Ontwikkeling van bewustzijn en evolutie

Het contact tussen God en Adam
Over de rol van toeval in de evolutie wordt onder wetenschappers verschillend gedacht. Het is bon ton om evolutie te verklaren door uit te gaan van toevallige mutaties, gecombineerd met het proces dat de best aangepaste of seksueel meest aantrekkelijke individuen overleven. Charles Darwin is er bekend mee geworden. Deze manier van nuchter denken heeft de meeste status en sluit het meest aan bij de opvattingen van Ockham.
Wikipedia: Ockhams scheermes is de stelling dat wanneer er verschillende hypotheses zijn die een verschijnsel in gelijke mate kunnen verklaren, de hypothese gekozen moet worden die de minste aannames bevat en de minste entiteiten veronderstelt. Het is een principe uit de kennistheorie dat wordt toegeschreven aan de 14e-eeuwse Engelse filosoof Willem van Ockham, een franciscaner monnik.
Wie een doelgerichtheid of een sturing ziet in evolutie, staat voor de vraag welk doel dat is en wie of wat deze sturing doet. Je ziet Ockham al fronsen en het scheermes heffen. In een vorig blog zijn Gerrit Teule en Robert Pirsig besproken. Zij gaan uit van een doelgerichte ontwikkeling in de evolutie, namelijk naar meer kwaliteit, schoonheid en bewustzijn. Priester en paleontoloog Teilhard de Chardin is bekend geworden met het punt Omega waarop de menselijke ontwikkeling zich zou richten. Op punt Omega zou het menselijk bewustzijn samenvallen met het goddelijke bewustzijn. Het zal geen verbazing wekken dat Teilhard de Chardin halverwege de vorige eeuw door het Vaticaan is teruggefloten. De wereld was nog niet toe aan een mens die zich ten opzichte van God emancipeerde.

Medische wetenschappers zien bewustzijn veelal als (bij)product van hersenactiviteit. Gedachten en gewaarwordingen worden we door neurale activiteit bewust. Wanneer de hersenen geen zuurstof meer krijgen, raken we buiten bewustzijn. Duurt dit te lang, dan treden hersenbeschadigingen op en gaan we dood. Mensen met bijna-dood-ervaringen melden vaak spirituele ervaringen.
Wat bewustzijn precies is, daarover is nog geen consensus. Hersenactiviteit is wel via scans aan te tonen, bewustzijn is niet aantoonbaar. Wanneer iemand bij bewustzijn is, is er hersenactiviteit. Omgekeerd geldt dit niet, ook in de slaap, bijvoorbeeld wanneer we dromen is er aantoonbare hersenactiviteit, maar zijn we niet bij bewustzijn. Een uitzondering is de lucide droom, waarin we weten dat we dromen. Via het bewustzijn wordt een mens zich gewaar van zintuigelijke indrukken, van gedachten, gevoelens en intuïtie. Gewaarwordingen kunnen ook daar als het ware tussenin liggen, wat bijvoorbeeld bij meditatie het geval of doel kan zijn.
Ontwikkeling in bewustzijn suggereert dat er sprake kan zijn van meer of minder bewustzijn, zoals je meer of minder wakker of slaperig kunt zijn. Ook wordt er onderscheid gemaakt tussen lager en hoger bewustzijn. En hiermee doet een zekere ranking in kwaliteit van bewust zijn z’n intrede. Zelfbewustzijn wordt als een moreel hogere vorm van bewustzijn gezien. Dieren met zelfbewustzijn zouden daarom aanspraak mogen maken op aan mensen gelijke rechten. Maar is zelfbewustzijn meer bewustzijn of alleen bewust zijn van zichzelf in het bewustzijn?

Wie van mening is dat bewustzijn alleen hoort bij levende wezens en in het geval van zelfbewustzijn met name bij de mens en een klein aantal zoogdieren, zal niet snel geneigd zijn om proberen de sporen van bewustzijn terug te zoeken naar het begin van de ontwikkeling van de kosmos. Immers dat veronderstelt dat ook dode materie of de natuur een bepaalde mate of voorloper van bewustzijn bevat. Al was het alleen maar in de vorm van organisator van meer of minder complexe deeltjes. Sjamanisten en Indianen doen dat wel. Hun zienswijze wordt al snel als bijgeloof en een vorm van magisch denken betiteld.

Magisch denken wordt als een denkvorm gezien van oervolken, naast dualistisch denken (boven/onder/goed/kwaad) en loopt vooruit op religieus en logisch denken.
Een open uitwisseling van visies op bewustzijn vraagt een bereidheid tot een evenwaardige dialoog. En zo lang vertegenwoordigers van doelgerichte evolutie niet aannemelijk en aantrekkelijk kunnen maken wat dat denken en ruimer zien oplevert, zal de animo om zo’n dialoog te starten er bij wetenschappers niet komen. Magisch denken lijkt op wensdenken, wordt als naïef beschouwd en is spreekwoordelijk: De wens is immers de vader van de gedachte.

Wie na zoveel waarschuwingen nog wel wil denken in termen van doelgerichte evolutie, heeft als voordeel dat hij of zij zich kan verzoenen met de traagheid waarmee verbeteringen en de onrechtvaardigheid waarmee veranderingen zich aandienen. Dat het miljarden jaren duurde voordat het leven op aarde mogelijk werd, heeft ermee te maken dat de omstandigheden voor de levensvatbaarheid met de huidige kwaliteit nog niet bereikt waren. Dat kwaliteit veel aspecten heeft, waaronder ongrijpbare begrippen als liefde en vrijheid. Dat de kleine stapjes in de evolutie ook evenwaardigheid tussen individuen en soorten mogelijk maken. Dat complexere en sympathieke levensvormen kunnen uitsterven door eigen toedoen of kosmische rampen heeft met het open karakter en eindeloos geduld over eventuele duur en verloop van bewustzijnsevolutie.
Dat bepaalde hypotheses door de wetenschap niet worden onderzocht, heeft te maken met de verwachting dat er op korte termijn geen winst valt te behalen uit de inzichten.

We zijn nog lang niet klaar om de idealen van de Franse Revolutie te stabiliseren en te globaliseren: vrijheid, gelijkheid en broederschap, mogelijk als tussenresultaat van een lange bewustzijnsevolutie.
Het kleine beetje ruimte dat de wetenschap overlaat voor de vrije wil is misschien genoeg om wetenschappers, schrijvers en opiniemakers te interesseren in de spirituele reden daarvoor.

Huisarts en wetenschapsfilosoof Arie Bos rekent in onder genoemde boeken af met de modieuze en naïeve veronderstelling dat we 'ons brein zouden zijn'. Door de vele wetenschappelijke bevindingen in een groter perspectief te plaatsen, maakt Arie Bos duidelijk dat het materialistische wereldbeeld achterhaald en onhoudbaar is. Volgens Bos heeft een levende cel al een vorm van bewustzijn. De meest succesvol samengesteld cluster cellen in de natuur tot nu toe is de  mens. Wij zijn geen biologische computer, maar een bewuste schakel in een zinvolle, naar vrijheid strevende evolutie.
Boeken van Arie Bos

Evolutie gericht op vergroten van kwaliteit

24 april 2017 overleed Robert M. Pirsig de auteur van Zen en de kunst van het motoronderhoud en het boek Lila. De boeken vallen onder metafysica met een vleugje autobiografische inslag en gaan over de doelgerichtheid van de evolutie om kwaliteiten als harmonie en vrede te vergroten. Volgens Pirsig wordt de ontwikkeling van de natuur gedreven door waarden.
Pirsig onderscheidt statische kwaliteit en dynamische kwaliteit. Statische waardepatronen zijn onder te verdelen in vier onafhankelijke stelsels van steeds hoger moreel niveau: anorganische patronen, biologische patronen, sociale patronen en intellectuele patronen. Dynamische kwaliteit is de bron van alle verandering, de kwaliteit van de vrijheid. Dynamische kwaliteit creëert de wereld waarin wij leven, maar statische kwaliteit is noodzakelijk om haar in stand te houden. Met een beetje fantasie zouden waarden als vrijheid en liefde ook kunnen vallen onder de waarden die Pirsig voor ogen heeft.

In Nederland kennen we een auteur die een soortgelijke evolutietheorie aanhangt, namelijk Gerrit Teule. Hij ziet de evolutie als gericht op het vergroten en verbreiden van schoonheid. Bij het allereerste begin van het ontstaan van het heelal was er nog geen materie en waren de natuurkundige wetten afwijkend en is alle materie volgens Teule door God opgebouwd met een eenheid van bewustzijn. Bewustzijn ontstaat volgens Teule uit de samenwerking van eonen en neuronen.
"Dat stijgt ver uit boven 'het verschijnsel mens'".

Teule refereert soms kort aan Pirsig. Er is (nog) geen fysisch bewijs voor het bestaan van eonen.
Het is denkbaar dat Pirsig’s statische patronen samenhangen met het functioneren van eonen. Dus eonen zouden kunnen functioneren op verschillende niveaus, bijvoorbeeld elementaire deeltjes patronen, anorganische patronen, biologische patronen, sociale patronen, intellectuele patronen en spirituele patronen. En daarmee zou de evolutionaire cirkel rond zijn, zie ook het punt Omega van Teilhard de Chardin..

Met dit korte artikeltje wordt geen van beide auteurs recht gedaan maar kan aanleiding zijn om meer te gaan lezen. Voor Pirsig, klik hier.

Teule: Wat Darwin niet kon weten (bol.com).
Pierre Teilhard de Chardin (bol.com).

Meer kans op een goede verklaring voor hoe bewustzijn tijdens de evolutie is ontwikkeld dan Teule maakt de verklaring van wetenschapsfilosoof Arie Bos. Volgens Bos heeft een levende cel al een vorm van bewustzijn. Daarmee verlaat hij de materie als basis van bewustzijn. Mensen zijn volgens Bos een bewuste schakel in een zinvolle, naar vrijheid strevende evolutie.
Arie Bos: Hoe de stof de geest kreeg (bol.com).

Liefde vinden door liefdevol te zijn?

Dichter D.H. Lawrence schreef: “Alleen zij die liefdevol zijn kunnen de liefde vinden”.

De manier waarop we over liefde spreken weerspiegelt onze verwachtingen daarover. Partners verwachten bij elkaar liefde te vinden. Is die liefde door jezelf en de ander “gemaakt” of “doorgegeven” onder het motto “liefde stroomt”.

Het lijkt een futiliteit of een taalspel, maar het maakt veel uit hoe we naar het ontstaan en het verdwijnen van liefde aankijken. Wie liefde ziet als een ietwat ongrijpbaar fenomeen dat uit een universele bron stroomt van bron naar ontvanger, kijkt ook heel anders naar de mogelijkheden om liefde te ervaren. Wie liefde ziet als een kenmerk van een persoon houdt ook die persoon (net als zichzelf) verantwoordelijk voor het delen van liefde.
 
Niemand zegt “ik ben liefde”. We zeggen wel  “je bent lief” wanneer we bedoelen “ik vind je lief”. En met die mening bedoelen we weer dat wat de ander doet als liefdevol wordt ervaren.
Zegt het labelen als “liefdevol” wat van degene die labelt of van de gelabelde?  Is het waarheid, realiteit of projectie? Net als in een spiegel is het beeld helderder naar mate er minder bewogen wordt. We zien wat we willen zien.

Liefde slecht grenzen. Wie verliefd is laat de ander toe en geniet zwijgend van de ander. De ander is goed zoals die is. De ander is liefde. Het is de natuur die dit voor ons regelt, ook al is het vaak een tijdelijke illusie. Maar in het kader van de voortplanting is voor de natuur bijna alles geoorloofd. Weinig mensen zouden kinderen krijgen wanneer seksualiteit en verliefdheid niet zouden bestaan en samengaan. Net als na dromen in de slaap worden we ook weer wakker uit de verliefdheid.

Wie de bron van liefde universeel vindt, verwacht ook met iedereen liefde te kunnen ervaren, mits er geen belemmering van die stroom wordt opgeworpen. En dat maakt het weer gemakkelijk om te weten wat te doen wanneer je te weinig liefde ervaart. Gewoon op zoek gaan naar de belemmeringen, die in jezelf of in de ander kunnen liggen. Dat kan natuurlijk enige moeite kosten “Liefde is een werkwoord”, maar kan ook ogenblikkelijk worden ingezien “we zijn allemaal één”.

Een ander loslaten om liefde opnieuw een kans te geven is een optimale strategie om liefde langdurig te laten stromen. Laat liefde allereerst naar jezelf stromen en geef zonder voorwaarde aan een ander door wat overstroomt. Zo word je liefdevol en delen we allemaal in de stroom.

19 manieren om nee te zeggen

Tips van een Engelse website.
Het is soms een kunst om nee te zeggen zonder het gevoel te hebben dat je iemand voor het hoofd stoot. Er zijn vele creatieve manier om het te doen. Er zit er altijd een die bij je past.
  1. Vaag maar beslist: ”Dank voor jouw vraag, maar het gaat niet voor mij werken”.
  2. Het is niet persoonlijk: ”Dank voor jouw vraag, maar ik ga geen nieuwe verplichtingen aan zolang dit project nog niet af is”.
  3. Vraag het me later: ”Ik wil het wel doen, maar ik ben niet beschikbaar voor het eind van het jaar. Wil je het me volgend jaar opnieuw vragen?’.
  4. Laat me voor vervanging zorgen: “Ik kan niet, maar ik vermoed dat Harry wel kan. Ik ga het hem vragen”.
  5. Blijf proberen: “Geen van de data kan ik, maar ik wil graag afspreken. Doe nog een paar data”.
  6. Probeer het op het laatste moment: “Ik kan er nu niets meer bij hebben, ik wil later wel weer. Vraag het me in de toekomst vlak voor je gaat”.
  7. Dankbaar: “Heel erg bedankt voor jouw enthousiasme en steun. Jammer genoeg kan ik nu niets doen”.
  8. Geef een ander een kans: “Weet je, ik heb het gevoel dat het altijd dezelfde is die het moet doen. Laten we eens iemand anders vragen”.
  9. Maak een kleine geste: “ik kan niet spreken op jouw congres, maar ik kan het promoten op mijn website”.
  10. Zeg gewoon nee: “Dank je, ik sla over” (en zeg er niets meer over).
  11. Gracieus: “ik waardeer het zeer dat je het me vraagt, maar ik heb al een afspraak.
  12. Het spijt me: “Ik zou willen dat ik kon, maar het komt me nu niet goed uit”.
  13. Het hangt van iemand anders af: “Ik heb iemand beloofd dat ik nu geen beloftes meer ga doen. Ik werk aan meer balans in mijn werkdruk”.
  14. Mijn familie gaat voor: “Dank voor de uitnodiging, maar dat is op het moment dat ik een afspraak in de familie heb”.
  15. Ik zit al vol: “Leuk dat je aan me denkt, maar dan heb ik al wat”.
  16. Stel grenzen: “Ik geef aan wat ik kan doen, ik kan bijvoorbeeld …”.
  17. Geen ja en geen nee: “Ik denk erover na, ik kom er op terug”.
  18. Zeg niets: Niet elk verzoek vraagt om een antwoord, maar soms bespaart niets zeggen gezichtsverlies.
  19. Vertel uitgebreid hoe druk je het al hebt.

De wens loslaten om alles te beheersen

Het is een menselijke wens om overal verbinding te zien en verklaring te vinden. We zoeken zinvolle verbanden en hopen zo meer grip op het leven te krijgen. Daarnaast leven en handelen we vanuit waarden. Zijn die waarden ooit in de evolutie ontstaan en daaraan onderhevig?

Vrijheid is openheid is liefde. Met deze simpele zin maakt schrijver David Deida de verbinding tussen twee zeer belangrijke waarden. Veel mannen veronachtzamen in hun zoektocht naar vrijheid de liefde en veel vrouwen veronachtzamen in hun zoektocht naar liefde de vrijheid. Ze zoeken het bij elkaar en kunnen zo van elkaar leren en in het voorbijgaan wordt het leven doorgegeven.

Tijdens de eindeloze cycli van levens materialiseert in wisselende openheid de energie van vrijheid en liefde steeds meer in vorm en inhoud. Zie de evolutie van eencelligen in miljarden jaren naar bewust levende wezens met miljarden samenwerkende cellen. Mens en dier zijn meer dan de som van miljarden samenwerkende cellen geworden en kunnen (met wisselend resultaat) steeds beter uit de voeten met vrijheid en liefde.
Ook binnen een mensenleven vindt dit proces plaats na het samenvoegen van de zaadcel en de eicel. Op basis van informatie uit het DNA wordt het lichaam tijdens de zwangerschap opgebouwd en na de geboorte vanuit het opgebouwde geheel van cellen bestuurd en in leven gehouden. Tijdens een mensenleven krijgen vrijheid en liefde een steeds andere waardering. We zijn in elke levensfase zowel vrij als niet vrij. In elke levensfase doen we meer ervaring op met liefde.

Is deze evolutie een bewust proces, waarin vrijheid en liefde ontwikkelen? Met andere woorden is er een bewustzijn die dit proces stuurt? Is bewustzijn (geest) de oorsprong van materie?

Een eerste antwoord is dat het proces van groeiende vrijheid en liefde in het bewustzijn en daarmee in het lichaam plaatsvindt. Elk levend wezen moet proberen gezond te blijven om aan het natuurlijke proces van het doorgeven van leven deel te kunnen nemen. Zonder een gezond lichaam geen vrijheid en liefde.
In iedere evolutionaire stap omhoog verwerft een organisme meer autonomie voor de onderliggende lichaamsfuncties, zodat zijn geest vrij blijft om andere dingen te doen dan zichzelf te organiseren. Zie ook de ontwikkeling in kwaliteit van leven via statische patronen (anorganisch, biologisch, sociaal, intellectueel).

Een tweede antwoord is dat ons bewustzijn scheppend werkt. Of je nu gewoon werk doet, of je scheppend kunstenaar of verklarend wetenschapper bent, je draagt eraan bij om het leven meer aangenaam en beheersbaar te maken. Naar mate je meer uitdrukking mag geven aan wat er in je omgaat, wordt jezelf en een ander minder onderdrukt. Dat is ook een opbrengst van verbinden van vrijheid en liefde door openheid.

Is er ook een directe invloed van de geest aantoonbaar op materie (lichaam)?
Dan blijft het antwoord open.

Het hoort bij de essentie van vrijheid en liefde, dat wat wij mensen denken en willen geen directe relatie heeft tot wat zich ontwikkelt. We hebben die invloed vooral door ons handelen, in de ruimste zin van het woord. We blozen wanneer we ons schamen. Dit soort effecten op het eigen of andermans lichaam zijn duidelijk, maar geldt dit ook voor materie? Is kwantumfysica, waarbij het afhangt van de observator of licht zich gedraagt als deeltje of als golf, een voorbeeld van directe invloed van geest op materie? Komt die invloed door de keuze hoe te meten of door het gebruik van het meetinstrument of is de invloed directer?

Wat vaak over het hoofd wordt gezien is de kracht en de functie van het niet-handelen, van het laten, van het ruimte laten, van het niet-oordelen, kortom van openheid. Het doorzien van overtuigingen, het opheffen van interne blokkades maakt jouw bewustzijn gereed voor geestverruimende ervaringen. Het maakt woorden en concrete beelden overbodig. De geest is effectiever door te ontvangen dan door te sturen met verbeelding en gedachten (en afgeleid daarvan: gevoelens).

Het zou mooi zijn wanneer we steeds beter kunnen leven zonder het voortdurende zoeken naar wetmatigheden en bewijzen. Dat we gewoon open laten of reïncarnatie, of God of een leven na de dood bestaat. Wanneer we zinvol in vrede leven met een balans tussen vrijheid en liefde maakt dat de wens om de bewijzen daarvoor te vinden irrelevant.
Die balans kan ook worden omschreven als het weten wanneer te verbinden en wanneer los te laten.

"De waarheid is dat je niet kunt proberen los te laten. Proberen is het tegenovergestelde van loslaten. Loslaten is afstand doen van proberen. Loslaten is veel meer laten laten" - Adyashanti.

"Het absolute loslaten is het loslaten van degene die loslaat" - Adyashanti.

Identiteit en geluk

Kun je jezelf helemaal kennen?

Wie zich afvraagt wie hij of zij eigenlijk is, komt met woorden een heel eind, maar moet het laatste stukje onbeantwoord laten. Je bent niet alleen jouw lichaam of jouw geest of de toeschouwer daarvan. Zoals het geheel meer is dan de som der delen is een identiteit net dat stukje meer dan de onderdelen aangeven.
Eckhart Tolle heeft weleens geschreven over identiteit dat je die het beste kunt vergelijken met een theater: je bent tegelijkertijd het toneel, een acteur, een regisseur, een toeschouwer en een recensent. Je bent het tegelijk allemaal en alles afzonderlijk niet.

Hoe ver strekt jouw identiteit?

Wat je niet bent is net zo belangrijk als wat je wel bent. Wanneer je geboren wordt als baby en het leven verlaat als grijsaard kun je stellen dat je tegelijkertijd hetzelfde bent gebleven en voortdurend bent veranderd. Die verandering, je sterfelijkheid, maakt het leven uit. Het leven zou niet eens kunnen bestaan zonder de dood. Het zou veel te vol worden en onmogelijk om te leven wanneer er alleen maar levenden bij zouden komen en er geen doden zouden verdwijnen. De dood is het niet-zijn.

Zijn en niet-zijn samen vormen het bestaan en het niet-zijn is voorwaarde.

Het belang van interactie

Maar zo is de maatschappij en de cultuur niet ingericht. Voortdurend word je aangespoord om te handelen en alleen wanneer je verkeerd handelt word je gecorrigeerd. Het zou veel rustiger en inzichtelijker zijn wanneer we allemaal gericht zouden zijn op de balans tussen doen en laten.
Wanneer je nadenkt over je identiteit kun je volstaan met het antwoord “ik ben”. Je bent vrij om er iets achteraan te plakken, bijvoorbeeld “ik ben acteur”, “ik speel een rol”. Zolang je niet denkt dat het achtervoegsel voorwaarde is voor jouw geluk of vrijheid, kun je voortdurend in contact met jouw vrijheid zijn en daarmee met jouw geluk. In de Tao: "niet doen terwijl je alsmaar doende bent, zonder gericht te zijn op het doel om gelukkig of vrij te worden".

Sarah Durston is hoogleraar Ontwikkelingsstoornissen van de hersenen aan het UMC Utrecht. Zij schreef in de Volkskrant over dementie en identiteit. Uit haar tekst (niet letterlijk geciteerd): "stel je iemand voor die zonder zintuigen opgroeit en dus zonder gewaarwording van interactie met de omgeving. Deze persoon zal vermoedelijk zelfs geen zelf ontwikkelen, want daarvoor heb je ‘niet-zelf’ nodig. Interactie ligt dus aan de basis van identiteit.

Kortom

De volgende zin is afkomstig uit de Upanishads, filosofische verhandelingen uit het Hindoeïsme, en is duizenden jaren oud en vormt een ultrakort verhaal.

Er zitten twee vogels in een boom. De één eet besjes en de ander kijkt toe.

Dat is het hele verhaal. Die vogels, dat zijn wij, u en ik. Onze identiteit huist in de bes-etende vogel, degene die dingen doet, meningen vormt, keuzes maakt en herinneringen opbouwt. Maar in ons allen huist ook een toeschouwer".

Deze manier van denken wordt aangehouden in de non-dualiteit en de Advaita Vedanta (de leer van niet-twee). In dat en-en denken vanuit het geheel (non-duaal) is de ontkenning, het niet-zijn, de mogelijkheid om het onmogelijke zichtbaar te maken voor wie het wil zien.

Zie ook het blog over onderscheid maken in het geheel via driedeling en drie-eenheid.

Van abstracte potentie tot concrete vrijheid

Er zijn parallellen te trekken tussen het ontstaan en samengaan van materie na de Big Bang en van het samengaan van cellen na het ontstaan van leven en de ontwikkeling van neurale netwerken in ons hoofd. Alles begint ten diepste als een abstracte potentialiteit. In een mensenleven voltrekt zich dat binnen een jaar of 70, op de schaal van het heelal neemt het miljarden jaren en eindigt het niet. Die relatie wordt verbeeld in deze video (we zijn allemaal één). Uit de abstracte potentialiteit van leven in het algemeen en van de individuele mens kunnen ook concepten als vrijheid of liefde en andere zielskwaliteiten tot ontwikkeling komen.
Mythologe Lisette Thooft geeft in haar vele boeken over spiritualiteit en emancipatie weer hoe zij die ontwikkeling ziet in het verleden en in de toekomst. Zij heeft zichzelf ontworsteld uit een jeugd met seksueel misbruik en zich ontpopt als een sekseneutrale voorvechtster van gelijk, maar eigen aandeel door mannen en vrouwen in een ontwikkeling naar een zinvol androgyne samenleving. Van Eros naar Agapè.

Van de flaptekst van haar boek over Jezus & Maria Magdalena.
Lisette Thooft begon een persoonlijke zoektocht en kwam terug met opwindende antwoorden. De overeenkomsten tussen de christelijke mythologie en die van andere religies zijn opvallend, ontdekte zij: de held offert altijd zichzelf en herrijst op een hoger niveau, de heldin raakt altijd haar geliefde kwijt. Waar staan die archetypen voor in onze psychologische ontwikkeling?
Als we teruggaan tot Adam en Eva, de archetypische man en vrouw, kunnen we zien dat het mannelijke staat voor het verlangen naar vrijheid, het vrouwelijke voor het verlangen naar liefde. Vrijheid en liefde hebben elkaar nodig om tot volle wasdom te komen. In het brandpunt van de ontwikkeling staat het offer. De vrijheid omarmt de liefde en geeft uit vrije wil zichzelf op de liefde omarmt de vrijheid en laat daarmee haar geliefde los. Op het hogere niveau van de herrijzenis worden vrijheid en liefde één. Man en vrouw ontwikkelen zich tot androgyne heelheid … waarin onvoorwaardelijke liefde (agapè) normaal is.
Tot zover de flaptekst.

Een paar citaten (p. 192).
Liefde en vrijheid blijken dus – aan de top van de piramide van menselijke ontwikkelingsmogelijkheden – twee kanten van dezelfde medaille te zijn. Alleen aan de bodem van de piramide staan man en vrouw tegenover elkaar. Maar hoe meer ze zich ontwikkelen, hoe dichter ze elkander naderen.
De brandstof voor die ontwikkeling is de seksuele drift. These en antithese willen zich verbinden in een synthese op hoger niveau, hoe lastig het ook is, omdat ze mateloos worden aangetrokken. Hoe gelijkwaardiger de relatie, hoe beter het werkt. In ongelijke relaties is geen ontwikkeling: de ene partij legt zijn wil op aan de andere en dat is het dan. De man wordt een egoïstische schuinsmarcheerder en de vrouw een sloof die over zich heen laat lopen. Of de vrouw wordt een bitse, bedillerige bemoeial en de man een pantoffelheld. Alleen als de macht gelijk verdeeld is, zijn de botsingen frontaal en moet er iets gebeuren om uit de impasse te raken – moet de ene partij iets van de andere partij in zich opnemen, waardoor de situatie verandert.

(p. 194). Vrijheid en liefde kun je ook op microniveau en op macroniveau herkennen als de stuwende polariteit van alle evolutie. De tweede wet van de warmteleer, de thermodynamica, luidt bijvoorbeeld dat alle fysische systemen streven naar een zo hoog mogelijke graad van entropie, en volgens de oude opvattingen staat entropie gelijk aan chaos en wanorde. Maar sommige wetenschappers hebben dat tegenwoordig geamendeerd: het is niet wanorde, maar maximale bewegingsvrijheid die de natuur nastreeft. In sommige omstandigheden, zoals bij kristallisatie, ontstaat juist bij meer bewegingsvrijheid ook een toenemende orde. Orde is harmonieuze samenhang. Vervang het door ‘liefde’ en je hebt een prachtig beeld van de bewustzijnsevolutie van de mens. Aanvankelijk is er competitie tussen vrijheid en liefde, maar waar kristallisatie kan optreden, vallen vrijheid en liefde samen. Daar neemt de vrijheid toe naarmate de liefde toeneemt.

(p. 199) naar mate je meer van de ander in jezelf opneemt, ontwikkel je je, word je groter en ruimer. Beschaafder. Kom je dichter bij God.

(p. 252) De ontwikkelingsopdracht aan mannen en aan het mannelijke deel in onze ziel luidt: offer je egoïsme op voor de liefde.

De ontwikkelingsopdracht aan vrouwen en aan het vrouwelijke deel in onze ziel luidt: laat die gerichtheid op je geliefde los, ter wille van de vrijheid.

De stuwkracht die een groeisprong veroorzaakt, bestaat uit een offer.

De opdracht van Thooft aan vrouwen is niet vast te houden, niet meer te grijpen. “Ontspannen in zichzelf, bewust aanwezig blijven zonder zich bezig te houden met de partner, is de manier om de vrijheid in zichzelf te absorberen die van hechting echte liefde maakt”.
Competitie, de search for excellence, het streven naar vrijheid voor het individu, zal zich –aldus Thooft- niet meer voordoen op het materiële vlak, in de economie, maar zich uitsluitend richten op het geestelijke vlak – op kunst, wetenschap, religie en spiritualiteit.

Thooft: Jezus en Maria Magdalena (bol.com)
Thooft: alcheme van de liefde (bol.com).

Naschrift: wijsheid is weten wanneer te geven en wanneer te nemen, wanneer te doen en wanneer te laten. Het zijn beide aspecten van het mannelijke en het vrouwelijke zonder ze toe te kunnen schrijven aan mannen en vrouwen alleen. Voor mij is de oproep van Thooft daarom aan het mannelijke en vrouwelijke deel in onszelf gericht. Dat maakt het boeiend om onderling uit te wisselen hoe we daarbij van elkaar kunnen leren.
David Deida bepleit de verbinding via openheid: vrijheid is openheid is liefde. Lisette Thooft beoefent openheid in haar interviews te zien op youtube.

De juiste benadering van verwarde mensen

Bauke Koekkoek is van oorsprong (psychiatrisch) verpleegkundige en nu GGZ onderzoeker. Hij is in 2011 gepromoveerd op moeilijke patiënten. Hij pleit ervoor om de term ‘verwarde mensen’ te schrappen omdat dan gevaarlijke en ongevaarlijke personen op één hoop worden gegooid en zo onnodig angst wordt gezaaid. Veel door de politie als verwarde personen geregistreerde mensen hebben geen psychische stoornis.

Uit een interview met de Volkskrant.
'Een andere verklaring zou de economische crisis kunnen zijn. Mensen trekken het niet als ze hun baan of hun huis zijn kwijtgeraakt en reageren daar heftig op. Zij hebben sociaaleconomische problemen. Zij zijn geen cliënten voor de GGZ maar eerder voor een sociaal wijkteam van de gemeente.
'Ook een licht-demente oudere die de weg is kwijtgeraakt, kan in die meldingscategorie 'verwarde personen' vallen. Er is kortom een veel te groot begrip gecreëerd, voor iedereen die afwijkt van de norm. Terwijl die groepen die nu op één hoop worden gegooid elk om een eigen aanpak vragen. Een demente bejaarde heeft andere hulp nodig dan iemand met een verslaving of psychische problemen, of iemand die zijn wanhoop uit vanwege zijn opgelopen schulden. Er zijn inderdaad regio's waar er te weinig GGZ-zorg wordt geleverd aan huis, maar dat speelt niet overal.
'Bovendien boezemt die beeldvorming over het grote aantal verwarde personen mensen angst in. Dat op elke hoek van de straat een gevaarlijk iemand zou kunnen staan. Dit komt doordat het begrip in verband is gebracht met ernstige incidenten als de man die oud-minister Els Borst heeft doodgestoken, of de man die het journaal heeft gekaapt, die beiden een psychische stoornis bleken te hebben. Maar de meeste mensen die nu onder deze noemer worden geschaard zijn helemaal niet gevaarlijk'.

Van de omslag van zijn boek.
Nederlanders zijn de gelukkigste mensen van Europa, maar ook ontevreden, angstig en somber. Jaarlijks heeft bijna 1 op de 5 Nederlanders een psychische stoornis en de uitgaven aan de geestelijke gezondheidszorg lijken al jaren te stijgen. Hoe komt ons psychisch leed zo groot, bij zoveel geluk en zoveel betere behandelingen?

Verward in Nederland, hoe we omgaan met mensen met psychische problemen (bol.com).

Hier zijn enkele algemene tips die nuttig kunnen zijn. 

  • Blijf rustig. Het is belangrijk om kalm te blijven en een rustige en geruststellende toon te gebruiken om de persoon te helpen kalmeren. 
  • Luister actief. Luister actief naar wat de persoon te zeggen heeft en stel open vragen om te begrijpen wat er gaande is. 
  • Toon empathie. Toon begrip en empathie voor de gevoelens van de persoon en erken dat hun ervaringen en emoties echt zijn. 
  • Bied hulp aan. Bied aan om de persoon te helpen door hen naar een veilige en rustige plek te brengen, hulp te zoeken of een vriend of familielid te bellen. 
  • Vermijd oordelen. Vermijd oordelen en veroordelingen over de persoon of hun situatie en respecteer hun privacy. 
  • Gebruik geen fysieke dwang. Vermijd het gebruik van fysieke dwang tenzij dit nodig is om de persoon of anderen in veiligheid te brengen. 
  • Roep professionele hulp in. Als de persoon ernstig verward of gevaarlijk lijkt, bel dan onmiddellijk professionele hulp in, zoals de politie, ambulance of crisisdienst.

Zelfrealisatie

Psycholoog André Rozendaal kan rustig uitleggen hoe -dat wat zo voor de hand ligt- zo gemakkelijk over het hoofd wordt gezien. Hij heeft een eigen manier om uit te leggen wat het betekent moeiteloos vanuit het hart te leven: verlicht, vrij en gelukkig.
Hij stelt: "het zelf gelukkig zijn is essentieel voor een therapeut'. Hij pleit voor een evenwaardige houding, je bent zowel leraar als leerling.

Wederom een uitstekend interview door Patrick Kicken.

Spirituele doelen van mannen en vrouwen

Lisette Thooft staat bekend om haar scherpe visies over seks, liefde en emancipatie. Zij werd naar aanleiding van haar boek De Onverzadigbare Vrouw geïnterviewd door Tom Gorny van “Masterflirt”.

Theorette van Lisette.
  • Het spirituele doel van de vrouw is verbinding, is liefde.
  • Het spirituele doel van de man is loslaten, is vrijheid.
Die twee essentiële kwaliteiten willen mannen en vrouwen ontwikkelen door van elkaar te leren. Een vrouw wordt verliefd op een man omdat hij zo vrij is, een man wordt verliefd omdat zij zo lief is. "Een liefde zonder vrijheid is apenliefde".
Een man geeft zichzelf als offer in de verbinding om de vrijheid te winnen. Aan de opoffering van een vrouw zit volgens Thooft een prijskaartje. Vrouwen moeten (hun rollen) leren loslaten.
Thooft is optimistisch: er is een opgaande lijn in het leren door mannen en vrouwen van elkaar "het komt -net als in een sprookje- uiteindelijk goed".
Dit proces gaat ten koste van de instinctieve opwinding in de seksualiteit. Daarin moeten we een nieuwe weg zoeken. Iedereen wordt steeds gevoeliger. Thooft pleit voor vervangen van kwetsbaarheid door aanraakbaarheid. Ze raadt mannen de tips van David Deida aan. Wanneer een vrouw schijnbaar moeilijk doet is het advies om minder op de inhoud in te gaan, maar te gaan plagen, vleien, stoeien, grapjes maken en knuffelen, “zet je lichaam in”.
In het interview (hier op video) nog veel meer eerlijke, “grafische” tips van Lisette aan mannen en daarmee aan vrouwen.

In contact komen met verdoofde gevoelens

David Berceli geeft in zijn boek TRE Trauma- en spanningsreducerende oefeningen het voorbeeld van een soldaat die niet kon leven met heftige herinneringen.

Een citaat.
Een jonge soldaat die bij mij in therapie was had in zijn gevechtsperiode de gruwelijkste dingen gezien. Ik ontmoette hem ongeveer een jaar nadat hij was thuisgekomen, en op dat moment was hij suïcidaal. Hij kon niet meer leven met zijn herinneringen. Hij had de verschrikkingen in het echt maar één keer gezien (wat erg genoeg was), maar herhaalde de gruwelijke taferelen onophoudelijk in zijn hoofd. ‘Ik heb die beelden meer dan duizend keer gezien’, zei hij tegen me. Toen ik hem vroeg hoe zijn lichaam reageerde op die vreselijke herinneringen, zei hij iets wat mij diep inzicht verschafte. ‘Ik heb mijzelf verdoofd. Ik voel niets vanbinnen. Ik voel mezelf niet en ik voel geen contact met anderen. Ik ben helemaal alleen, vanbinnen en vanbuiten’. Ik vroeg hem of hij nog weleens gevoelens had, wat die waren en hoe hij ermee omging. Zijn antwoord op die vraag was eveneens verhelderend. Hij zei heel direct: ‘jazeker, ik voel nog weleens iets. Maar het is altijd woede, verdriet of razernij. En als ik dat voel, verdoof ik mezelf. Als de gevoelens te sterk zijn neem ik drugs of bedrink ik mij om ze kwijt te raken.

De ervaringen van deze soldaat brachten me tot de volgende vraag: welke rol speelt het lichaam bij mensen met suïcidale fantasieën?

Ons lichaam is geprogrammeerd om het leven te zoeken, maar de drang kan dan worden overheerst door de voorstellingen van het brein.

Berceli komt tot de volgende observaties.
  1. Spieren die niet bewegen (ervaringen als verdoving, bevriezing of dissociatie) zijn spieren die je niet voelt.
  2. Verdoving, bevriezing en dissociatie onderbreken onze sensorische en motorische eenheid.
  3. Het hoofd (ons denken) kan niet zonder directe informatie door middel van fysieke beweging en concrete prikkels.
  4. De afwezigheid of onderdrukking van specifieke perifere sensorische input heeft tot gevolg dat ons hoofd bang wordt en beangstigende fantasieën ontwikkelt.
  5. Denkprocessen worden verward en het onderscheid tussen het innerlijk denken en de externe realiteit raken verstoord.
  6. Fantasieën worden even reëel als werkelijke ervaringen.
Tot zover Berceli.

Hij beschrijft de manier waarop ons denken blokkerend werkt bij het contact maken met gevoelens en dat dit falen tot de wens tot zelfmoord kan leiden. Er is een soort “shortcut” in het doorbreken dan deze impasse. Gevoelens van woede, verdriet of razernij kunnen niet in één keer (tegelijk) worden ervaren. Ze maskeren elkaar en doven als het ware elkaar schijnbaar uit. Wat er moet gebeuren is in contact te komen met elk gevoel afzonderlijk door jezelf drie vragen te stellen.
  1. Wat was er in de gebeurtenis dat mij woedend maakte?
  2. Wat was er in de gebeurtenis dat mij verdrietig maakte?
  3. Wat was er in de gebeurtenis dat mij razend maakte?
Je ontdekt dan dat je wel in contact komt met de gevoelens en vervolgens verder kunt met verwerken.
Het is een methodiek die iedereen kan toepassen die het gevoel heeft niet bij zijn gevoel te kunnen komen. In het geval van de soldaat was het iets gemakkelijker omdat hij kon benoemen welke gevoelens een rol speelden. Wie geen idee heeft kan in zijn algemeenheid het volgende rijtje afgaan.
  1. Wat was er in de gebeurtenis dat mij verdrietig maakte?
  2. Wat was er in de gebeurtenis dat mij kwaad maakte?
  3. Wat was er in de gebeurtenis dat mij schuldig deed voelen?
De kans is groot dat dan contact kan worden gemaakt met de belangrijkste gevoelens en het verwerkingsproces kan worden gestart.


Diepte zien in de werkelijkheid

Er is meer tussen hemel en aarde, maar kun je dat ook waarnemen?
Ik ga er vanuit dat de wereld naast lichaam en geest zich in nog meer manieren aan ons kan manifesteren. Wetenschappelijk bewijs daarvoor is dun, maar in dit artikel gaat het meer om wat je er mee zou kunnen. Voorzichtigheid ten aanzien van conclusies over de waarheid blijft geboden.
Sommige "geesten" accepteren alleen tastbare zaken, zij willen niets anders zien dan de materiële wereld. Het zijn als het ware fysische monisten. Ruimdenkende geesten zijn er in allerlei soorten en maten, nuchter en zwevend. De meest lichtvoetige denkers zijn bereid om tot zeven lagen (lichamen, energieën) te zien in de werkelijkheid.
Over (on)sterfelijkheid van de niet materiële lagen en hoe het "technisch" werkt wordt geen uitspraak gedaan. De veronderstelde functie is verbinding met bronnen van informatie, wijsheid en kennis, zoals Akasha-veld, het morfogenetische veld, nulpuntenergieveld, collectief onbewuste, Meer aller Möglichkeiten, het ware zelf, Het Hogere Zelf, e.d..

Uit het eerste van een viertal interviews door Patrick Kicken met Frans Langenkamp.


De bron van ons ik-besef is het ware zelf, dat zich uitdrukt in 7 lichamen, aldus Langenkamp. Iets eenvoudiger ingedeeld is de indeling in 3 niveaus: lichaam, geest en ziel oftewel materie, energie en bewustzijn. Alle onderdelen vormen één geheel. Je bent (bewustzijn) en je hebt zeven lichamen.

          Lichaam
  1. Het grofstoffelijk lichaam, het aardse lichaam, is gemaakt van gewone materie. We hebben dat lichaam, maar zijn het niet. “Stof zijt gij en tot stof zult gij wederkeren” vertaalt Langenkamp als “Stof is het lichaam en tot stof zal het wederkeren en gij zijt onsterfelijk bewustzijn”.
  2. Het fijnstoffelijke lichaam of vitaliteitslichaam (etherisch) omhult het vlees-hemd (Gothisch: 'lic-hamo’). De fijnstoffelijke levenskracht (prana of ki/chi) doordringt het lichaam.

    Geest
  3. Het emotionele lichaam (astraal), daar waar gevoelens en emoties leven.
  4. Het mentale lichaam, de gedachtewereld (mind, manas) die ook gevoelens oproept en onze vitaliteit beïnvloedt.

    Ziel
    onderverdeeld in 3 “licht of subtiele” lichamen.
  5. Wijsheidslichaam, het kennis of weten-lichaam.
  6. Ego-lichaam met ik-besef (identiteit, relatieve persoonlijkheid).
  7. Gelukzaligheid lichaam ("de zevende hemel").

In tabel gezet en geleend (aangepast) van zijn site (selfrealisation.net):


LichaamChakraErvaringElementZintuig

Fysiek lichaamWortel chakraIk beweegAardeReuk

Etherisch lichaamHeiligbeen chakraIk ben vitaalWaterSmaak

Astraal lichaamNavel chakraIk voelVuurGezicht

Mentaal lichaamHart chakraIk denkLuchtTast

WijsheidslichaamKeel chakraIk weetRuimteGehoor
Sat

Ego lichaamVoorhoofd chakraIk besefManasIntuïtie
Chit

GelukslichaamKruin chakraIk benZijnBewustzijn
Ananda

In een interview met het Boeddhistisch Dagblad zegt hij:
Bewustzijn doet zich voor in drie aggregatie toestanden.
  1. Bewustzijn in zijn zuivere vorm is het absolute gelukzaligheid bewustzijn, dat in de vedische wetenschappen Sat Chit Ananda, genoemd wordt; de essentie van al wat is, was en zijn zal. Deze essentie van het bestaan noem ik graag ‘het ABC des levens’ – afgeleid van ‘Absolute Bliss Consciousness’.
  2. Bewustzijn in beweging – in vibratie – is energie.
  3. Bewustzijn dat een vorm heeft aangenomen is materie.

Zijn, bewustzijn, en gelukzaligheid: Sat Chit Ananda, worden als een bij elkaar horend geheel ervaren en niet als afzonderlijke eigenschappen van het Zelf.
Alles wat we doen of laten is om ons (weer) gelukkig te voelen, om meer voldoening te ervaren. Je hebt daarvoor contact met jezelf (Ware of Hogere Zelf) nodig. "Voorbij het ego, daar is het Zelf".
Het geluk wil zich manifesteren, wil gedeeld worden in de vorm van liefde.
Het is het bewustzijn dat waarneemt door middel van de zintuigen en wordt geholpen door de hersenen. Op het niveau van bewustzijn (onze essentie) zijn alle mensen (individuen) weer één. Bewustzijn is datgene wat zichzelf kent.
Tot zover een transcriptie van het interview.

Langenkamp noemt naast intuïtie ook bewustzijn als zintuig, -begrijpelijk- want beide leveren input op voor de hersenen. Waar mensen het hart associëren met voelen, plaatst hij de 'ervaring' "ik denk". Het onderscheid tussen de rijen is geen grens, zoals ook de lichamen niet werkelijk te onderscheiden zijn.

Wat heb je aan de visie over zeven lichamen?
Volgens Frans Langenkamp en de Advaita Vedanta, die hij heeft bestudeerd, is het goddelijke bewustzijn eeuwig(durend). Het is. Het was er al 14 miljard jaren geleden ten tijde van de Big Bang. Direct na deze explosie is energie ontstaan en die is 4,5 miljard jaren geleden gematerialiseerd tot de aarde en vervolgens tot leven. Of het leven bij toeval ontstond of het gevolg is van een goddelijke vonk is eigenlijk voor ons nu niet zo relevant, wel interessant.
De subtiele lichamen verklaren paranormale verschijnselen als onsterfelijke “levensvormen” na de dood en bijna-dood-ervaringen. Je hebt deze inzichten voor het gewone leven niet echt nodig. In die zin is het monisme van de non-dualiteit –dat alles één is- evenwaardig aan het fysisch monisme, dat alleen de aardse materiële werkelijkheid aanvaardt. Het non-duaal bewustzijn is alles omvattend. Bewustzijn is de essentie van onze ziel; bewustzijn is ons ware zelf en onze gemeenschappelijke essentie.
Wat deze visie voor mij verheldert is de uitspraak “vanuit het hart leven”. Dit zinnetje wordt vaak door vrouwen aan mannen gezegd omdat zij weg willen van de cerebrale benadering. In het schema van Langenkamp kun je “vanuit het hart leven” zien als het gelijk wegen van verstand, gevoel en intuïtie. Je kunt je op alle zeven lichamelijk niveaus tegelijk en vrij bewegen en je hoeft om gelukkig te zijn geen andere moeite te doen dan blokkades weg te nemen.
Wie deze weg volgt, zal er alleen beter van worden, wanneer hij bereid is tot radicale evenwaardigheid, door alles en iedereen open en zonder oordeel tegemoet te treden.

Alle zeven lichamen zijn in beweging of in ontwikkeling en de aard van haar (on)vergankelijkheid verschilt.  Een deel van die ontwikkeling kunnen we ervaren, maar we moeten ons erbij neerleggen dat er ongrijpbare elementen overblijven die we alleen kunnen beleven wanneer we ze loslaten.
Er is onderlinge samenwerking in de vorm van chakra’s; meridianen (nadi’s); aura’s; yin en yang; hartcoherentie; hersengolfcoherentie; en het hara punt.

Tot zover Frans Langenkamp.

Robert Bridgeman onderscheidt vier lichamen: het fysieke, het etherische, het mentale en het spirituele lichaam. Een goede balans kan het verschil maken tussen een zwaar en een licht leven. De vier lichamen zijn samen een energieveld. Alleen het fysieke lichaam is empirisch of zintuigelijk vast te stellen.

Energie kan niet worden gecreëerd of vernietigd. Het manifesteert zich op verschillende frequenties en we hebben er interactie mee op verschillende niveaus.

De wetenschap beperkt zich tot de fysieke wereld en fysieke energie. Metafysica valt er net buiten, het ontstijgt het onderzoekbare, zo je wilt. Hoogstens kan worden onderzocht hoe mensen omgaan met opvattingen erover.

Emotionele energie in het etherische lichaam wordt gevormd door gevoelens in het lichaam die worden geproduceerd door biochemie, zoals hormonen. Deze fysieke energie is niet waarneembaar met onze zintuigen.

Geestelijke energie in het mentale lichaam wordt gevormd door gedachten in de hersenen die door neurochemie worden geproduceerd en die impulsen in staat stellen om over synapsen te springen. Deze zijn nog minder tastbaar in het lichaam omdat ze in de hersenen voorkomen. Ze zijn verantwoordelijk voor het triggeren van de biochemische reacties van emoties.

Tenslotte is er metafysische energie in het spirituele lichaam, die zich niet in het fysieke manifesteert - en dus niet kan worden ervaren door het lichaam, de emoties of de geest. Voorbeelden bestaan ​​daarom niet als iets dat in woorden kan worden uitgedrukt, maar kan worden beschreven als mystiek of wonderbaarlijk.

Metafysische energie is zo verfijnd dat de overdracht moet worden vertraagd om neurologisch als gedachte in contact te komen met het menselijk brein. Het vertraagt ​​verder om als emotie contact te maken met de menselijke biochemie. Het vertraagt ​​nog verder om als lichamelijkheid met de 5 zintuigen van het lichaam te communiceren. Het bestaan ervan kan worden ervaren, aangenomen of afgeleid, maar niet worden bewezen, laat staan afgedwongen. Het is het gebied van het vormloze hogere bewustzijn of Hoger Zelf: universeel en onsterfelijk. Het is dat wat ons allemaal verenigt.

Voor spirituele ontwikkeling beveelt Bridgeman het boeddhistische achtvoudig pad aan.

Lees ook: Boeken van Robert Bridgeman.

Deepak Chopra onderscheidt een wel (individueel) en niet plaatsgebonden geest.
“Door zijn aard maakt de plaatsgebonden geest voortdurend onderscheid tussen ons en de rest van de schepping. De niet-plaatsgebonden geest – het universele bewustzijn - daarentegen is zuiver ziel, zuiver geest. Hij opereert buiten de begrenzingen van de normale tijd-ruimtelijkheid, is de ordende en verbindende kracht in het universum en kent geen beperkingen in ruimte en tijd. Door zijn aard verbindt de niet-plaatsgebonden geest alle dingen – omdat het alle dingen is. Hij vraagt niet om aandacht, energie of goedkeuring, is inherent één en trekt daarom liefde en acceptatie aan. Hij is immanent creatief, vormt de oerbron van alle creativiteit”.

Chopra onderscheidt zeven bewustzijnstoestanden. De vijfde toestand wordt kosmisch bewustzijn genoemd omdat je bewustzijn het vermogen heeft gelijktijdig in de plaatsgebonden en niet-plaats gebonden dimensie te verkeren. Wetende (en dus erkennende) dat je verbonden bent met niet-plaatsgebonden intelligentie begint synchroniciteit zich werkelijk te manifesteren.

Lees ook: Boeken van Deepak Chopra.

Jan Geurtz schrijft in zijn boek "Verslaafd aan denken. De weg naar verlichting en levensgeluk" over bewustzijn en materie dat het twee verschillende verschijningsvormen zijn van een derde, onderliggende werkelijkheid.  We hebben de neiging om de twee als gescheiden en onafhankelijke entiteiten te zien. Op het allerdiepste niveau is de werkelijkheid bestaande uit abstracte, maar levende potentialiteit en vormt het de bron van alles.
We kunnen het bestaan daarvan slechts benaderen door te omschrijven wat ze niet is (via negativa) en via analogieën en symbolen. We kunnen proberen het rechtstreeks te ervaren en dan geldt het vooral voor onszelf als bewijs. De werkelijkheid is noch objectief en werkelijk bestaand, noch subjectief en niet-bestaand. Ze kan niet logisch vastgesteld worden, noch ontkend. Zie ook bij de labels neti neti. Een fysisch monist kan hier waarschijnlijk niets mee en dat is ook niet nodig.

Lees ook: Boeken van Jan Geurtz.

Wie bovenstaande visies naast elkaar z(i)et kan niet anders concluderen dan dat er geen overeenstemming is over de aard van de metafysica. De eerste zin van dit artikel blijft staan.

Het moment grijpen?

In de film Boyhood (2014) wordt Mason (en zijn zusje Samantha) gedurende 12 jaar gevolgd van de leeftijd van 6 tot 18 jaar.
Die tijdsspanne is echt, in de zin dat het dezelfde acteurs zijn die echt 12 jaar ouder worden, maar wat ze spelen is niet het echte leven van Mason. Ze spelen een levensles die de makers van de film willen overbrengen. En wie dat niet kan of wil zien, kan zich gedurende de 2, 5 uur die de film duurt stierlijk vervelen, want er gebeurt niet veel onverwachts. Vader en moeder scheiden en krijgen nieuwe relaties en Mason maakt van alles mee wat een Amerikaans kind normaalgesproken doormaakt: school, vriendjes en vriendinnetjes, leren met vallen en opstaan hoe om te gaan met drank, tegenslag, verandering en vrijheid.
De strijd om het bestaan, geld verdienen, is natuurlijk in eerste instantie de zorg van de ouders. De moeder van Mason wil vooruit in het leven en “verslijt” verschillende partners die in eerste instantie leken haar daarbij te willen ondersteunen. De vader van Mason wil muzikant worden, maar is niet echt getalenteerd, wel een goed observator.

Wat de film bijzonder maakt is dat er niet echt een oordeel wordt gegeven over wie het nu beter doet. Beide ouders geven om hun kinderen en proberen ze waarachtig voor te bereiden op volwassen worden. Soms geeft de ene ouder een wijze les, op een ander moment geeft de andere ouder een visie die weliswaar gekleurd is, maar raak. De een probeert de gebaande paden in de maatschappij te volgen en zichzelf te ontwikkelen, de ander wil alsmaar op zoek naar zichzelf. Veel nieuwe partners betekent ook verhuizen. Geen wonder dat Mason vaak twijfelt, want op wie kan hij nu bouwen?

Boyhood eindigt met de scene waarin beginnend student Mason opnieuw in gesprek gaat met een nieuw meisje. De conclusie wordt verwoord als “soms moet je het moment grijpen en soms grijpt het moment jou”.

Slim is gewoon geen domme dingen doen

Ianthe Sahadat meldt in de Volkskrant op oudjaar: intelligentie kun je niet verhogen.

Dat de mens zijn hersenen kan trainen om intelligenter te worden is helaas een mythe. Omdat we intelligentie wel kunnen meten, zou je kunnen denken dat wanneer je de meetuitslag weet te verhogen dat je dan intelligenter kunt worden. Een betere verklaring is dat je meetuitslagen kunt verbeteren door te oefenen. Dat betekent dat je beter wordt in het oplossen van meetvraagstukken. Oefening baart kunst, dat wel.

Intelligentie testen worden soms gebruikt voor selectie van nieuw personeel. Het is bekend dat mannen en vrouwen verschillend scoren op deze testen. De normen worden vervolgens zo gekozen dat een grote groep mannen gemiddeld gelijk scoren aan vrouwen. Dit zorgt dat er geen discriminatie optreedt, maar je kunt het fenomeen niet omdraaien en concluderen dat mannen en vrouwen even intelligent zijn. Het is maar waarmee zoiets meet. Ook mensen met een migratie achtergrond lopen de risico dat zij gemiddeld afwijkend scoren wanneer er in de constructie van de testen geen rekening wordt gehouden met (culturele) gewenning. Ook hier geldt: de testuitslag zegt niet alles over intelligentie en er zijn omstandigheden die het beeld vertroebelen.

In dezelfde aflevering van Sir Edmund uit de Volkskrant wordt de mythe ontkracht dat geringe consumptie van alcohol goed voor de gezondheid zou zijn. Drink met mate, natuurlijk, maar gezonder word je er niet van.
Daarom is misschien wel de belangrijkste aanbeveling: verpest jouw gezondheid en jouw intelligentie niet door je hersenen te vergiftigen. Rustig aan, dan breekt het lijntje niet.

De maakbaarheid van geluk

Op dit blog wordt vaak geschreven over geluk en gelukkig worden. Dat is niet omdat het zo moeilijk is, maar omdat velen nauwelijks kunnen geloven dat het zo simpel is en dat het meer te maken heeft met iets te laten dan door iets te doen.

Ianthe Sahadat interviewde voor de Volkskrant de Amerikaanse, zelfbenoemde geluksprofessor Raj Raghunathan.

Een citaat.
De onlinecursus 'Een leven vol geluk en voldoening' van Raj Raghunathan is een van de populairste cursussen in de VS, met honderdduizenden deelnemers. Ook op zijn eigen universiteit, met veel op zakelijk succes gerichte studenten, is zijn 'zweverige' collegereeks over geluk een hit. Kern van zijn betoog: vergeet al die strategieën die je gebruikt om verder te komen in je carrière, die werken juist averechts voor het bereiken van levensgeluk. Stop met vergelijken met anderen, probeer ergens goed in te zijn naar eigen vermogen, richt je meer op vrienden en familie dan op werksuccessen of rijkdom en hunker niet langer naar liefde, maar geef het zelf. Raghunathan nam zijn adviezen - in de vorm van zeven zonden en bijbehorende levenslessen - op in een boek dat deze zomer verscheen.
Tot zover de Volkskrant.

Tegenover de zonden “hoogmoed, hebzucht, jaloezie, woede, wellust, vraatzucht en luiheid” kun je zeven deugden zetten, namelijk bescheidenheid, gulheid, zelfkennis, naastenliefde, respect, matigheid en ijver. Kortom, relativeer jouw eigen belang(en).
De aanbevelingen van Raj Raghunathan komen er voor een deel op neer dat je in jezelf ruimte voor anderen laat. Je houdt als het ware het midden tussen jouw eigen belangen en die van anderen. Raghunathan mediteert ook. In het woord mediteren zit ook het “het midden houden”.
“Door te mediteren leer je gedachten te observeren zonder je mee te laten voeren op de emoties die ze voortbrengen".

Wie te veel of te weinig doet om geluk af te dwingen, krijgt te maken met het yin-yang principe: het roept ongelukkig zijn op.
"Geluk afdwingen" heeft te maken met voldoende trainen en voorbereiden en niet met welzijn.

Simpelweg de bereidheid om een klein stapje terug te doen, bevordert de maakbaarheid van geluk. En dagelijks terugkijken naar de momenten dat je het hebt gedaan en beleefd.

Als je zo slim bent, waarom ben je dan niet gelukkig? (bol.com).

Ben ik wel de moeite waard om van te houden?

Van tijd tot tijd geef ik de workshop Belemmerende Overtuigingen voor mensen die willen weten waarom hun relatie geen stand houdt of niet op gang komt.
Bijna altijd komt als belemmerende overtuiging op tafel dat een deelnemer denkt dat hij/zij niet de moeite waard is om van te houden. Uiteraard is mijn reactie niet dat het wel meevalt en dat de persoon alleszins de moeite waard is. Dat is te gratuit, want hij of zij voelt het zo en dat eigenlijk al z’n hele leven lang. Het gaat er ook helemaal niet om een ander het bewijs te leveren dat hij of zij de moeite waard is. Maar het is niet vreemd dat de vergissing wordt gemaakt, want niet alleen in het economische verkeer lijkt alles te gaan over toegevoegde waarde. En relaties hebben onmiskenbaar overeenkomsten met de economie. Voor wat, hoort wat.

Maar waar gaat het wel om? Het is zaak om uit te vinden wie de overtuiging geplant heeft in het hoofd. Na enig zoeken wordt de oorzaak vaak gevonden in de jeugd. Bij de ouders, bij de leraren op de lagere school. Voor de goede orde, dit komt vaker voor bij de oudere generatie dan bij jongeren. De jongere generatie wordt eerder onzeker van het tegenovergestelde? Zij worden bejubeld zonder een tegenprestatie. Waarom hebben onderen dit wel moeten slikken? Vroeger waren er veel grote gezinnen en was de boodschap dat je liefde moest verdienen. Zo probeerden drukbezette ouders en leraren kinderen te disciplineren. Kinderen werden onzeker gemaakt en gehouden omdat ze zo veel rustiger en stiller waren. Tegenwoordig hebben ouders het overigens nog steeds druk, maar dit terzijde.

Het was geen fraaie manier om kinderen in het gareel te houden, want het effect tientallen jaren later is desastreus. Wat het doet is dat mensen bij het eerste de beste signaal -dat een relatie niet vanzelf gaat- gaan denken dat het aan hen ligt. In plaats te gaan zoeken naar een andere manier van communiceren en de relatie te redden of vlot te trekken, trekken de partners hun eigen waarde in twijfel. En die waarde is ongrijpbaar.

Voor het laten stromen van liefde in een relatie is de twijfel of je voor de ander de moeite waard bent volkomen overbodig. Laat staan dat je het bewijs zo moeten leveren. Probeer ook zelf minder te oordelen, over jezelf en over de ander.
We kunnen de stroom van liefde belemmeren door zelf onnodig blokkades op te werpen. Natuurlijk kun je je eigen gedrag monitoren en proberen iets aan je gedrag te doen wanneer je iets niet goed doet. Maar twijfel er niet aan of je de moeite waard bent. Wanneer je goed doet, zul je goed ontmoeten.

Evolutie van het geloof in God

In het Het oerboek van de mens, de evolutie en de Bijbel wordt de evolutie van de mensheid vergeleken met de ontwikkeling van de Bijbel en het geloof in God(en).
De uitvinding van de landbouw 10.000 jaar geleden riep oplossingen (voedselzekerheid) en problemen (ziektes) op die de samenleving van jagers en verzamelaars daarvoor niet kende. De Bijbel probeert volgens de schrijvers, Carel van Schaik en Kai Michel, de gevolgen in de loop van de geschiedenis te beschrijven.
Bij het ontstaan van de landbouw ontstond bezit. Dat bezit moest worden beschermd anders haalt Jan en alleman de vruchten van jouw werk van het land. Iedereen moest dit leren (respecteren). Het had ook gevolgen voor het beeld dat mensen van God en goden had. Door de Schriftgeleerden werd dat beeld stukje bij beetje omgevormd van een veelgoderij naar een monotheïsme. Die God was oorspronkelijk niet alleen en almachtig, maar door slimme toepassing van psychologie (immuniteit voor tegenargumenten) wisten de religieuze gezaghebbers een godsbeeld te maken waarbij allerlei ellende als logische straf van een en dezelfde God werd bestempeld. De uitdaging was om de mensen niet te vervreemden van de straffende god, maar deze juist te binden doordat het welzijn van de samenleving afhankelijk werd gemaakt van voorbeeldig en volgzaam gedrag van individuen. Het is ook de ontwikkeling naar een niet meer te controleren godsbeeld dat je gelooft of niet.
Het belang van bezit en clanvorming had grote sociale gevolgen voor de positie van de vrouw en het erfrecht. Het ongelijk verdelen van taken, rechten en bezit moest een logische basis krijgen en een monotheïstische samenleving maakt dat gemakkelijker te beheersen.

Drie vormen van menselijke natuur

De schrijvers maken onderscheid tussen drie niveaus van menselijke natuur. Het is de eerste natuur, met aangeboren (buik)gevoelens, reacties en voorliefdes, die zorgt voor liefde binnen een gezin en familie en die rechtvaardigheid wil zien. Het is ook een natuur, die ons doet geloven in een bovennatuurlijke wereld van doden en geesten met wie je kunt communiceren. Wie droomt er nu niet over onsterfelijkheid?
De gewoontes die we ontwikkelen in een cultuur en proberen te bewaken en aan jongeren te leren om een samenleving leefbaar te houden noemen ze onze tweede natuur.
In de ontwikkeling van de Joodse voedselwetten waren de talrijke voorschriften ook het antwoord op de problemen die ontstonden bij het ontstaan van de nieuwe ziektes na het omschakelen naar een landbouwcultuur.
De derde natuur is een intellectuele, gericht op logica, voorspelbaarheid en controleerbaarheid. Deze natuur is alleen verstandelijk en staat daarom soms haaks op onze eerste natuur.
Mensen hebben de neiging om een eenmaal ingeslagen pad te blijven volgen. Van die neiging maakten de religieuze machthebbers gebruik om een godsbeeld te maken waarin de drie naturen maar één conclusie overliet: je kunt maar beter vertrouwen en meewerken met een God die het (uiteindelijk) goed bedoelt. Hoe onlogisch en tegenstrijdig de straffen ook soms lijken, ze droegen (verrassend?) juist bij aan het bestendigen van het geloof.

In het Oerboek worden ook twee beelden van het leven van Jezus beschreven. Het ene beeld doet recht aan de behoefte van Joodse tijdsgenoten die een Messias zochten als wereldse koning, die het volk beschermde tegen eeuwenoude vijanden. Het andere beeld is van Jezus die aan de basis stond van een christendom dat hij nooit bedoeld heeft op te richten en tot ontwikkeling kwam buiten Palestina en dus andere politieke belangen had. Het christendom bracht het Nieuwe Testament waarin volgens de schrijvers verklaard werd hoe God via Jezus mens werd en de mensheid “verlost” werd van de greep van de duivel.
Het is een van de vele voorbeelden in de religieuze geschiedenis hoe de dood een rol speelde in wat mensen wilden, maar niet mochten geloven en hoe religieuze voorgangers dat geloof probeerden bij te sturen en in te zetten voor hogere, maar ook voor eigen belangen.
Het voorlopige eindpunt van de religieuze evolutie volgens de schrijvers is een geloof waarin iedereen iets kan vinden dat recht doet aan elk van de drie menselijke naturen. De schrijvers van Het Oerboek van de mens noemen het een knappe prestatie van de schrijvers aan de Bijbel dat zij in ongeveer 1000 jaar een straffende God lieten samenvallen met een liefdevolle.

Voor mijzelf als agnost is het een zeer leesbaar boek dat voorstelbaar maakt hoe het beeld van een zichtbare schepping en evolutie kan samenvallen met een ongrijpbare schepper. Het boek behandelt inconsequenties in de Bijbel en pakt vaak gestelde vragen op als "wat was er nu zo erg aan het eten van een appel door Adam en Eva uit het paradijsverhaal"? en "hoe kan een almachtige God zoveel ellende toelaten"?

Abstracte theorie versus concrete verhalen

Terwijl je in een theorie gemakkelijker een verklaring kan behandelen, is een verhaal een vorm die breder leidt tot acceptatie of navolging.
De drang naar vrijheid is een spirituele verklaring van een universele behoefte van levende wezens. Een concept als vrijheid als schepping van het hogere (die zowel voor God zelf als de individuele mens geldt) vind ik overigens een veel logischer verklaring voor het bestaan van ellende, maar ook voor de kwaliteit van het leven. Daarvoor hoef je geen 400 pagina’s te schrijven over hoe de mensheid eeuwenlang heeft geworsteld met die inconsequenties. Dat vraagt wel een werkzame integratie van de drie naturen van de mens. Ik geef toe dat die integratie voortdurend aandacht vraagt.
Ik hoop dat dit boek mensen aan het denken zet en hen doet twijfelen die vinden dat zij door hun geloof meer (waard) zijn dan een ander, mens en dier.

Populair in de laatste week

Alle labels van het blogspot

#metoo (2) aanbevolen (18) aandacht (9) aanraken (2) aanwezigheid (4) achterdocht (2) ADHD (2) afhankelijkheid (3) afstand nemen (6) agnost (4) agressie (2) alcoholisme (4) altruïsme (6) ambitie (3) ander (1) angst (22) apofatisch (9) authenticiteit (9) autisme (1) autonomie (5) balans en evenwicht (53) begeerte (1) behoefte (5) belangen (10) belemmerende overtuigingen (10) beoordelen (5) beslissen (2) betrokkenheid (5) betrouwbaarheid (2) bewustwording (12) bewustzijn (26) bezinning (1) bindingsangst (3) bioscoopfilm (7) biseksualiteit (1) blijdschap (3) bodhisattva (2) boeddhisme (9) boek (164) boosheid (2) brein (2) burn-out (2) communicatie (16) compassie (10) competentie (4) competitie (16) complottheorie (3) constructief gesprek (4) consumeren (3) coping (2) creativiteit (3) crisis (7) dans (6) daten (5) deflexie (1) demagogie (4) denken (13) denkfouten (5) deugd (9) deugdzaamheid (1) diagnose (4) dialoog (10) dieren (4) discipline (1) dooddoener (6) drama (3) drie-eenheid (6) drogredenen (7) drugsgebruik (5) DSM (4) dualisme (5) duurzaamheid (5) echt (4) eenheid (35) eenzaamheid (8) ego (46) eigenschappen (2) eigenwaarde (5) emancipatie (5) emergentie (2) emotie (14) empathie (5) en-en (23) endogene depressie (1) energie (13) erkenning (8) ethiek (9) etiquette (6) evenwaardigheid (53) evolutie (23) faalangst (1) fabel (1) feedback (2) filmpje (80) filosofie (18) fraude (9) Freud (2) functioneren (4) gebreken (1) gedragsverandering (5) geduld (2) geest (3) geheugen (3) gekwetstheid (6) geld (5) gelijk hebben of gelijk krijgen (7) gelijkmoedigheid (4) geloven (18) geluk (34) genade (5) genot (1) Gestalt (1) Getuige (5) gevoelens (36) gezag (1) gezichtsverlies (3) gezondheid (5) gezondheidszorg (1) GGz (2) go with the flow (2) God (42) goedgelovigheid (3) gokken (1) grenzen (9) hechting (1) heelheid (8) hersenen (4) hier en nu (8) holisme (2) hoofdzonde (3) humor (14) ideaalbeeld (2) identificatie (11) identiteit (13) ik-boodschap (1) illusie (12) imago (1) individualisme (5) innerlijke vrijheid (17) integriteit (3) Intelligent Design (1) Internet (3) intrinsieke waarde (1) intuïtie (8) InZicht (13) islam (2) jaloezie (4) jeugd (1) jezelf worden en zijn (12) jongeren (3) karakter (2) katafatisch (1) kenmerken (2) kiezen (10) kind (13) kosten (1) kracht (6) Krishnamurti (2) kuddegedrag (1) kunstmatige intelligentie (2) kwakzalverij (1) kwaliteit (16) kwetsbaarheid (5) leegte (15) leiderschap (4) leugens (9) levensfase (3) levenskunst (10) levensvragen (3) levensweg (3) licht (3) liefde (98) liefdesverdriet (3) lijden (1) loslaten (21) macht (23) machtsstrijd (9) magisch denken (7) man-vrouw verschillen (11) mannelijkheid (2) mannen (1) media (2) meditatie (15) metacommunicatie (8) metafoor (2) metafysica (5) milieu (2) mindfulness (4) misbruik (4) model (1) moraliseren (3) motto (1) mystiek (7) nabijheid (2) narcisme (5) natuur (6) negatie (16) neti neti (3) niet doen (23) NLP (1) non-duaal bewustzijn (7) non-dualiteit (41) omdenken (8) omgangsregels (3) onderwijs (3) onderzoek (8) ongelukkig zijn (4) onmacht (2) onrust (2) ontrouw (1) ontwikkeling (10) onverwerkt kindertrauma (3) oordeel (18) opvoeding (8) orgasme (2) Osho (6) ouderen (5) overgave (4) overheid (1) overvloed (6) panpsychisme (1) pantheïsme (1) paradox (27) Pareto principe (1) partnerkeuze (6) passie (2) pedagogie (2) perfectie (2) personeelsbeleid (2) persoonlijkheid (6) persoonlijkheidsstoornis (3) pesten (1) Peter principle (1) pijnlichaam (8) politiek (10) populair (11) positieve (11) privacy (1) processie (2) projectie (9) psychiatrie (4) psychofarmaca (2) psychotherapie (1) puberen (1) reïncarnatie (2) relatie (17) relatievaardigheid (5) respect (32) rijkdom (2) rol (4) romantiek (5) rust (5) ruzie (5) samensmelten (10) schaamte (2) scheiden (2) schizofrenie (1) schouwen (6) schrijfdrang (1) schuld (3) schuldgevoel (2) seks (14) selectie (3) sociale druk (4) somberheid (1) spel (3) spiegelogie (4) spijt (1) spiritualiteit (51) spreekwoorden (1) sprong (1) statistiek (1) status (1) sterven (5) stilte (16) straling (1) strategie (1) stress (5) synchroniciteit (14) taal (16) Taoïsme (18) tederheid (1) Tegenwoordigheid (2) The Secret (2) The Work (1) therapie (1) tijdgeest (5) toeval (5) Tolle (19) transcenderen (6) transformatie (5) transparantie (2) trend (2) tunnelvisie (1) twijfel (5) verandering (2) verantwoordelijkheid (12) verbinding (33) verdriet (2) vergeten (2) verlangen (5) verlatingsangst (1) verleiding (3) verlichting (14) verliefdheid (4) verlies (1) vermijding (1) vermoeidheid (1) verslaving (7) vertrouwen (18) verveling (3) verwondering (3) vicieuze cirkel (1) video (1) voeding (1) voelen (3) volgzaamheid (1) vragenlijst (2) vreugde (2) vrije wil (6) vrijen (3) vrijheid (93) waarheid (26) waarneming (7) ware (8) wederkerigheid (6) welzijn (7) wezen (2) wijsheden (10) wilskracht (2) woede (2) wu wei (24) yin en yang (4) zelfbeheersing (3) zelfbevestiging (3) zelfbewustzijn (8) zelfdoding (4) zelfkennis (12) zelfkritiek (1) zelfoverschatting (2) zelfrealisatie (12) zelfvertrouwen (5) zelfverwerkelijking (2) zelfwaardering (5) Zen (2) ziel (14) Zijn (11) zin van het leven (11)