ik wel -of in het geval van ouderen: nog- mooi genoeg?).
Mannen denken vaak pas bevestiging te hebben dat zij echt in trek zijn wanneer een vrouw zich daadwerkelijk overgeeft en bloot geeft. Dat doen ze als initiatiefnemer immers zelf ook.
Natuurlijk trekt een vrouw de grens eerder omdat de gevolgen van (onbeschermde) seks veel verstrekkender kunnen zijn.
Maar omdat bijna niemand (bewust) het gesprek durft te voeren over welk concreet bewijs ze zoeken dat hun bevestiging geeft, gaan mensen onnodig vaak over eigen en andermans grenzen.

De futiele aanloop tot een machtsstrijd

Wanneer twee mensen een gesprek hebben dan gebeurt het regelmatig dat je denkt “dat zeg je nu wel zo, maar volgens mij zit het anders bij je”. De oplossing is simpel: je stelt het aan de orde. En wanneer de ander vervolgens zegt “ik bedoel het toch zoals ik het zeg” dan kun je twee dingen doen. Of je accepteert dat je het fout zag of je denkt “ik voel wat anders”.

Je kunt niet bezig blijven om dat wat de ander zegt ter discussie te blijven stellen, want voordat je het doorhebt verzand je in de machtsstrijd. De boodschap lijkt dan te zijn “ik weet beter dan jij wat je denkt en voelt dan jou”. En dat kun je natuurlijk niet maken.

Dit lijkt allemaal futiel, maar in een cultuur waarin je eigenlijk niet direct kunt zeggen wat je denkt, gebeurt het voortdurend dat mensen tussen de regels door gaan lezen. Sommigen gaan dan de emoties van anderen herbenoemen zonder te checken of het wel klopt.
Wie zich niet kwetsbaar wil opstellen, verbergt mogelijk angst, verdriet of pijn. Wanneer de ander dat vermoedt kan hij daar rechtstreeks naar vragen. En wanneer dan het ontkennende antwoord komt dan blijven er in het hoofd van de vrager nog steeds twee keuzes: geloof je dat je het fout zag of denk je dat je een leugentje voor bestwil hebt gehoord?
Niemand hoeft verder te gaan en zijn gelijk te halen want je komt in een vicieuze cirkel terecht. En daar kun je alleen doorheen breken door het onderwerp te laten rusten en overgaan op een ander onderwerp.
Wanneer je toch doorgaat en zegt (voor de grap) “ik wist niet dat je kwaad werd” dan loop je de kans dat de ander kwaad wordt en je door de reactie van de ander je gelijk krijgt terwijl er niets aan de hand was. Je hebt doorgedramd en bent verzand in een machtsstrijd.

Meer lezen over hoe een machtsstrijd te voorkomen of te stoppen, lees Riekje Boswijk-Hummel.

Duurzaam doen en laten effectiever belonen

Het lastige van duurzaam gedrag is dat wat je doet zichtbaar is en wat je laat niet. En wat je laat kan wel eens veel duurzamer zijn dan wat je doet. Maar een mens wordt zelden beloond voor wat hij laat.
Een vliegreis maken belast het milieu en het niet doen niet. Wie vliegreizen minder aantrekkelijk wil maken kan de belasting op kerosine verhogen en dat kost de vliegreiziger geld en wie niet vliegt niet. Maar net als emissierechten voor de industrie kun je ook vliegrechten uitgeven. Wie dan (ver of vaak) wil vliegen moet dan extra rechten opkopen van iemand die van zijn rechten geen gebruik maakt. Wie niet gaat vliegen en zijn rechten verkoopt wordt dan beloond met geld.  
Wie niet gaat vliegen en zijn rechten niet verkoopt, heeft invloed op het aantal vliegkilometers dat gemaakt wordt. 
Kortom dit voorstel van emissierechten zou een effectieve uitvoering zijn van duurzaam doen en laten.

Het is uiteraard aan de politiek of dit idee wordt uitgevoerd, maar een effect van politiek beraad kan zijn dat mensen bewuster worden van de gevolgen van vliegvakanties en dat de acceptatie van verhoging van belasting op kerosine vergroot wordt.

Eigenlijk zou dit gedachte-experiment kunnen worden toegepast op alle vormen van niet-duurzaam gedrag waarbij er een disbalans is tussen doeners en laters .Een klein voorbeeld is gebruik maken van de auto op momenten van de dag dat het invloed heeft op filevorming. Of reizen met het openbaar vervoer in plaats van met de auto.

Belastinggeld van niet duurzaam doen zou direct moeten terugvloeien naar het laten van niet-duurzaam gedrag. Nu betalen de duurzaam levende burgers de rekening voor de brutale vervuilers. Belasting wordt geheven op milieubelastend gedrag en gaat in een grote pot, maar vloeit niet evenredig terug naar degenen die bijdragen aan milieusparend gedrag.

In onze economie wordt accijns geheven op drinken, roken en benzine verbruiken etc.. Uit dat budget worden door de overheid, aangestuurd door de regering, algemene voorzieningen betaald.
Bij de belastingdienst zou je jouw ecologische voetafdruk bekend kunnen maken. Hoe kleiner de ecologische voetafdruk hoe minder onduurzaam je leeft. Wie het breed heeft en onduurzaam breed laat hangen levert dan budget door emissierechten te kopen. De belastingdienst kan dan dit geld direct doorsluizen aan wie aantoonbaar duurzaam leeft en geen gebruik maakt van zijn emissierechten. Zo wordt milieuvriendelijk gedrag duurzaam beloond.
Dit zou jaarlijks kunnen worden bekeken (je kan per jaar aangeven hoe je met de emissierechten om wilt gaan). Het principe kan door het parlement worden bijgestuurd, uitgebreid of verminderd.

Grote bedrijven geven airmiles uit. Ze kunnen daarmee zien welke aankopen mensen doen en hun aanbod daarop afstemmen. Wie veel en lang reist verzamelt veel airmiles. Met die verzamelde airmiles kun je gratis reizen of met reductie producten kopen. Dat is niet zo duurzaam. Je kunt de airmiles ook doneren aan Stichting Aap zodat die dieren weer terug kan brengen naar hun natuurlijke habitat.
Supermarkten zouden een vergelijkbaar spaarsysteem kunnen opzetten waarbij vleeskopers een bedrag verzamelen dat zij zelf als korting kunnen besteden aan vegetarische of veganistische producten bij die supermarkt. Ze zouden het ook kunnen doneren aan minder bedeelden die dit besteden aan diervriendelijke aankopen bij die supermarkt, lees uiteraard vegetarische of veganistische producten. Vleesproductie en consumptie draagt bij aan opwarming van het klimaat. Met een dergelijk spaarsysteem kan de supermarkt werken aan een duurzaam imago en kunnen consumenten onopvallend en effectief werken aan duurzaam aankopen.

In zijn voorstelling Bovengrens (hier op video) bespreekt Hans Sibbel voorbeelden van niet duurzame, perverse prikkels:

Bewust van gevoel naar emotie

Gevoelens zijn niet blijvend

De relatie tussen gevoel en emotie in dit artikel is als volgt. Een emotie is een gevoel die al dan niet opzettelijk of bewust getoond wordt. Gevoelens ontstaan en verdwijnen in ons bewustzijn. In de evolutie zullen de levende wezens steeds beter in staat zijn geraakt om hun emoties binnen te houden en vooral voor de mens het vermogen hebben opgeleverd deze om te zetten in denken.

Primatenonderzoeker Frans de Waal stelt dat gevoelens alleen kenbaar zijn door degene die ze ervaart, maar maakt een onderscheid met emoties, die zeker wel waarneembaar zijn. Een opgetrokken lip, een blozende wang, een overslaande stem, het zijn gebaren en houdingen bij mens en dier die wijzen op emoties.

Een gevoel kan niet constant bestaan. Een constant gevoel verdwijnt naar de achtergrond en wordt nauwelijks nog waargenomen.
Er bestaan geen verkeerde gevoelens, maar er is ook geen noodzaak om alle gevoelens te delen.
Gevoelens kunnen met verstand en intuïtie de basis vormen voor de keuze voor bepaald gedrag waarbij je de emotie kunt zien als een vorm daarvan. Dat kun je doen en dat kun je laten. Net als bij alle keuzes kunnen daarbij foute beslissingen worden genomen.

Gevoelens tonen en delen

Soms groeit een gevoel zo in aandacht dat je ermee naar buiten gaat of het niet langer binnenhoudt. Dat kan opluchten of schade toebrengen aan relaties met anderen. Een verstandig beheren van emoties is wat ons leven aangenaam houdt.
Wie probeert negatieve gevoelens kwijt te raken door ze te weg te drukken of te ontkennen raakt ook de mogelijkheid kwijt om er iets constructiefs mee te doen. In dit artikel een pleidooi voor het bewust kiezen in het tonen van emoties. Sommige mensen proberen alleen leuke of positieve gevoelens te hebben, maar dat is een illusie. Ze zijn bijvoorbeeld bang gemaakt dat alleen al het hebben van niet positieve gevoelens zichzelf of hun relatie zal schaden.

Moeten vervelende gevoelens naar buiten?

Vervelende of negatieve gevoelens willen door jou gezien worden, ze zullen proberen jouw aandacht te krijgen. En wanneer je ze negeert of onderdrukt zit je er langer mee dan wanneer je het direct opmerkt. Alles waar je aandacht aan geeft groeit, zeker, maar wanneer je je aandacht richt om te onderzoeken wat de alternatieven zijn voor het tonen van een emotie dan kan je dat veel spijt achteraf schelen.
Het is reëel om zoveel mogelijk alleen dat deel van jouw gevoelens te tonen dat prettig is. Het is simpelweg vaak ook prettig voor anderen, het kan hoogstens jaloezie opwekken.
Er is in principe niets mis mee om te communiceren over al jouw gevoelens. De kunst is te kunnen kiezen of je een gevoel toont in de vorm van een emotie of in een andere vorm. Kan dat wel? In veel gevallen wel. Een plotseling sterven van een geliefde naaste zal tot intens verdriet leiden die je niet kan en wilt voor je houden. Iedereen heeft daar begrip voor en compassie mee. Maar een irritatie zo laten ontsporen dat je uit je vel springt en een ander de huid vol scheldt, daar schaadt (jezelf) meer mee dan je lief is.

Verstand en gevoel

Emotioneel kun je zijn, gevoelens kun je hebben, tonen en delen. Wat moet je doen om daarin een verstandig beleid te voeren?
In het Engels noemt men het laten groeien van een gevoel totdat je het nog net binnen kunt houden terwijl je er goed naar kunt kijken “containen”. Je houdt in jouw bewustzijn het gevoel als het ware in een virtuele container onder de pet. Wanneer kwaadheid opkomt, tel je tot 10 en onderzoekt de aanleiding en wat de alternatieven zijn voor een emotie. Was je medeverantwoordelijk voor het ontstaan van kwaadheid bij jezelf of de ander, heb je iets gedaan wat een ander weer heeft aangezet tot iets dat jou kwaad maakte? Is het tonen van deze emotie nodig, helpt het de verhouding te verbeteren? Ga ik wel op een rustige toon eerlijke feedback geven of ga ik extreme dingen zeggen?

Over gevoelens communiceren

Wat je altijd kunt doen is vertellen over jouw gevoelens zonder deze te tonen. Bijvoorbeeld “telkens wanneer je mij zo snel in de rede valt, ontstaat bij mij wrevel”. Of meer impliciet: “Mag ik even uitpraten voordat je een reactie geeft?” Je brengt daarmee de verhouding met de ander in balans. Je laat de ander weten wat de relatie is tussen zijn gedrag en het opkomen van jouw gevoelens. Vrijwel niemand vindt dat erg om dit op deze wijze te horen wel wanneer hij dat zelf moet concluderen op grond van jouw emoties.
Net zo goed als jij geen onprettige emoties toont, kan de ander deze voor zich houden. Zo leidt er niemand gezichtsverlies. De onzekerheid over wat een ander echt voelt, kun je alleen verminderen door ernaar te vragen. En daarvoor hebben beide partijen een belang om de relatie goed te houden.
Zo is er een balans tussen vrijheid en betrokkenheid.

Delen op sociale media

In zijn boek "Een kleine filosofie van grote emoties (bol.com)" bekritiseert de Vlaamse filosoof Ignaas Devisch de huidige trend waarin mensen hun emoties openlijk delen op sociale media. Volgens Devisch is er een overgang geweest van een zwijgcultuur naar een spreekcultuur, waarbij de druk om alles te delen op sociale media als een burgerlijke plicht wordt gezien. Hij benadrukt het belang van zwijgen als een ethische daad, die niet moet worden verward met verzwijgen of liegen. De filosoof stelt vraagtekens bij de huidige obsessie met het tonen van authenticiteit en emoties, en betwijfelt of dit bijdraagt aan het bruto nationaal geluk.

Devisch merkt op dat sociale media de neiging hebben om de samenleving te doordringen en te veranderen, en dat de drang om alles hoor- en zichtbaar te maken een collectief trappistenprobleem heeft gecreëerd. Hij waarschuwt voor de exclusiviteit die gepaard gaat met de huidige nadruk op emoties, waarbij anderen worden buitengesloten en het weerspreken van gevoelens als onmogelijk wordt beschouwd. Devisch pleit voor een heroverweging van de omgang met emoties en suggereert dat ze niet als conclusies moeten worden gepresenteerd, maar eerder als uitgangspunten voor sociale relaties. Hij roept op tot meer nuance en ruimte voor zwijgen in een tijdperk waarin de publieke uiting van emoties als norm lijkt te gelden.

Samengevat

Het kan moeilijk zijn om te beslissen wanneer het gepast is om gevoelens te "containen" en wanneer het beter is om ze te tonen als emotie. Hier zijn enkele factoren die kunnen helpen bij het nemen van deze beslissing.

  • Overweeg de situatie waarin je je bevindt en hoe het tonen van emoties deze situatie kan beïnvloeden. Bijvoorbeeld, als je op je werk bent en je gevoelens van frustratie of boosheid hebt, is het misschien beter om deze emoties te beheersen om te voorkomen dat je professionele relaties schaadt. 
  • Overweeg de relatie die je hebt met de persoon met wie je je gevoelens wilt delen. Als je een sterke, hechte relatie hebt, is het misschien gepast om je emoties te tonen en open te zijn over wat er aan de hand is. Als je echter een minder intieme relatie hebt of als de relatie professioneel is, is het misschien beter om je emoties te beheersen. 
  • Iedereen heeft een andere persoonlijke stijl als het gaat om emoties en communicatie. Sommige mensen zijn comfortabeler met het delen van hun emoties dan anderen. Het is belangrijk om te erkennen wat voor jou werkt en wat niet en om hier rekening mee te houden bij het beslissen om je emoties te tonen. 
  • Als je een psychische aandoening hebt of als je gevoelens van intense angst, depressie of woede ervaart, is het belangrijk om deze emoties te bespreken met een professional in de geestelijke gezondheidszorg om te bepalen wat de beste benadering is.
  • Wees je bewust van de groepsdruk die uitgaat van de (bubbel) sociale media. Zijn feelings wel facts?

De oneindige stroom van liefde

Met liefde hebben we allemaal ervaring en we hebben er allemaal verstand van. Wanneer we het even niet meer weten dan raden anderen ons aan dat we meer uit het hart moeten gaan leven. Duidelijk? Niet echt.
Liefde met hoofdletter is ongrijpbaar, maar alle uitwerkingen in kleine letter zijn te doen. Zorgzaamheid, attent zijn, verliefd worden, seksualiteit beleven zijn allemaal grijpbare vormen waarin Liefde zich uitdrukt en zijn op zich geen van alle Liefde zelf. En dat is een paradox, want: Liefde Is en Alles is Liefde. Het zijn zinnen die de ongrijpbaarheid uitdrukken en tegelijk weinig verklaren. Liefde stroomt en de stroom kan worden verlegd als door stenen in de rivier. De stenen vormen de blokkades, die we al dan niet moedwillig en vaak onbewust of ongewild opwerpen tegen liefde.
De schoonheid van de oneindige aanwas van stroom aan Liefde is dat niemand kan beweren eigenaar van Liefde te zijn. Wie het probeert, ontglipt het als water of los zand tussen de vingers. Sterker nog: elk moment opnieuw krijgt Liefde vorm, telkens een beetje anders. Dat lijkt vermoeiend, maar het houdt ons alert en kan een relatie fris houden. Tegelijk krijgt iedereen nieuwe kansen wanneer een relatie verbreekt. Maar met niet iedereen is evenveel chemie. Soort zoekt soort en tegengestelden trekken elkaar aan. Dat lijkt tegenstrijdig, maar in liefde en oorlog is alles geoorloofd.
Liefde is gericht op het voortbestaan van het leven en het aangenaam te maken en te houden. Vandaar dat we het beste voorbereid kunnen zijn op een milde vorm van voortdurend verbinden en loslaten en zo liefde of Liefde telkens opnieuw ervaren.
Een soortgelijke inschatting geldt voor Vrijheid. Wie vrijheid en liefde goed en snel tegelijk kan inschatten die weet ten alle tijden hoe respectvol te handelen en te reageren en zo de vruchten ervan te plukken.
In een liefdevolle relatie wordt geen macht op elkaar uitgeoefend. Macht erotiseert weliswaar, maar is ook een reden om de ander “omlaag naar gelijk niveau” te halen. Liefde hoeft geen moeite te kosten en doet het dat wel dan is er iets aan de hand. Liefde is een werkwoord, maar dat geldt vooral voor de relatie waarin Liefde stroomt.

Metacommunicatie en vertrouwen

De hele wereld is voortdurend in communicatie en de techniek maakt een en ander steeds sneller. Toch is er niet zo veel over het verbeteren van de menselijke aspecten aan het communiceren zelf te vinden op het Internet.

Eerst twee citaten.

Met metacommunicatie wordt bedoeld dat er niet wordt gesproken over de inhoud van de boodschap, maar er is communicatie over de communicatie zelf. Dit kan betrekking hebben op zowel verbale als non-verbale communicatie. Een voorbeeld is praten over de manier waarop je met elkaar praat en de toon waarop, zoals in “Zo (brutaal) praat je niet tegen je vader!”.
Metacommunicatie kan zowel intern als extern plaatsvinden. Bij interne metacommunicatie is het een zelfevaluatie over je communiceren. Bij externe metacommunicatie bespreek je de communicatie met anderen.
Een uitspraak op metaniveau kan een gesprek openbreken. Voorbeelden van uitspraken zijn de volgende.
  • Ik heb het gevoel dat we niet helemaal op 1 lijn zitten.
  • Ik heb het idee dat er belangen spelen waar ik nog geen zicht op heb.
  • Ik zie u wat twijfelend kijken na deze opmerking van mij, begrijp ik het goed dat u het anders ziet?
  • Na dit gesprek heb ik echt het idee dat wij dezelfde visie hebben.

2e citaat: Axioma II.
Iedere communicatie bezit een inhouds- en betrekkingsaspect. Laatstgenoemde classificeert de eerste en is daarmee een metacommunicatie.
Naast de inhoud van een interactie speelt ook altijd de relatie tussen de personen in de communicatie een rol. Als deze goed is dan is er meer wederzijds begrip, dan heeft dat invloed op de inhoud. Het spreekwoord luidt: het is de toon die de muziek maakt.
Als ik wat zeg, zeg ik iets over hoe ik wil dat de ander met mij omgaat.

Storing in de communicatie kan ontstaan wanneer:
  • een slechte relatie het praten over de inhoud bemoeilijkt;
  • onenigheid over de inhoud op de relatie wordt overgedragen;
  • men probeert de relatie uit de communicatie te houden.
Tot zover twee citaten van Internet.

Wie het gevoel heeft dat de communicatie hapert, kan veel hebben aan het starten van een metagesprek. Maar ook op dit niveau is de effectiviteit afhankelijk van het vertrouwen tussen de gesprekspartners. Soms moet je genoegen nemen met “agree to disagree”. Wie het metagesprek oneigenlijk wil gebruiken om macht over de gesprekspartner uit te oefenen die loopt onherroepelijk ergens vast. Dit fenomeen doet zich ook voor bij een functioneringsgesprek wanneer de manager via dit gesprek eigenlijk een beoordelingsgesprek wil houden. Een functioneringsgesprek is bedoeld om de werknemer de gelegenheid te bieden om op evenwaardige wijze de samenwerking met zijn werkgever bespreekbaar te maken en waar mogelijk te verbeteren. De manager heeft meer macht en kan deze misbruiken om de eerlijkheid van de werknemer te bestraffen. Ook tussen partners kan het gebeuren dat een metagesprek een voortzetting is van een machtsstrijd op inhoudsniveau. Je verdiepen in de do’s and don’ts van een machtsstrijd is een goede start om valkuilen in de communicatie te voorkomen.

Tussen computers wordt voortdurend gecheckt of informatie (data) goed is overgekomen. Ze hebben er capaciteit en snelheid genoeg voor  en omdat een computer geen gevoel en intuïtie heeft is het ook essentieel dat die check geformaliseerd is. Anders is er geen zekerheid of informatie overkomt. Tussen mensen is minder directe noodzaak om regelmatig een metagesprek te houden. Toch kan het slim zijn om de voordelen daarvan eens te verkennen. Net als leren lopen is het in begin vallen en opstaan en lijkt het meer tijd te kosten dan het oplevert, maar na verloop van tijd worden de voordelen duidelijk in de kwaliteit van een resultaat en beleving van een gesprek. Ook bespaart het vervolgens tijd en energie.

Metacommunicatie kan intern en extern. Ik begin met het voorkomen dat een communicatie moet worden vlot getrokken met metacommunicatie. Er zijn drie vragen die je je altijd (intern) kunt afvragen voordat je een reactie geeft op een ander.
  1. is de reactie (die ik wil geven) waar,
  2. is het aardig,
  3. is het nodig?
Onder het motto "spreken is zilver en zwijgen is goud", kun je voorkomen dat het fout gaat. Analoog aan en sterker dan wat computers doen kun je steeds op drie terreinen checken of de communicatie goed verloopt: via het denken, via het gevoel en via de intuïtie. Wanneer bij een gesprek in rondjes wordt gedraaid, het gesprek stroef loopt of telkens op hetzelfde punt komt, dan kun je dit op metaniveau bespreekbaar maken. De aanleiding kan zijn dat je het gevoel krijgt dat de ander niet wil meewerken en jouw intuïtie kan je ingeven dat er iets heel anders omgaat in het hoofd van de gesprekspartner dan wat er gezegd wordt.

Wie een metagesprek wil beginnen is gebaat bij een gezonde inschatting van hoe het ervoor staat op betrekkingsniveau. Ook timing is belangrijk. Wanneer de ander al in een negatieve emotie is geschoten is het verstandiger om eerst verder uit de hand lopen te voorkomen. Op een later tijdstip kan worden doorgegaan om herstel en verbetering te bereiken.
Voorbeelden van hoe een neutraal metagesprek kan worden gestart worden in het eerste citaat genoemd. Belangrijk is niet de indruk te wekken dat een bepaald antwoord sociaal gewenst is en dat er geen oordeel gevormd zal worden of dat er sancties zijn te verwachten. Ook de ander moet er vertrouwen in hebben dat constructieve uitwisseling op metaniveau ten goede zal komen aan de inhoud.

Houd een dialoog en geen discussie over wat er speelt.

Geloofsbelijdenis voor een liefdevolle paradox

Een atheïst gelooft. Hij gelooft dat God niet bestaat. Daar is hij zeker van. Hij heeft misschien geen ongelijk, maar heeft hij wel geduld?

Een agnost vindt dat hij niet kan weten of God wel of niet bestaat. Er zijn ook "dubbele" agnosten die een stap verder gaan en vinden dat niemand kan weten of God wel of niet bestaat. Die mensen zitten (niet oncomfortabel) in een paradox, want om te kunnen weten dat je niet kunt weten of God wel of niet bestaat, moet je toch de mogelijkheid van het bestaan van God veronderstellen. Want wanneer je helemaal niets kan weten over God dan kan je ook werkelijk niets zeggen over het bestaan van God.

Ik ben zo’n agnost die gelooft dat niemand het laatste woord heeft over het bestaan van God. Ik vermoed dat een onpersoonlijke God het universum zo slim in elkaar heeft gezet dat iedereen het bewijs van het bestaan van God kan zien en niemand het kan bewijzen. Iedereen is ook vrij om dit te ontkennen en er zich niets van aan te trekken. Daarmee is in principe ook liefde, vrijheid en evenwaardigheid gecreëerd. Het verklaart ook waarom er tegelijk in een God kan worden geloofd en onrecht kan worden ervaren. Ik ervaar en zie geen tegenspraak, maar een liefdevolle paradox. Ik erken ook dat ik daarvoor geen enkel bewijs heb en geloof dat niemand een sluitend tegenbewijs kan leveren.

In navolging van Spinoza geloof ik in een pantheïstische God die zowel permanent zichtbaar als onzichtbaar is. Het idee dat hogere machten zich van sturing onthouden kan worden gezien als een vorm van deism of pantheïsme, waarbij God of het goddelijke wordt gezien als de schepper van het universum maar zich niet actief bemoeit met de wereld. In deze visie wordt de mensheid gezien als vrij om haar eigen pad te kiezen, zonder dat er een hogere macht is die onze keuzes stuurt of bepaalt.
Sommige filosofen en theologen hebben betoogd dat een dergelijke visie van God en het universum meer recht doet aan de vrije wil en autonomie van de mens. Als er geen externe sturing is van een hogere macht, dan zijn wij vrij om onze eigen keuzes te maken en ons eigen lot te bepalen.

Hoe meer bewijs je zoekt en probeert aan te dragen hoe meer je weerstand oproept bij anderen. God wordt daarmee per definitie uit beeld verdrongen bij hen die vechten om de waarheid. Wie slechts zoekt naar het opruimen van onwaarheden in zichzelf, die draagt voor mij bij aan het uitdrukken van vrijheid en liefde, ondanks hun principiële ongrijpbaarheid. God laat zich horen in innerlijke rust en stilte, geduld en bescheidenheid en toont zich in synchroniciteit, dynamische en statische kwaliteiten.

Ik geloof in een onpersoonlijke God die geen haast heeft, die niet zozeer zes dagen over de Schepping heeft gedaan maar een stuk of zes overgangen heeft geschapen die het leven zoals wij dat nu ervaren mogelijk maakte. Het leeuwendeel hebben we al gehad en mogelijk gaan we nog een deel meemaken (intelligent design). Dat is voor mij doelgerichte evolutie. Van bewustzijn naar energie naar materie naar leven naar samenwerking naar samenleving naar hogere organisatievorm. In dat nog steeds voortgaande proces worden kwaliteiten als schoonheid, liefde en vrijheid gerealiseerd, tegelijk ongrijpbaar en voor iedereen beschikbaar. Dit proces kunnen wij mensen verder helpen ontwikkelen of verstoren, maar dan valt het leven terug naar een lager niveau zonder mensen en wordt het proces weer opnieuw opgepakt en opgezet zonder haast.

Elk levend wezen mag er zijn (heeft een intrinsiek recht op vrijheid) en mag proberen bij te dragen aan de evolutie. Er is geen moeten, want er is in principe vrijheid en liefde beschikbaar voor iedereen. Aan het evenredig verdelen en bewaken voor iedereen, mens en dier, moeten we nog (verder) werken.
 

Lees ook Titus Rivas in "Waarom het absolute agnosticisme over het bestaan van een theïstische scheppergod geen rationele positie is".

Uit een boek van Bruno Borchert over mystiek.
William James zegt van zichzelf:
'hoewel ik zo'n mystiek godsbewustzijn in de meer directe en sterke betekenis niet bezit, toch is er iets in mij wat reageert wanneer ik anderen daarover hoor spreken. Ik herken een diepere stem. Er is iets wat me zegt: daar zit waarheid in …. Ik ben zozeer uit het christendom weggegroeid dat een uiting van mystiek die daarin gevat zit, er eerst weer van losgemaakt moet worden - ik moet door die verstrengeling héén geraken - voor ik kan luisteren. Noem dit als je wilt, mijn mystieke kiem. Het is een heel gewone, veel voorkomende kiem'.

Beleef je bestaan als eenheid

Wanneer ons bewustzijn eeuwig en eindeloos is, is er niets wat we niet zijn. Wie gezond is, voelt zich heel. Het is dan gemakkelijk om van jezelf te houden. Wie zichzelf goed kent en accepteert, herkent ook zichzelf in de ander. Het is dan een kleine stap om je één en heel met die ander te voelen of zelfs met alles wat leeft. Hoe gaat dat proces van zelfrealisatie? Word je er wijzer van door je één te (willen) voelen met een ander? Kun je je overgeven en je wil laten afhangen van een groter geheel?

Beren Hanson (pseudoniem 1945-2020) schreef een trilogie waarvan het eerste deel getiteld is De mystiek van Direct Healing, beleef je bestaan als eenheid. Realiseer je liefde in jezelf. Het tweede deel heeft als titel Realiseer je liefde in de ander en het derde deel (beschikbaar 03-03-2023) heeft de titel Realiseer je heelheid met elkaar. Die latere delen zijn al geschreven, vandaar dat de hoofdstukken daaruit ook al vermeld staan in het eerste deel.
Het moge duidelijk zijn dat de trilogie gaat over eenheid, heelheid, liefde en vriendschap (philia: samenleven met verwanten en vrienden). Uit de geschiedenis van de mensheid en uit vele culturen worden daarvan voorbeelden genoemd (zie schema).

Vraag aan Beren.
Uit welke culturen zijn er in het boek voorbeelden van het denken in eenheid verwerkt?

Een belangrijke rol speelt het Hindoeïsme. Die kent de drie guna’s: tamas, rajas, sattva. In hun kijk op het bovennatuurlijke en het hogere Zelf onderscheiden zij Brahman en Atman. Uit de Chinese filosofie haal ik het Taoïsme aan met Yin en Yang en wei wu wei, handelen door niet te handelen. Uit Japan komt Zen. Uit Tibet Tantra. Uit Afrika Ubuntu. De term gnosis komt uit hermetisme, de gnostiek en het manicheïsme. De Aboriginals kennen de droomtijd en in Mexico kent men Teotihuacán, de stad ‘waar mensen goden worden’. Voor hen bestaan er twee werkelijkheden, de alledaagse werkelijkheid (Tonal) en de niet-alledaagse werkelijkheid (Nagual).
Tot zover zijn antwoord.

Het uitklapbare schema
Spiritueel bewustzijn draait om voortdurende overgave aan iets hogers. Aan wat precies, dat kan en wil Beren Hanson niet aanduiden ("neti neti", "niet dit, niet dat"). Iets een naam geven verstoort de werkelijkheid van het één geheel vormen met alles. Hij gebruikt alle namen en aanduidingen die in de diverse culturen voor het ervaren van eenheid worden gebruikt en plaatst ze aan het eind van het boek in een uitklapbaar schema, zodat de lezer al lezend overzicht kan houden op de parallellen.
De eerste stap naar spiritueel bewustzijn is voor Hanson een ondubbelzinnig, direct en zuiver beroep op de innerlijke Ontstaansbron in je bewustzijn; in het christendom De Vader of God genoemd.

Een citaat.
Als je deze ‘instantie’ liever een andere naam geeft, dan kan dat natuurlijk net zo goed. ‘Het beestje’ moet nu eenmaal een naam hebben om er met elkaar over te kunnen spreken. Je kunt je meditaties, gebeden, affirmaties of mantra’s ook richten: aan Allah, of aan ‘Het Bestaan waar jij als individu één mee bent’. Maar ook aan Het Hogere Zelf, de Macrokosmos, De Grote Geest; waar jij als je lager zelf, microkosmos of kleine mensengeest rechtstreeks toegang toe hebt, omdat je daar nu eenmaal één mee bent. Je maakt er dus niet zozeer onlosmakelijk deel vanuit, maar je bent er volledig één mee; je bent het helemaal zèlf.

Je bent zèlf dit bestaansaspect wat alles in zich bevat (immanent) en tegelijkertijd alles te bóven gaat (transcendent). Je bent als mens geen verzameling niet met elkaar verbonden, beperkte functies, maar een organisme en dat laatste gaat ver boven al die afzonderlijke functies uit. Het kwantificerende van de verzamelingenleer gaat hier niet op. Immers: het geheel is oneindig veel méér dan de som der delen. Hoe dat kan, is in onze vooral kwantitatief denkende cultuur, meestal volstrekt onbegrijpelijk. Maar het móét logisch wel zo zijn, want als jij als druppel ‘oceáánwater’ bent, dan omvat je ‘de kwaliteit oceaan’ óók in jezelf. Immers: zonder die oceaan ontbreekt je bestaansrecht en bestaanswijze als oceaanwater. Het kan niet anders zijn, dan dat dat kwantitatieve, kwalitatief gezien, de beperking overstijgt, omdat je nu eenmaal beide, noodzákelijk, zowel kwantiteit als kwaliteit, bènt.
Tot zover dit citaat.

Nog een citaat.
Met je bewustzijn van liefde, blijf je je hele leven bezig. Het doet er niets toe hoe ver je er van nature al in gevorderd was, want je kunt er altijd verder in komen. Het materiaal is altijd voorhanden: je bènt namelijk zelf die eenheid in liefde; feitelijk. Je kunt wat dat betreft altijd door je bewustzijn meer meesterschap over jezelf verwerven. Dan gaat het niet om ‘controle uitoefenen’, maar om Meester ZIJN. “Door je heen je natuur De Meester te laten zijn”, (ofwel zelfrealisatie, want dat is m.i. hetzelfde).
Het is echter maar heel soms, of slechts betrekkelijk korte periodes dat de ontwikkeling van deze praktische discipline van De Liefde ook op een prozaïsche manier verloopt, zeker zoals ik hier de indrukwekkende resultaten ervan beschrijf. Zodra je over de extatische top van je ervaring heen bent (peak-experience), is het namelijk vooral een kwestie van volhouden, van héél hard werken en vaak ook van puur ‘àfzien’, om in het jargon van de wielersport te spreken. Zolang je nog niet weet hoe ‘overgave’ in elkaar zit, is een vaak bijna mechanische inspanning noodzakelijk om steeds weer opnieuw bij Je Liefde uit te komen.
Tot zover dit citaat. Lees ook: "De drie boeken van Beren Hanson (bol.com)".

De volgende stap in de (r)evolutie

Mensen willen evenwaardig worden behandeld, maar wanneer zij de kans krijgen willen zij zich onderscheiden van anderen.

Ed van Riel uit Vlissingen schreef naar de Volkskrant.
Ongetwijfeld hebben onder anderen Thomas Piketty een duidelijk rapport afgeleverd over de ongelijkheid in de wereld (Voorpagina, 15 december).
Zij schrijven die ongelijkheid toe aan de globalisering, maar vergeten dat die globalisering, op haar beurt, weer een gevolg is van de menselijke aard. Aan die menselijke aard wordt al gerefereerd in de Bijbel, en wel in het Nieuwe Testament. 'Beproeft of onderzoekt alle dingen en behoudt het goede' (Tessalonicenzen 5: 21-22).
Deze opdracht was natuurlijk een regelrechte uitnodiging tot het doen van wereldwijd onderzoek. Ook het intercontinentale onderzoek naar inkomensongelijkheid is daar het resultaat van.
Echter, zowel Piketty's bestseller Kapitaal in de 21ste eeuw als Das Kapital van Karl Marx gaan voorbij aan of ontkennen de menselijke drang om te winnen van je medemens middels de competitie in ons bestaan. Al het menselijk streven is hierop gebaseerd.
Reclamejongens gebruiken deze drang om mensen een nog grotere auto te verkopen dan hun buurman heeft. Op de werkvloer bestaat zij als de carrièrestrijd met collega's, in het bedrijfsleven en de politiek heb je de onderlinge strijd naar de top. Tijdens de o zo gezellige spelletjesavonden onder de kerstboom overheerst het winstbejag en op godsdienstig gebied zie je de wedijver wie de meeste gelovigen kan winnen.
En natuurlijk zijn alle sporten gebaseerd op het winnen van je tegenstander. Zelfs in het dammen of schaken wordt een harde strijd geleverd. Dat is typisch menselijk. Ik heb tenminste nooit een vos, leeuw of tijger erop kunnen betrappen zomaar een eindje te gaan rennen voor een stukje metaal om hun nek.
De menselijke aard heeft het communisme van Marx de nek omgedraaid. Het is namelijk niet onwaarschijnlijk dat 100 procent van de armste 50 procent van de wereldbevolking tot de rijkste 0,1 procent zou willen behoren. Als ze tenminste de kans zouden krijgen.
Tot zover de ingezonden brief.

Het ligt in de menselijke aard en van de meeste dieren om vrij te willen zijn. Die wens heeft het communisme van Marx de das omgedaan. Sommige varkens waren in het communisme van 1984 meer gelijk dan anderen. Wie in staat is om vrijheid en solidariteit te combineren die is koopman. Het is niet voor niets dat de Franse Revolutie als leuze had “vrijheid, gelijkheid en broederschap”! We willen allemaal gelijk behandeld worden in onze wens om vrij te zijn. Die solidariteit hier verwoord als broederschap zouden arm en rijk in het oog moeten houden en doortrekken naar alle andere mensen en dieren op de aarde. Evenwaardigheid is de fase in globalisering die we nu moeten oppakken voordat de kwaliteit van leven te zeer is aangetast.

Wat kun je maken in de liefde?

Voor Volkskrant Magazine interviewt Corine Koole mensen over lust & liefde.
Veel interviews zijn een briljantje. Eerst een voorbeeld en daaronder wat mij op- en beviel.

Een citaat.

Ik zat op energetische yoga, een klasje met zo'n tien leerlingen. Op een dag vroeg de invallerares of ik iets met haar wilde drinken na afloop. Het werd een gezellige avond in een café en toen we afscheid namen, zei ze: ik hou van jou. Ik was al jaren getrouwd, afgezien van mijn vrouw had ik nog nooit een vrouw liefgehad. Als ze nou had gezegd dat ze verliefd op me was, had ik kunnen denken dat het een bevlieging was. Maar ze had haar liefde voor mij uitgesproken! Vervolgens was ze, even kalm als haar woorden hadden geklonken, weggelopen. Wat was hier aan de hand? Ik was gevleid en van mijn stuk gebracht en nieuwsgierig. De volgende ochtend belde ik haar: kunnen we even praten? Aangekomen in een lege yogastudio gebeurde het. We gingen samen op een mat liggen en voor het eerst in mijn leven had ik seks met iemand anders dan mijn echtgenote. Toch was het niet eens dat dat het bijzonder maakte, maar de aard van de seks. Niet geil of wild of gretig, zoals je zou verwachten van een eerste keer seks met iemand, maar kalm en vredig. Zij vervulde me met een intens voldaan gevoel dat ik niet kende. Het orgasme dat ik kreeg was dieper dan ooit en het kwam me voor dat die intensiteit maar deels te maken had met haar. Het was alsof ze liefde doorgaf, niet zelf de liefde was, maar een instrument. Bijna spiritueel. Ik wist niet dat dit bestond. Mijn leven lang had ik zoals zoveel mannen van mijn generatie een minderwaardigheidsgevoel gehad. Het vage idee dat ik er niet echt toe deed, niet gezien werd. En ineens werd ik overspoeld door iets geweldigs, iets immens. Mijn pijn werd tot bedaren gebracht door een ultiem geluksgevoel. Alles was goed; ik had het idiote gevoel dat ergens in het heelal heel sterk van me gehouden werd.
Tot zover de Volkskrant.

Even los van de vraag of de man het in zijn huwelijk kon maken om seks te hebben met zijn yogalerares, vind ik interessant in hoeverre zij zichzelf zagen als de maker / schepper van de liefde.
Voor mij is het meest opvallende stukje hieruit "Het was alsof ze liefde doorgaf, niet zelf de liefde was". Veel mensen die op zoek zijn naar liefde denken dat zij zelf de schepper moeten zijn van liefde en zijn vervolgens zeer gefrustreerd wanneer een ander die liefde niet wil hebben of erkennen. "Ik hou toch van je?" Ze denken ten onrechte dat eenrichtingsverkeer voldoende is of dat  zij er niet mogen zijn of focussen te veel op de seksuele vormen van liefde, terwijl er meer vrijblijvender vormen zijn. Het werkt bevrijdend om je in het menselijk contact alleen te concentreren op dat wat de liefde weerhoudt (door jouw gedrag) om te stromen en niet of de ander wel wil zien hoe goed je bent in het genereren daarvan.

Ook opmerkelijk vind ik zijn opmerking dat hij eerder het gevoel had dat hij er zelf niet toe deed en dat dat pijn opleverde. Door deze ultieme gelukszalige ervaring werd die pijn opgeheven, terwijl hij zich "gezien" voelde door iets of iemand die er niet bij was. De wel aanwezige ander was als het ware een intermediair.

Jiddu Krishnamurthi schreef het volgende.
Persoonlijke liefde, met haar bezitsdrang, met haar angsten, haar jaloersheden en haar eisen, werpt onvermijdelijk een barrière op tussen jou en degene die je liefhebt. Die barrière veroorzaakt het liefdesverdriet, maar de ware liefde, die genoeg heeft aan zichzelf, is vrij van alle verdriet. Dat ware liefde zich niet hecht, is niet een kwestie van emotionaliteit of van sentimentaliteit en is ook geen onverschilligheid. In je eigen streven naar het volmaakte zul je vanzelfsprekend een ander de volle vrijheid laten zo te handelen dat hij datzelfde doel kan bereiken. Liefde heeft aan zichzelf genoeg, liefde is aan geen enkel object gebonden, al kan ze in het begin via een object tot uitdrukking komen of te ontdekken zijn. Maar zolang er nog geen sprake is van ongehecht zijn, zul je die liefde, die het eeuwige in zich draagt, niet vinden.
Tot zover Krishnamurti.

Het interview eindigt met deze opdracht.

Op een dag zal ik niet meer verlangen naar die overrompelende ervaring. Ik geloof dat dit mijn opdracht is: continuïteit en balans. Het liefdevolle huwelijk met mijn vrouw helpt me daarbij.

Maakt vroom zijn een beter mens?

Karakter sterken

Vroomheid verwijst naar het streven naar religieuze of spirituele toewijding en het volgen van morele en ethische principes die door een bepaalde religie worden onderwezen. Als iemand zichzelf als vroom beschouwt, kan dat betekenen dat ze proberen te leven volgens bepaalde waarden zoals naastenliefde, compassie, vergeving en altruïsme.
Als iemand deze waarden serieus neemt en ze probeert toe te passen in hun dagelijks leven, kan dat hun karakter versterken. Door middel van gebed, meditatie, contemplatie en andere religieuze praktijken kan iemand ook werken aan het ontwikkelen van innerlijke rust, geduld en acceptatie.
Samenlevingen hebben er altijd een voordeel in gezien om mensen te bewegen tot een deugdzaam en vroom leven. Vroom in de zin van godsvruchtig of braaf. Autochtonen met een lange religieuze geschiedenis hechten hieraan en tegenwoordig ook sommige jonge moslim(a)s.
Er is niets mis mee om een zekere druk te ervaren om je te gedragen naar de regels van een groep of in ieder naar de wet. Het is duidelijk dat die druk ook kan doorslaan. Want wie mag straffen wanneer niemand kan waarmaken dat hij of zij een moreel beter standpunt inneemt dan een ander? "Wie zonder zonde is, werpe de eerste steen". Strafrecht is gebaseerd op het voorkomen en corrigeren van onrecht. Zolang mensen anderen niet schaden met hun gedrag is er grote vrijheid. Ook God oordeelt niet bij leven en of God oordeelt na de dood moeten gelovigen nog maar afwachten.

Iedereen is evenwaardig in het recht op vrijheid


Hoe meer vrijheid mensen elkaar toestaan hoe sterker de cohesie in een samenleving. Maar wanneer dat toestaan voortkomt uit onverschilligheid is er juist minder cohesie.
Zo is het met vroomheid ook. Hoe meer mensen zich vroom gedragen, hoe meer vertrouwen er onderling zal zijn. Maar wanneer vroomheid voortkomt uit competitie dan leidt het tot roddel en achterklap. Ook hier zou evenwaardigheid voorop moeten staan.
Helaas zijn wij in onze jeugd vaak voorgehouden dat wie zijn best doet om braaf te zijn vaker beloond zal worden dan degenen met minder discipline. En wie lui was of veel pech had, kan dat beamen.
Geluk kan je afdwingen en ongeluk ligt in een klein hoekje. Het betekent dat je door alert en waakzaam te zijn ongeluk kan voorkomen en door discipline jezelf kan trainen. En dat is nuttig wanneer je als ambitie hebt om ergens aan de top te komen, bijvoorbeeld in het bedrijfsleven of in de sport. Mensen die de top hebben bereikt worden vaak als voorbeeld gesteld voor anderen. Het is een voorbeeld dat discipline leidt tot progressie in een rangorde. De suggestie dat moraal ook een rangorde kent is een valse illusie.

Niets kan leiden tot het worden van een beter mens dan een ander wezen

Ernest Hemingway zei ooit het volgende. "There is nothing noble in being superior to your fellow man; true nobility is being superior to your former self".
Deze uitspraak benadrukt dat het niet zinvol is om jezelf te vergelijken met anderen en te proberen beter te zijn dan zij. In plaats daarvan is het belangrijk om je te concentreren op je eigen persoonlijke groei en ontwikkeling, en om te streven naar een betere versie van jezelf dan je in het verleden was.

We zijn allemaal (ook dieren) goed genoeg om er te mogen zijn. Evenwaardigheid betekent dat alle mensen op een bepaald vlak dezelfde waarde hebben. En dat vlak is vrijheid. Vrijheid is onbepaald en kent wel een tegendeel: onvrijheid, bijvoorbeeld in de vorm van angst. En vroomheid inzetten om elkaar te steunen in het vrij worden uit onterechte vrijheid is een vorm van liefde.
In de huidige tijd krijgt ieder individu de ruimte om zichzelf te manifesteren. De discussie over genderneutraliteit is een voorbeeld. Het is een mooie samenleving waarin iedereen de ruimte krijgt om zich vrij te positioneren op de diverse schaal met mannelijkheid en vrouwelijkheid als polen. Dat slaat pas door wanneer mensen denken dat gewoon zijn een afwijking is.

Laten we elkaar attenderen op verborgen verleiders, maar vooral in het nut om daarbij maat te houden.

Wie heeft er belang bij twijfel zaaien?

Mensen die macht willen consolideren of vergroten gebruiken methodes die anderen aan het twijfelen brengen. Verdeel en heers. Geef anderen het gevoel afgescheiden te zijn dan gaan ze op zoek naar verbinding en bevestiging van zichzelf. Zaai twijfel en oogst makke burgers, trouwe volgers en begerige consumenten. Consumenten gaan dingen kopen die ze niet echt nodig hebben, maar mensen achter de schermen nog rijker en machtiger maken.

Tony Parsons vertelt het volgende over afgescheidenheid.
Het gevoel afgescheiden te zijn is reden dat mensen op zoek gaan. Er is geen afgescheiden persoon. Het leven gebeurt. Of een baby nu huilt of honger lijkt te hebben, er is gewoon een vorm van zijn. Daarna komt er een moment waarop het kind zich begint te realiseren dat het een identiteit heeft en daarmee een afgescheiden persoon is los van anderen. Op dat moment begint het kind zich te verbeelden dat het beperkt is tot het eigen lichaam. “Mijn grens is deze huid en de rest staat daarvan los”. Vanaf dat moment gaat het op zoek naar iets dat verloren lijkt te zijn gegaan. Het gevoel alles te zijn is verloren in het moment en het gevoel een afzonderlijk persoon, een entiteit op zoek naar alles, begint te leven. Vanaf dat moment is er alleen maar zoeken totdat dat ophoudt.
Het zoeken duurt eindeloos. We zien mensen overal ter wereld, die rijk willen worden, die veel minnaars willen hebben, die de macht willen hebben over van alles over wat ze willen hebben, die op zoek zijn naar een thuis komen. Dat thuis is eenheid, thuis is overal, wat onze bron is.
Tot zover Tony Parsons.

Dus stop met zoeken en twijfelen en ga het voordeel ervaren van het zien van alles als één (realiteit). Probeer niet alles af te scheiden als deel van het geheel, want het willen zien van een deel en het geheel is bijdragen aan dualisme. Probeer het niet te grijpen en te begrijpen maar geef je over aan wat er gebeurt. Er zal je niets overkomen.

Wie het toch probeert te (be)grijpen komt terecht in een schier oneindige loop, zie bijvoorbeeld dit interview op video.
Het niet meer zoeken naar afgescheidenheid bevrijdt je ook van de vraag of je er wel mag zijn en of je beter of slechter bent dan een ander (of van de Olympische dwang tot altius, citius, fortius). Het levert de evenwaardigheid op waarmee het inzicht kan worden verworven dat alle levende wezens evenveel recht hebben om te leven in vrijheid. Het kan worden voorgeleefd en gedeeld zonder de noodzaak een ander te dwingen om zijn gedrag te moeten veranderen. De getuige is één en dezelfde. Verschillen mogen er zijn zonder dat dit afdoet aan evenwaardigheid. Macht wordt niet gezocht en de illusie ervan niet meer misbruikt. Communicatie wordt een dialoog en geen discussie, (macht)strijd, debat of wedstrijd. Liefde stroomt zonder de illusie van gever en nemer.

Let wel: dit is geen kwestie van het hoofd, maar van het hart. N.B. Ook het hart is niet de zetel van een zelf of van mij of anderszins een locatie van afgescheidenheid.

Hoe het wel werkt wordt hier uitgelegd in deze video.

Het punt waarop mens en dier een zijn

Eenheidservaring

In een wereld vol met individuen die met elkaar in competitie zijn om zichzelf te onderscheiden in de massa wordt de boodschap dat we allemaal één zijn, misschien onderschreven maar in de praktijk genegeerd. We zijn bang voor eenheidsworst, om overgeslagen te worden voor relaties of werk wanneer we niet op de een of andere manier opvallen in de meute.
Wie wil zich nu één voelen met een ander wiens gedrag we afkeuren of misschien zelfs veroordelen. In het woord oordelen zit al de afscheiding.
In ons leven starten we met (af en toe) een oceanisch eenheidsgevoel, als peuter proberen we ons voor het eerst los te maken en als puber gaan we op het liefdespad om onszelf weer te verbinden. We doen in het leven meermaals en voortdurend de ervaring van afgescheidenheid op. Met familie en geliefden voelen we ons onafgebroken verbonden, maar dat gevoel kan ook verdwijnen.
De mensen die een verlichtings- of eenheidservaring hebben gehad, beseffen dat het afgescheiden ik of ego een illusie is. Ze beseffen ook dat alles goed is zoals het is (gaat) zonder leed te ontkennen. Wat zouden ze dan na die ervaring nog moeten vertellen aan de wereld? Velen zwijgen dan ook. Ze zullen zich meer evenwaardig gedragen naar anderen, maar de ander niet proberen te veranderen, hoogstens te steunen.

Borchert schrijft.
Het woord 'mystiek' duidt op een ervaring, maar ook op wat uit die ervaring groeit. Een mysticus is iemand wiens leven door die ervaring wordt bepaald.
We spreken over een mystieke weg als het gaat om de vraag hoe mystieke ervaring meer blijvend kan inwerken op het dagelijks leven. Mystieke theologie is de leer over God zoals deze vanuit ervaring transparant gemaakt wordt. Een mystiek wereldbeeld is een visie op de structuur van de kosmos waarin alles met alles samenhangt.  Een mystieke cultuur of 'tegencultuur' heeft haar oorsprong in mystieke ervaring, maar wordt gemaakt en gedragen door mensen die zichzelf herkennen in wat mystieken als hoogste cultuurwaarden nastreven, zonder dat ze misschien zelf een mystieke ervaring hebben gehad.
Tot zover Borchert.

De gedachte dat we allemaal één zijn is lastig in te zetten om de wereld een leukere plek te maken of om te voorkomen dat we het “verknallen”.

Mens en dier hebben recht op vrijheid

Je kunt naar het lot van dieren op aarde kijken vanuit de parallel met het lijden dat mensen ervaren. Mensen en dieren hebben grote verschillen, maar zijn evenwaardig op één punt: ze hebben evenveel recht op vrijheid.

In onderstaande tekst kun je voor “Leeg en bevrijd” lezen, de wens om de onnatuurlijke bio-industrie te stoppen en de dieren uit de stallen te bevrijden, zodat deze stallen leeg raken.
Uit een boek van Hein Thijssen uit 2004. Hein Thijssen was een ex-priester, afgestudeerd theoloog en filosoof.
Op een dag kwam er ineens een gedachte uit de Tao Teh Ching mijn hoofd in. De volgende vraag kwam namelijk bij me op: Zou de enige manier om dit proces te voltooien niet kunnen zijn: gewoon niets te doen? Alles zijn eigen natuurlijke gang te laten gaan, en kijken wat er van terecht zou komen? Want ik had namelijk van de Tao Teh Ching geleerd dat ieder ding zijn eigen ‘tao’, zijn eigen ingebouwde weg en wetmatigheid heeft om tot zijn natuurlijk einde te komen, zoals die in het wezen van dat ding geschreven staat. En ieder ding kan dat feilloos volbrengen, als het niet verhinderd wordt. Ik had dat altijd niet alleen een merkwaardige, maar ook een weldadige observatie van Lao Tse gevonden, logisch en redelijk.
Ineens kwam het bij mij op dat het de moeite waard zou zijn om dit in praktijk te brengen. Lao Tse had namelijk geobserveerd en vastgesteld dat ook het onnatuurlijke zijn eigen tao, zijn eigen natuur, zijn eigen weg heeft om tot zijn eigen ‘natuurlijk’ einde te komen. Welnu, de weg, de tao van het onnatuurlijke is dat het vanzelf tot zijn eigen ‘natuurlijk’ einde komt, mits het niet verhinderd en geblokkeerd wordt. Met andere woorden: je verhindert het tot z’n natuurlijke voltooiing te komen door er tegen te vechten, of het steeds maar te verdoven, of het steeds maar weg te duwen. Zou de tijd eindelijk daar zijn om daar eens echt notitie van te nemen? Aangezien ik alles al geprobeerd had, ik niets meer kon doen, niets meer onder controle had, en ook niet veel puf en motivatie meer had voor welke actie dan ook, en vooral ook omdat ik niets meer te verliezen had, besloot ik alles los te laten en te laten begaan. De enige activiteit die voor mij zou overblijven was kijken, onder ogen te zien wat zich binnen in mij afspeelde en er niet voor weg te lopen. Kijken, niet de ogen sluiten, gewoon getuige-zijn, en dat zonder te oordelen, zonder te veroordelen, zonder tussenbeide te komen. Gewoon getuige-zijn, en vooral niet weglopen. Als ik het onnatuurlijke niet kon weghalen door er actief tegen te vechten, of er mij van af te sluiten, zou de oplossing dan niet kunnen zijn: ophouden met proberen, ophouden met vechten, ophouden met me af te sluiten en zo het onnatuurlijke zijn eigen ‘tao’ te laten volgen?’
(‘Leeg en bevrijd, p.104).

Leeg en bevrijd is het verslag van een pijnlijk innerlijk proces waarin Hein Thijssen zijn religieus erfgoed en elk geloof in wereldbeschouwingen is kwijtgeraakt en zich heeft moeten bevrijden van een nog andere, innerlijke terreur. Het resultaat van dit proces is een geheeld mens, leeg van alle cerebrale ballast en volkomen bevrijd. Het is een mystiek en volstrekt areligieus proces dat universeel en tijdloos is, waar iedereen vroeg of laat in terecht zal komen.
Tot zover Thijssen.

Gemeenschappelijke grond

Borchert schrijft het volgende.

De kern van de mystieke ervaring is het doorzien van alle concrete vormen en gestalten tot op hun grond. Deze Grond overstijgt juist alle vormen. Hij is evengoed de grond van ons eigen ik als die van medemensen, dieren, planten, de aarde, het heelal, van Jezus en de demon, van alles wat men zich kan voorstellen.
..
Mystieke ervaring is alomvattend. Ze is niet alleen iets van gevoel, fantasie, verstand, wil - dit alles tegelijk - maar ze omvat ook alles wat is. Ze is een beseffen, met alles wat in je is, dat alle dingen één zijn, een universum, een organische geheel waarin je zelf past. Een dergelijk zien is abstract, op geen enkel detail gericht, en in die zin vaag. Maar het is wel paradijselijk: alles is één, hangt met elkaar samen, is niet gesplitst in goed en kwaad, in ik en de ander, in lichaam en geest. Alles blijkt dan in wezen goed te zijn.
Tot zover Borchert.

En nu?

Natuurlijk is niets doen tegen dierenleed geen optie. Een leven lang in een afgesloten stal is geen natuurlijk leven. En de beste bijdrage aan de vrijheid van een dier is door het niet te consumeren in alle betekenissen van dat woord. Dieren zijn -intrinsiek- evenwaardig aan mensen in hun recht op vrijheid.

Denkfouten maken we allemaal

En de reden daarvoor is dat ons brein voorbereid moe(s)t zijn op acuut gevaar. Toen we nog bedreigd werden door gevaarlijke dieren in prehistorische tijden kon een snelle reactie jouw leven redden. Wie patronen kon detecteren die wezen op het naderen van dat gevaar kon simpelweg eerder reageren. Een keer te vaak gevaar zien is minder erg dan een keer te weinig.
Als overblijfsel van de manier waarop ons brein gevormd is door om te gaan met mogelijk gevaar maken we tegenwoordig nog steeds denkfouten, hoe slim we ook denken te zijn.
Schrijfster en psycholoog Suzanne Weusten is oprichter van De Denkacademie.
In haar boek haalt zij voorbeelden van denkfouten uit haar eigen leven aan en uit onderwerpen die in 2017 in het nieuws zijn geweest. Prettig is ook dat zij aandacht besteedt aan de foute conclusies en fraudes die wetenschappers in het verleden hebben gedaan. En dat ze vervolgonderzoek aanhaalt, die verdiept en nuanceert.

In de Volkskrant schrijft zij een beschouwing:
“Ik besloot het denkproces onder de loep te nemen. Hoe denken we eigenlijk? Zit er een systeem in de dwaalwegen van het denken? En kun je ze voorkomen? Mijn onderzoek leerde me dat de mentale missers niets zeggen over intelligentie, maar des te meer over de eigenaardigheden van het menselijk brein. Ons denksysteem is een zuinig apparaat dat snelheid verkiest boven grondigheid en eenvoud boven complexiteit. Als het makkelijk kan, waarom zouden we dan moeilijk doen? Dus zien we in een schichtig kijkende man al snel een potentiële inbreker en vertrouwen we een keurige dame op leeftijd blindelings. Of storten we ons spaargeld op de rekening van de aardige adviseur, om er later achter te komen dat we erin zijn geluisd. Het is de keerzijde van een efficiënt brein.
Maar de verraderlijkste dwaalweg van het denken, zo ontdekte ik, is niet de vooringenomen houding ten opzichte van anderen, maar het rooskleurige beeld dat we van onszelf hebben. Wij vergissen ons niet, want wij zijn slim. Anderen doen domme dingen”.

Lees ook: "Boeken van Suzanne Weusten".

Populair in de laatste week

Alle labels van het blogspot

#metoo (2) aanbevolen (18) aandacht (9) aanraken (2) aanwezigheid (4) achterdocht (2) ADHD (2) afhankelijkheid (3) afstand nemen (6) agnost (4) agressie (2) alcoholisme (4) altruïsme (6) ambitie (3) ander (1) angst (22) apofatisch (9) authenticiteit (9) autisme (1) autonomie (5) balans en evenwicht (53) begeerte (1) behoefte (5) belangen (10) belemmerende overtuigingen (10) beoordelen (5) beslissen (2) betrokkenheid (5) betrouwbaarheid (2) bewustwording (12) bewustzijn (26) bezinning (1) bindingsangst (3) bioscoopfilm (7) biseksualiteit (1) blijdschap (3) bodhisattva (2) boeddhisme (9) boek (164) boosheid (2) brein (2) burn-out (2) communicatie (16) compassie (10) competentie (4) competitie (16) complottheorie (3) constructief gesprek (4) consumeren (3) coping (2) creativiteit (3) crisis (7) dans (6) daten (5) deflexie (1) demagogie (4) denken (13) denkfouten (5) deugd (9) deugdzaamheid (1) diagnose (4) dialoog (10) dieren (4) discipline (1) dooddoener (6) drama (3) drie-eenheid (6) drogredenen (7) drugsgebruik (5) DSM (4) dualisme (5) duurzaamheid (5) echt (4) eenheid (35) eenzaamheid (8) ego (46) eigenschappen (2) eigenwaarde (5) emancipatie (5) emergentie (2) emotie (14) empathie (5) en-en (23) endogene depressie (1) energie (13) erkenning (8) ethiek (9) etiquette (6) evenwaardigheid (53) evolutie (23) faalangst (1) fabel (1) feedback (2) filmpje (80) filosofie (18) fraude (9) Freud (2) functioneren (4) gebreken (1) gedragsverandering (5) geduld (2) geest (3) geheugen (3) gekwetstheid (6) geld (5) gelijk hebben of gelijk krijgen (7) gelijkmoedigheid (4) geloven (18) geluk (34) genade (5) genot (1) Gestalt (1) Getuige (5) gevoelens (36) gezag (1) gezichtsverlies (3) gezondheid (5) gezondheidszorg (1) GGz (2) go with the flow (2) God (42) goedgelovigheid (3) gokken (1) grenzen (9) hechting (1) heelheid (8) hersenen (4) hier en nu (8) holisme (2) hoofdzonde (3) humor (14) ideaalbeeld (2) identificatie (11) identiteit (13) ik-boodschap (1) illusie (12) imago (1) individualisme (5) innerlijke vrijheid (17) integriteit (3) Intelligent Design (1) Internet (3) intrinsieke waarde (1) intuïtie (8) InZicht (13) islam (2) jaloezie (4) jeugd (1) jezelf worden en zijn (12) jongeren (3) karakter (2) katafatisch (1) kenmerken (2) kiezen (10) kind (13) kosten (1) kracht (6) Krishnamurti (2) kuddegedrag (1) kunstmatige intelligentie (2) kwakzalverij (1) kwaliteit (16) kwetsbaarheid (5) leegte (15) leiderschap (4) leugens (9) levensfase (3) levenskunst (10) levensvragen (3) levensweg (3) licht (3) liefde (98) liefdesverdriet (3) lijden (1) loslaten (21) macht (23) machtsstrijd (9) magisch denken (7) man-vrouw verschillen (11) mannelijkheid (2) mannen (1) media (2) meditatie (15) metacommunicatie (8) metafoor (2) metafysica (5) milieu (2) mindfulness (4) misbruik (4) model (1) moraliseren (3) motto (1) mystiek (7) nabijheid (2) narcisme (5) natuur (6) negatie (16) neti neti (3) niet doen (23) NLP (1) non-duaal bewustzijn (7) non-dualiteit (41) omdenken (8) omgangsregels (3) onderwijs (3) onderzoek (8) ongelukkig zijn (4) onmacht (2) onrust (2) ontrouw (1) ontwikkeling (10) onverwerkt kindertrauma (3) oordeel (18) opvoeding (8) orgasme (2) Osho (6) ouderen (5) overgave (4) overheid (1) overvloed (6) panpsychisme (1) pantheïsme (1) paradox (27) Pareto principe (1) partnerkeuze (6) passie (2) pedagogie (2) perfectie (2) personeelsbeleid (2) persoonlijkheid (6) persoonlijkheidsstoornis (3) pesten (1) Peter principle (1) pijnlichaam (8) politiek (10) populair (11) positieve (11) privacy (1) processie (2) projectie (9) psychiatrie (4) psychofarmaca (2) psychotherapie (1) puberen (1) reïncarnatie (2) relatie (17) relatievaardigheid (5) respect (32) rijkdom (2) rol (4) romantiek (5) rust (5) ruzie (5) samensmelten (10) schaamte (2) scheiden (2) schizofrenie (1) schouwen (6) schrijfdrang (1) schuld (3) schuldgevoel (2) seks (14) selectie (3) sociale druk (4) somberheid (1) spel (3) spiegelogie (4) spijt (1) spiritualiteit (51) spreekwoorden (1) sprong (1) statistiek (1) status (1) sterven (5) stilte (16) straling (1) strategie (1) stress (5) synchroniciteit (14) taal (16) Taoïsme (18) tederheid (1) Tegenwoordigheid (2) The Secret (2) The Work (1) therapie (1) tijdgeest (5) toeval (5) Tolle (19) transcenderen (6) transformatie (5) transparantie (2) trend (2) tunnelvisie (1) twijfel (5) verandering (2) verantwoordelijkheid (12) verbinding (33) verdriet (2) vergeten (2) verlangen (5) verlatingsangst (1) verleiding (3) verlichting (14) verliefdheid (4) verlies (1) vermijding (1) vermoeidheid (1) verslaving (7) vertrouwen (18) verveling (3) verwondering (3) vicieuze cirkel (1) video (1) voeding (1) voelen (3) volgzaamheid (1) vragenlijst (2) vreugde (2) vrije wil (6) vrijen (3) vrijheid (93) waarheid (26) waarneming (7) ware (8) wederkerigheid (6) welzijn (7) wezen (2) wijsheden (10) wilskracht (2) woede (2) wu wei (24) yin en yang (4) zelfbeheersing (3) zelfbevestiging (3) zelfbewustzijn (8) zelfdoding (4) zelfkennis (12) zelfkritiek (1) zelfoverschatting (2) zelfrealisatie (12) zelfvertrouwen (5) zelfverwerkelijking (2) zelfwaardering (5) Zen (2) ziel (14) Zijn (11) zin van het leven (11)